L’amour, toujours
Niemand kan beter de liefde in woorden vatten dan de Fransen. Hebt u al eens geluisterd naar Arno als hij Sarah zingt ? La femme qui est dans mon lit, n’a plus vingt ans depuis longtemps… Zo begint het aangrijpende liedje dat ruim dertig jaar oud is, geschreven door Georges Moustaki en oorspronkelijk gezongen door Serge Reggiani. Over liefde die niets te maken heeft met de regels van Temptation Island.
“De woorden die bij het bedrijven van de liefde worden gebruikt, blijven altijd dezelfde, of ze met of zonder liefde worden uitgesproken”, zei onlangs schrijfster Camille Laurens in het Franse weekblad Le Nouvel Observateur. Of je nu banaal wilt verleiden of iemand oprecht je liefde wilt bekennen, objectief blijft het rijtje klanken altijd hetzelfde : ik hou van je, ik bemin je, ik zie je graag… Soms klinkt het bombastisch, soms vals, af en toe klinkt het oprecht.
Toch kan de liefde niet zonder woorden, weet de schrijfster. Iedereen heeft nodig dat iemand tegen hem of haar over liefde spreekt. Mensen kunnen niet zonder liefde leven. En liefde komt pas tot leven als ze bekend of beleden wordt. Zwart op wit of hardop, gefluisterd, uitgeschreeuwd, maar altijd in woorden.
Er bestaan volgens haar geen atheïsten van de liefde. Wie verbannen is uit het land van de beminden, ervaart dat als verarmend en onmenselijk. Het is niet genoeg dat mensen elkaar verdragen, het is broodnodig dat ze elkaar beminnen. Niemand kan zonder de blik in de ogen van de andere, zonder de zoete balsem van woorden. We hebben allemaal de bevestiging nodig van iemand die tegen ons zegt : ik hou van jou.
Het is en blijft een unieke ervaring om jezelf terug te vinden in de woorden van een ander. Je te laten inspinnen in de cocon van klanken en letters, waarvan je graag wilt geloven dat ze oprecht zijn.
Maar vanzelfsprekend is dat allemaal niet in een wereld waar woorden ontwaard zijn, van hun betekenis worden beroofd, gebanaliseerd. Veel meer dan door woorden worden wij in onze cultuur verleid en geshockeerd door beelden. Er komen zoveel beelden op ons af dat er haast geen tijd meer is voor woorden. Om ze te proeven in gedachten, om ze zachtjes voor jezelf uit te spreken voor je ze neerschrijft of luidop op iemand anders loslaat.
Met dezelfde woorden waarmee oorlogen worden beschreven en glimmende auto’s aangeprezen, wordt ruzie gemaakt, wordt gezocht naar verzoening en wordt bemind.
Alle dagen vallen stapels krantenpagina’s in de brievenbus, vol met duizenden, tienduizenden woorden. En dan is er tussen al dat woordengeweld plots één brief, één kaartje, één e-mail die je meer raakt dan al het andere. Omdat die woorden net de spiegel zijn die je nodig hebt op dat moment in je leven. De onbaatzuchtige liefde is edel, maar zeer zeldzaam, zegt Camille Laurens, wier laatste boek L’Amour, roman heet. Beminnen is volgens haar honger naar liefde. Je hebt honger en de liefde wordt je aangeboden op een zilveren schaaltje van woorden. Je bent als een vis die zich laat verleiden door de kleurrijke vlieg aan de haak. En zoals die argeloze vis geef je je over aan de wervelende stroom van over en weer gaande woorden. Je laat je bijtrekken en vieren, je zwemt weg en wordt weer teruggezogen.
Houden van is een beslissing, zegt Camille Laurens in de Nouvel Obs. Je kunt vrij besluiten om van iemand te houden. Werkelijkheid wordt het pas als je het met woorden aan jezelf bekent.
Er zijn echter geen adequate woorden voor het moment dat iemand besluit niet meer van iemand te houden. Dan schieten woorden altijd tekort, dan gaan mensen op de vlucht voor woorden. Want je kunt een ander niet bevelen om op te houden met beminnen.
Veel later blijven alleen de woorden van mededogen. Woorden zoals Mous-taki die neerschreef in Sarah.
TESSA VERMEIREN
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier