Zesde grote uitstervingsgolf van dieren is al aan de gang
De zesde grote uitstervingsgolf is geen dreiging in de verre toekomst, maar is nu al ingezet. Dat is de conclusie van een grootschalig onderzoek naar de populaties en leefgebieden van 27.600 soorten.
Berichtgeving over de teloorgang van de biodiversiteit is meestal gericht op het verdwijnen van bepaalde iconische soorten als de panda of de tijger. Maar die focus negeert de bredere trends waar de bestaande dierenpopulaties aan blootstaan, waarschuwen ondezoekers van de Universiteit van Stanford en de Autonome Universiteit van Mexico.
Dinosaurussen
In 2015 al waarschuwde onderzoek dat een nieuw tijdperk van massaal uitsterven was begonnen, het grootste sinds de dinosaurussen zo’n 66 miljoen jaar geleden uitstierven. Uit cijfers van de International Union for Conservation of Nature (IUCN) bleek dat 41 procent van alle amfibiën en 26 procent van alle zoogdiersoorten gevaar lopen. Grootste oorzaken zijn verlies van habitat, overexploitatie, concurrentie van invasieve soorten, vervuiling en de klimaatverandering.
De nieuwe analyse in Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS) kijkt verder dan enkel het verdwijnen van bepaalde soorten, maar schetst een beeld van de dalende populaties en krimpende leefgebieden van de soorten die er wel nog zijn. De wetenschappers onderzochten het leefgebied van 27.600 soorten vogels, amfibieën, zoogdieren en reptielen – goed voor ongeveer de helft van alle gekende soorten.
Daaruit blijkt dat de populaties en leefgebieden van meer dan 30 procent van de onderzochte diersoorten krimpen. Van de 177 onderzochte diersoorten waarvoor gedetailleerde tellingen bestaan, blijken alle soorten minstens 30 procent van hun leefgebied te verliezen. Voor vier op de tien soorten is dat zelfs meer dan 80 procent van hun historisch leefgebied.
Tropen
Tropische regio’s zijn extra hard getroffen, met de zoogdieren in Zuid- en Zuidoost-Azië als grootste verliezers. Alle grote zoogdieren hebben daar meer dan 80 procent van hun leefgebied moeten prijsgeven.
“De kaarten tonen aan dat meer dan de helft van de individuele exemplaren verdwenen zijn van alle dieren die ooit op aarde rondliepen”, stellen de auteurs. “Dat komt neer op een massale erosie van de grootste biologische diversiteit in de geschiedenis van de aarde.”
“Het massale verlies van soorten en populaties is een reflectie voor ons gebrek aan empathie voor de diersoorten die al sinds mensenheugenis bij ons zijn”, zegt hoofdauteur Gerardo Ceballos. “Het is een prelude voor het verdwijnen van nog veel meer diersoorten en de teloorgang van de natuurlijke systemen die de beschaving mogelijk maken.”
Belang voor de mens
Het belang van soortenrijkdom voor de mens kan moeilijk onderschat worden. De verliezen bedreigen cruciale “ecosysteemdiensten”: vitale diensten die de soorten en hun ecosystemen leveren aan de mens. Zo zijn bijen en andere bestuivers onontbeerlijk voor de bevruchting van heel wat gewassen, houden andere diersoorten plagen onder controle en zijn draslanden onontbeerlijk voor waterzuivering.
De omvang van het soortenverlies toont aan dat de wereld niet langer kan wachten om het probleem aan te pakken, zeggen de auteurs. Ze pleiten voor een focus op de belangrijkste oorzaken: overbevolking en overconsumptie. De maatschappij moet af van “de fictie dat ongebrensde groei mogelijk is op een eindige planeet”.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier