Mijn kerstcadeaus zoek ik ten laatste in oktober. Ik blijf altijd vriendelijk tegen verkoopsters, vooral als het druk is, en doe mijn boodschappen nooit vijf minuten voor een winkel sluit. Allemaal tics die ik overhield aan een korte carrière als verkoopster in een parfumerie, tijdens de drukke kerstperiode.

8.25 uur

Ik tik op de deur, een collega doet enthousiast open. Zoveel dynamisme, zo vroeg in de morgen, denk ik vermoeid. Ik werk nu al een maand negen uur per dag, zes dagen op de zeven, dat kruipt niet in je kouwe kleren. Ik hang mijn jas weg en loop meteen door om de stofzuiger te halen. De vloer is bezaaid met stukjes lint en papiertjes van de vorige dag en heeft een flinke beurt nodig. De eerste klanten stappen over mijn stofzuiger voor een snelle boodschap, op weg naar kantoor.

9 uur

Het is nog vrij rustig, want de meeste winkels in de buurt openen pas om halftien. Dus vul ik de rekken zo goed mogelijk aan, zodat we straks niet te vaak naar de reserves hoeven te hollen. Een verdwaalde Chinese toerist komt recht op mij af: ” Tax flee?” Ik knik en duw mijn stofzuiger achter de toonbank. ” Dioo o Chanel foo wife“, lispelt hij in gebrekkig Engels. Van een ander merk wil hij niet horen. Maar de parfums vindt hij te duur en hij wijst naar de make-updisplay: “Chanel! Plice?” Ik geef hem allerlei prijzen en hij kiest een zwarte mascara. Hij heeft geen idee wat hij koopt, maar het is wel Chanel. Ik moet hem met gebaren duidelijk maken hoe je een mascara gebruikt.

9.50 uur

Een telefoontje van een bedrijf: “Kunnen dertig parfums in cadeauverpakking een uur later worden afgehaald?” Actie! Een stoot adrenaline verjaagt mijn ochtendhumeur. Het hele team slaat koortsig aan het inpakken. Uitgerekend nu wordt het steeds drukker, zodat we met zijn tweeën overblijven voor de laatste pakjes. Wanneer het laatste krulletje wordt gemaakt, meldt een dame zich gehaast voor de bestelling. Ze wil een factuur, een ingewikkelde procedure op de computer die alleen de gerante en haar assistente kunnen uitvoeren. Maar die zijn druk bezig met een klant…

Een meisje van een jaar of zes met konijnentanden trekt aan mijn mouw en draait haar portemonnee om op de toonbank: “Dit zijn mijn spaarcentjes, ik wil een parfum voor mijn mama kopen.” Ze kijkt me hoopvol aan, terwijl ik het losse geld begin te tellen: 486 frank, daar heb je niets voor. Misschien een leuke zeep? Ik vind er eentje met een mooi doosje van een minder bekend merk. Ik doe er een parfumminiatuurtje en een paar staaltjes bij en ga me te buiten aan linten en strikjes. Haar ogen schitteren wanneer ik haar het zakje overhandig.

Maar het zijn niet allemaal zo’n schatjes. Iets later help ik een jonge vrouw met twee jengelende kinderen. Net op tijd zie ik een van de ettertjes graaien in de badparels, om er vervolgens een op de grond kapot te stampen. Het roze tapijt krijgt er een kleverige vlek bij. De moeder volgt mijn verstoorde blik en draait zich om: “Reken die badparel er maar bij.” zucht ze. Ze overloopt vluchtig haar lijstje, betaalt en verdwijnt zo snel mogelijk.

Ook mijn volgende klant heeft een lijstje: een aardige, oudere heer die me trots toevertrouwt dat hij drie dochters heeft, en dat zijn tiende kleinkind op komst is. Hij heeft de namen van hun favoriete parfums nauwkeurig opgeschreven en vraagt me of ik er mooie pakjes van wil maken. Bewonderend kijkt hij toe en legt hulpvaardig zijn vinger op elke knoop, tot ik een keertje te hard aantrek.

12 uur

Al twaalf uur! De eerste ploeg heeft nu een half uurtje lunchpauze. Onder de middag blijft het vrij druk, dus moeten we ons zevenkoppig team, aangevuld met twee jobstudenten, verdelen in drie groepjes. We sloffen naar boven, vallen in een stoel en schoppen onze schoenen uit. Lang duurt die zaligheid niet: we hebben amper onze broodjes op of we moeten weer naar beneden.

12.25 uur

Nederlanders! Het is maar een groepje van zes, maar er lijkt nu wel honderd man binnen. Ze willen enkele prijzen vergelijken met die van de concurrentie. Voor twintig frank verschil lopen ze de hele Meir af. Eentje probeert me wijs te maken dat hij een korting van dertig procent krijgt in een naburige parfumerie, maar dat pakt niet. “In Nederland geven de parfumerieën geen korting”, vertelt hij me, wanneer ik zijn cadeautjes inpak. “Twintig procent op een flesje van 1500 frank, dan loont een ritje naar Antwerpen al wel.” Ik bedenk dat hij dat verschil alleen al aan benzine kwijt is, maar hou wijselijk mijn mond.

14.00 uur

M eneerke Janssens komt binnen met een zak vol speculaas en peperkoek. “Dat is voor mijn meisjes, omdat jullie zo hard moeten werken.” Hij is een grappig, oud mannetje en een schat. Hij sloft al jaren geregeld binnen voor een babbeltje en brengt altijd iets mee. Onze koekendoos is nu goed voorzien: de grote baas en een paar trouwe klanten brengen pralines mee. Van sommige vertegenwoordigers krijgen we een fles champagne, maar die houden we voor oudejaarsavond. Ik zou nu nochtans best een glaasje kunnen gebruiken.

15.05 uur

Mijn voeten doen pijn, mijn benen zijn opgezwollen en ik krijg stijve kuiten van die rothakken. Ik leun met mijn handen op de toonbank en probeer ongemerkt mijn schoenen uit te doen. Dat doet deugd. De dame voor mij herinnert zich niet meer welk Chanel-parfum haar zus altijd draagt. Ik vraag haar om de geur te beschrijven, zonder veel succes. Veel mensen hebben daar moeite mee: ‘sensueel’, ‘kruidig’ of zelfs ‘fris’ schijnt voor velen iets heel anders te betekenen dan wat ik er mij bij voorstel. Neem nu de dame die op zoek was naar de frisse geur die haar moeder al jaren draagt. Ik stelde haar verschillende eaux fraîches voor, maar die vond ze allemaal te zwaar. “Het is zeer bekend: een bruinrood flesje met een gouden dop.” Dat lijkt me geen verpakking voor een licht luchtje, dus kijk ik naar de zwaardere, oriëntaalse parfums. En inderdaad: de klant herkent het flesje van Opium ( Yves Saint Laurent). Hallo? Opium, een frisse geur? “Ja hoor, ruik maar” en ze neemt de tester uit mijn handen om op mijn trui te spuiten. Ach ja, de aanzet bevat een vleugje sinaasappel! Dat dat enkele seconden later volledig verdwijnt in een leger van zwoele kruiden schijnt haar te ontgaan. In een wolk, intens genoeg om de rest van de dag high te blijven, sta ik te dampen bij de dame die me vastklampte voor de Chanel-rayon. Ik besluit van tactiek te veranderen en vraag haar welk type haar zus is: sportief, klassiek, modieus? “Nogal sportief, ze houdt absoluut niet van zware parfums. Ze gebruikt al jaren hetzelfde”, herinnert ze zich. Dat sluit Allure uit, dat nog niet zolang bestaat, en Coco wegens te zwoel. Blijven over: N°5, N°19 of Cristalle. Wanneer ik haar de doosjes en de flacons toon, herkent ze de zilveren letters van Cristalle. “Dat is het! Een grote fles, als cadeau inpakken alsjeblief.” Ik tast met mijn voeten de ruimte onder de toonbank af, maar mijn schoenen zijn nergens te vinden. Op kousenvoeten probeer ik onopgemerkt achter de toonbanken naar de kassa te lopen. Een collega knikt grijnzend naar de inpaktafel, waar mijn schoenen braaf staan te wachten. Het is hard werken tijdens deze dagen, iedereen is oververmoeid, maar een grapje kan er nog altijd af.

Vandaag is de dag van kerstavond. We verwachten veel volk. Ik ben slimmer dan gisteren en heb platte, comfortabele schoenen aangetrokken.

Om de verkoop van de feestmake-up te stimuleren, vraagt de gerante om ons ermee op te maken. We gooien ons op de glans en glitters en achtervolgen elkaar met pailletten. En het werkt: een dame vraagt me welke nagellak ik draag, wanneer ik haar cadeautjes inpak. Mijn collega heeft minder geluk: een klant wil dat ze haar opmaakt, maar de winkel staat vol wachtende mensen. Ze antwoordt beleefd dat het daar nu te druk voor is, maar dat ze dat op een rustiger moment met plezier zal doen. De dame is geërgerd en laat haar dan maar elk potje en flesje uithalen. Na een kwartier besluit ze dat ze haar gading toch niet vindt: “Nu bent u toch ook lang met me bezig geweest, op die tijd had u me net zo goed kunnen opmaken”, bijt ze snibbig en loopt zonder een woord de deur uit. De bitch! Ook aan de kassa lopen de wachttijden en de gemoederen wat hoger op dan normaal. De creditcard van een klant die net voor 40.000 frank heeft gekocht, wordt keer op keer geweigerd. We staan met drieën te wachten om het Mister Cash-toestel te gebruiken, maar de verkoopster houdt koppig haar pogingen vol. Begrijpelijk, hoewel mijn klant er minder begrip voor heeft: na vijf minuten duwt hij het zakje ingepakte cadeautjes weer in mijn handen en verlaat stomend de winkel. Ik troost me met de gedachte dat de ongeduldige man elders weer moet wachten.

13.30 uur

De winkel staat tjokvol: mensen vallen je bijna aan om bediend te worden. In die menigte klampt een oudere vrouw op krukken me aan en vraagt me of ik haar niet onmiddellijk kan helpen, omdat ze niet lang rechtop kan blijven staan. Ik geef haar een stoel en zeg dat ik nog met iemand bezig ben, maar zal proberen om haar zo snel mogelijk te bedienen. Ik zit een beetje tussen twee vuren, want een paar mensen wachten al veel langer. Waarom doet zo’n mensje uitgerekend in deze drukte haar inkopen? Waarom wacht iedereen altijd tot het laatste nippertje? Kerstmis valt elk jaar toch in dezelfde periode?

15.00 uur

Een vriendelijke veertiger spreekt me aan, hij zoekt een parfum voor zijn vrouw. Wanneer ik hem vraag wat zijn echtgenote graag ruikt, haalt hij zijn schouders op: “Ik zal u volledig moeten vertrouwen, want ik ruik niets.” Mannen zijn meestal dankbare klanten: bijna alles wat je hen voorstelt, is goed, zolang het maar snel gaat. En ze komen trouw terug.

16.00 uur

Ik wil die geur van Disney eens ruiken”, vraagt een vrouw me. Ik frons mijn wenkbrauwen en kijk de winkel rond. Walt Disney? Heeft die een parfum uitgebracht? check ik even bij een collega. “Jawel”, reageert de klant geprikkeld, “er wordt veel reclame voor gemaakt!” Er begint me iets te dagen en ik vraag haar hoe het flesje eruitziet. Een transparante kegel met een bolletje, dat zal L’eau d’Issey zijn! “Dat zei ik toch?” snuift de dame verontwaardigd. Wanneer ik mijn verhaal tijdens de koffiepauze doe, heeft iedereen zijn eigen anekdote: “Wat is poem of puma? Poême!” “Ken je spellboot of spielberg? Dat is Spellbound“. Er is ook eens iemand het parfum van Jean Louis De Schepper komen vragen ( Scherrer, op zijn Frans uitgesproken), of Wild Water in plaats van Eau Sauvage. En zo kunnen we nog wel een tijdje doorgaan.

18.05 uur

De kassa is gemaakt, we staan met onze jassen aan te wachten tot de gerante alles heeft afgesloten, wanneer een jonge man wanhopig op de gesloten deur bonkt. “Doe open, alsjeblieft! Ik kan onmogelijk met lege handen thuiskomen!” “Die heeft vanmorgen pas gehoord dat het kerstavond is, zeker?”, sist iemand tussen zijn tanden. Hij kijkt ons met zijn allerzieligste blik aan en weet een collega te vermurwen, die de deur op een kier zet. “Wat moet je hebben?” “Een eau de toilette voor mijn vriendin, maakt niet uit wat”. De gerante geeft een grote maat van Trésor, omdat die al is ingepakt. Nog geen minuut later staat de man opgelucht weer buiten. “Bedankt dames, en een gelukkig kerstfeest!” Genoeg goede daden voor dit jaar, tijd om naar huis te gaan.

Sofie Albrecht / Illustratie Ivan Petrovic

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content