Gegratineerde witloofsoep met grijze garnalen
Een kom heerlijke witloofsoep met vers gepelde garnalen en een geroosterde snede brood met kaas die je kort gratineert onder de grill. Zoiets valt toch niet te versmaden.
Voor 4 personen
900 g witloof
1 el kandijsuiker
1 glas warm water
4 sjalotten
2 tl olie
20 g boter
sap van 1 citroen
200 g ongepelde grijze garnalen
2 glazen + 500 ml koud water
4 sneetjes oudbakken brood
80 g geraspte gruyèrekaas
peper van de molen en zout
Bereiding
1. Maak het witloof schoon met een vochtige doek, verwijder de harde kern langs onder en snijd het in stukken. Los de kandijsuiker op in het warme water. Pel en snipper de sjalotten. Fruit in de olie en boter in een pan met zware bodem tot de sjalotten licht karamelliseren. Voeg het witloof toe, besprenkel met het citroensap en het suikerwater. Kruid zeer licht met peper en zout. Dek de pan af en laat 10 min. stoven op een laag vuur.
2. Pel intussen de garnalen en doe de pantsers in een pan.
3. Voeg 2 glazen koud water toe en breng aan de kook. Laat 10 min. koken op een laag vuur. Zeef de bouillon en voeg het gestoofde witloof toe, samen met de rest van het water. Laat nog 15 min. afgedekt sudderen.
4. Rooster de sneden brood aan beide kanten.
5. Verdeel de soep over 4 kommen, voeg de garnalen toe en leg er de toasts op. Strooi de kaas over de toasts en zet 5 min. onder een hete grill om te gratineren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier