In de stad Luxemburg kunnen bezoekers flaneren, shoppen of terugreizen naar het verleden.
Luxemburg behoort zonder twijfel tot de kleinere hoofdsteden van Europa. Toch kan men met recht en rede stellen dat de grote culturele verscheidenheid en de levenskwaliteit die de bezoekers te wachten staan op internationaal vlak absoluut uniek zijn. En ondanks de adembenemende modernisering die Luxemburg de afgelopen jaren heeft meegemaakt, is het steeds een metropool op mensenmaat gebleven. De stad telt minder dan 100.000 inwoners, die echter uit niet minder dan 150 verschillende landen komen en elk genieten van de vanzelfsprekende meertaligheid en de multiculturele sfeer.
Luxemburg wordt niet zomaar “het groene hart van Europa” genoemd. Meer dan een derde van het stedelijk gebied bestaat uit groenvoorzieningen, die natuurliefhebbers uitnodigen tot lange wandelingen of uitstapjes met de fiets. Flaneurs met interesse voor cultuurgeschiedenis kunnen de behoedzaam gerestaureerde resten van het voormalige vestingcomplex rond de Bockrots bewonderen. De Kasematten (vestinggewelf) of het onlangs geopende vestingmuseum „Dräi Eechelen” zijn eveneens een excursie waard. De zogenaamde oude stad, die op een geschiedenis van meer dan duizend jaar kan terugblikken, behoort sinds 1994 tot het cultureel werelderfgoed van de Unesco.
Meesterlijke voorbeelden van hedendaagse architectuur vindt men op Kirchberg, de opbloeiende stadswijk waar sinds de jaren 1960 eerst spectaculaire gebouwen voor de Europese instellingen (zoals de voormalige toren van het Europees Parlement, het Hof van Justitie van de Europese Unie of de Europese Investeringsbank) tot stand kwamen, tot er zich steeds meer internationale banken met prestigieuze gebouwen vestigden.
Intussen kan de Europese en bankenwijk ook ettelijke uitstekende culturele bouwprojecten voorleggen, zoals de alom geloofde filharmonie van de Fransman Christian de Portzamparc en het lichtovergoten museum voor moderne kunst (of Mudam) van de in China geboren Amerikaan I.M. Pei. Beide instituten staan over de landsgrenzen heen bekend voor de hoge kwaliteit van hun concerten en tentoonstellingen.
Wie zich eerder voor oude meesters of de geschiedenis van het land vanaf de vroegste periode interesseert, vindt zijn gading in het Nationaal Museum voor Geschiedenis en Kunst, terwijl de stad Luxemburg op zich een museum van haar eigen geschiedenis is. Kinderen en jongeren komen volop aan hun trekken tijdens de leerprogramma’s van het natuurwetenschappelijk museum. Op de podia van het gerenoveerde Grand Théâtre en kleinere gezelschappen worden lokale en internationale eersteklasproducties in verschillende talen opgevoerd. Over de ganse binnenstad liggen galerieën voor hedendaagse kunst verspreid. De abdij Neumünster, die vóór haar renovatie als gevangenis diende, organiseert de meest uiteenlopende evenementen op het vlak van theater, literatuur, schilderkunst, beeldende kunst en muziek; in het weekend kan men zich ontspannen bij gratis jazz- en bluesconcerten.
Wie echter de voorkeur geeft aan chique boutiques, wordt in de autoluwe zone rijkelijk beloond, want langs de Grand-Rue en de Rue Philippe II zijn alle grote modehuizen vertegenwoordigd. Een paar straten verder vindt elke woensdag en zaterdag een voedingsmarkt plaats, waar men kan slenteren en tegelijkertijd producten van lokale of biologische teelt kan kopen.
Aan schaduwrijke terrassen waar bezoekers kunnen neerstrijken bij een glas moezelwijn of pils uit een plaatselijke brouwerij ontbreekt het uiteraard niet om vervolgens een van de talloze restaurants te bezoeken die evengoed Luxemburgse specialiteiten aanbieden alsook pizza, sushi of een menu uit de hoogwaardige Franse keuken naargelang waar men zin in heeft. Dat goed eten in Luxemburg een traditie is, merkt men ook aan het feit dat er momenteel elf eettempels met minstens een ster in de beroemde Michelingids zijn opgenomen. En als deze restaurants niet onmiddellijk in de hoofdstad liggen, zijn ze in enkele minuten met de auto bereikbaar…
Meer informatie vindt u op Visit Luxembourg.
