Het winterplan
Een overzicht van wie en wat deze winter telt. Trends, voorspellingen en namen om te laten vallen het komende seizoen.
A. Designers
Vijfmaal mannenmode zoals het hoort: vernieuwend zonder in het onbegrijpelijke te vervallen, persoonlijk zonder een designer-egotrip te blijken, en esthetisch, al bij al de belangrijkste vereiste.
1. Comme des Garçons: Rei Kwakubo heeft een alfabet met 27 letters: het vocabularium van de mannenmode wordt door haar haast onopgemerkt uitgebreid met andere volumes, details en ideeën. De copieurs staan al aan te schuiven.
2. Raf Simons: een resoluut volwassen, vakkundige collectie, compleet met de gelaten rebellie en straatkennis die hem eigen is geworden. Simons heeft the eye, een feilloos gevoel voor wat scherp en juist is.
3. Byblos: de laatste collectie door Richard Tyler getekend, en wat voor een. Het bewijs dat de late ninetieslook (clean, minimaal, chic) gerust een afgemeten dosis kleur en verbeelding aankan.
4. Versace: alle sentiment terzijde, maar Donatella rocks. Niet langer met bombast, maar met onderkoelde, eigentijds geknipte mannenkleren.
5. W<: ondanks zijn reputatie van joker in het kaartspel, een inventieve en zeer draagbare mannenlijn.
B. Het winterpak
Optie 1: vloeiend, los en toch naar het lichaam gemodelleerd: Armani.
Optie 2: glanzend, gestructureerd en chic: Gucci.
Optie 3: kleine, smalle revers en workwear-geïnspireerd: Dolce & Gabbana.
C. Opgemerkte trends
1. Bontkragen: Gucci.
2. Sport de luxe: sportkledij opgewaardeerd, maar dan in de meest dure materialen, stille tinten en vereenvoudigde, uitgepuurde vormentaal. De combinatie met hihgtechmaterialen is ook in, net als velcrosluitingen en elastieken. Victor Victoria.
3. De kleermakersstijl, letterlijk dan. Deze winter wemelt het van de met de hand afgewerkte zomen, kragen en taillebanden; knopen en knoopsgaten zijn manueel aangebracht. Gevolg: nog duurdere stukken, wat op zich niet zo erg is; de truc is een jas en/of pak te kiezen met de meest klassieke snit.
4. Elitair militair, zoals deze jas van Ferré, haast perfect. Verder: legerbroeken, uit stocks of in designerversie, parka’s en militaire laarzen.
5. Pastelroze, door Donatella Versace (voor Versus) zeer juist gecombineerd met bordeaux. Pastelroze is een te shoppen kleur deze winter, ter voorbereiding van het pastelbombardement van volgende zomer. Wees gerust, designers brengen zeer zeker pastel tijdens het winterseizoen, daar zijn ze ontwerpers voor.
6. Wintermutsen, maar dan echte: vliegenierscaps, Peruviaanse mutsen, bontmutsen.
7. Gewatteerde, lichtgewicht bodywarmers, hier bij Byblos.
8. Designerjeans, het liefst eigenhandig bewerkt, gevlekt, gescheurd, of, in het geval van Helmut Lang, met de bunsenbrander aangevallen. Op eigen risico.
9. Kniebroeken met hooggetrokken kousen. O, jawel. Joe Casely Hayford.
10. Ruwe, gekookte wol en dito tweed, de echte versie (Comme des Garçons) of met wasverzachter (Dolce & Gabbana).
D. Kleur
G-r-i-j-s. In alle toonaarden. Afgaand op de Parijse en Milanese catwalks dé bouwsteen van de hedendaagse garderobe.
E. Campagnes van het seizoen
1. Yves Saint Laurent Rive Gauche, gefotografeerd door Mario Sorrenti.
2. Jill Sander, gefotografeerd door David Sims.
3. Baldessarini.
F. Gezicht
Tumult – nou ja – tijdens de mannendefilés voor winter ’98, afgelopen januari: het ene moment heeft model Scott Barnhill nog zijn lange lokken, het andere niet meer. Zijn transformatie (hij wordt nu vertederd Scott Evangelista genoemd) leverde hem wel vele dollars op: sindsdien is hij het meestgevraagde gezicht voor modecampagnes, van o.a. Versace, Fendi, YSL, Thierry Mugler, Calvin Klein, Tommy Hilfiger. Een lucratieve knipbeurt dus.
G. Geuren
1. Rocabar – Hermès. De flacon doet het niet echt vermoeden, maar de inhoud heeft een excellente geur. Onze favoriet.
2. Odeur 53 – Comme des Garçons. Chimique en toch chic. Dé modegeur van het moment die de hype makkelijk zal overleven.
3. Gentleman – Givenchy. Onverwoestbaar na al die jaren. Misschien niet trendy, wel een prima geur, en daar draait het om.
H. Labels
1. Label van het seizoen: 6876.
Aankopers te lande, uw aandacht. Want het meest terzake doend label is niet in België verkrijgbaar. Six Eight Seven Six is sinds zes seizoenen het mannenmodemerk van Kenneth MacKenzie, in een vorig leven werkzaam bij Duffer of St. George, de invloedrijke Londense winkel annex designercollectief. Als pseudoniem voor zijn soloproject koos MacKenzie vier cijfers, staande voor twee jaartallen: ’68, naar de studentenrevoltes in Parijs, en ’76, het jaar van de punk. Niet dat deze twee fenomenen visueel af te lezen zijn van de collecties; het label graaft dieper en zorgvuldiger naar de essentie van mannenkleren. De opvattingen van o.a. de Bauhaus-beweging en de Situationisten zijn doorslaggevender, met als resultaat een intelligente, afgelijnde en meticuleus afgewerkte kledinglijn. Six Eight Seven Six is opmerkelijk omdat het daadwerkelijk aflevert wat heel wat Italiaanse en Amerikaanse megadesigners tegenwoordig beloven: termen als modern, minimaal, functioneel en, natuurlijk, urban mogen dan wel goed bekken in persteksten, interviews en reclames, bij Six Eight Seven Six hangen ze aan kapstokken. Niet voor niets dus dat dit Engelse label het bestbewaarde geheim van de mannenmode wordt genoemd door insiders en inspiratieshoppers voor bepaalde grote modehuizen. Zien is geloven, kopen, dragen en koesteren.
2. Ook nog: de nieuwe, doordachte kledinglijn van Mandarina Duck, het nog steeds verrassende en nog steeds peperdure Stone Island, het Japanse Bathing Ape, naar de Apenplaneetfilms, voer voor Grand Royal-lezers en aanverwante obscuristen, Adidas, onverwoestbaar en blijkbaar eeuwig hip, Prada Sport, beter en stadser dan de hoofdlijn, te herkennen aan de rode labels, Maharishi, gestileerde combatwear uit Londen, Anglomania, de bijlijn van Vivienne Westwood die al haar klassiekers tegen een democratische prijs aanbiedt, de heruitgebrachte Sta-Prest van Levi’s en Lacoste, post-post-ironisch of niet, een klassieker.
I. Soundtrack
Vijf titels om u in de mood te brengen. Muziek om een winter ’98-’99-look bij te verzinnen.
Voor oktober: This is My Truth, Tell Me Yours – Manic Street Preachers (Epic). Net uit. Introspectie, agit-filosofie en welbespraakte educatie. Outfit-tip: afgemeten, onderkoelde, hooggesloten sportswear, van kop tot teen in donkerblauw, vriendelijke guerrillastijl, zonder labels. Zwarte trainers. Geen zonnebank.
Voor november: And Someone Left The Cake Out In The Rain – The songs of Jimmy Webb (Polygram), enkele maanden geleden heruitgebracht. Gekwelde crooners, met flair en verve. Outfit-tip: down and out, in een sjofele fluwelen smokingjas, zwart hemd in een oude jeansbroek gestopt, maar met dure lederen schoenen en fonkelende manchetknopen met eigen initialen erin gegraveerd.
Voor december: On The Corner – Miles Davis (Columbia), uit 1972. Deze revolutionaire Miles-plaat dient als tegengif voor allerhande kerstliederen. Outfit-tip: een scherp, zwart kostuum met een zelfgetekende Vote For Miles T-shirt in roze eronder.
Voor januari: Private Life: The Compass Point Sessions – Grace Jones (Island), uit 1998. Als we ook volgend jaar nog middenin een jaren ’80-revival zitten, dan maar beter met stijl en superieure dub-pop. Outfit-tip: witte, smalle ribfluwelen broek, even smalle leren jas, driekwart, redingote-stijl, in zwart of autobekledinggrijs, zwart hemd, grijze das, en een meterslange, handgebreide sjaal in de Jamaicaanse kleuren, optioneel in babygeel, flessengroen en bordeaux.
Voor februari: Tauhid – Pharoah Sanders (MCA) uit 1967. Spirituele new jazz, kalm en krijsend tegelijk. Om fit uit een winterslaap te ontwaken. Outfit-tip: tweedelig kostuum met vierkant, recht jasje, smalle revers, in grove, donkerbruine tweed met een kasjmier coltrui in lila. Gouden horloge aan de ene pols, Afrikaanse kralen aan de andere.
J. De stijliconen
Tien namen die u wel zonder blikken of blozen kunt laten vallen, ter referentie, ter inspiratie, ter huldebrenging.
1. Uit, want te nep: Beck.
In, want voor eeuwig: Bob Dylan.
2. Uit, want te kortademig – en slaperig – in zijn rebellie: Douglas Coupland.
In, want altijd inspirerend in zijn rebellie: Allen Ginsberg.
3. Uit, want te synthetisch: Damien Hirst.
In, want bloedecht: Francis Bacon.
4. Uit, want te hype: Brat Pack-films uit de eigthies.
In, want te weinig hype: essentiële, vroege Visconti, Antonioni, Pasolini, Rossellini, uit de fifties en begin sixties.
5. Uit, wegens kat in de zak: James Lavelle (U.N.K.L.E.).
In, wegens eeuwige hip cat: Kurtis Mantronix.
6. Uit, want te veel drank en drugs: Hunter S. Thompson.
In, want vlekkeloos talent: Tom Wolfe.
7. Uit, want slick in de betekenis van gladdig: Master P.
In, want slick in de betekenis van chic en gaaf: Sammy Davis Jr.
8. Uit, want enkel talent als sekssymbool: Shirley Manson (Garbage).
In, want talent en sekssymbool: Stevie Nicks (Fleetwood Mac).
9. Uit, want te prominent excentriek: Björk.
In, want genegeerde priesteres van experiment: Yoko Ono.
10. Uit, wegens te veel nineties-namaak: New York, stijl Studio 54.
In, wegens op een bepaalde manier dichter bij huis: New York, stijl Hill Street Blues.
Peter De Potter
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier