De textielindustrie heeft komende zomer een aantal nieuwe pionnen klaar. Beknopt verslag van de modeweken van Londen, Milaan en Parijs.

In de vroege eenentwintigste eeuw delen fast fashion, luxe en celebrity’s de lakens uit in de mode. Voor de zelfstandige ontwerpers lijkt vaak alleen een toekomst weggelegd in de verstikkende omhelzing van een megaconcern. Dat was de voorbije weken zeer duidelijk in Londen, waar de 25e editie van London Fashion Week volledig gedomineerd werd door enerzijds Burberry, en anderzijds Topshop. De winkelstraatketen sponsorde de shows van een dozijn jonge ontwerpers en richtte daarbij de schijnwerpers vooral op zichzelf. Met communisme heeft mode niets van zien, maar toch hing in Londen nu en dan een air van Boekarest, 1983.

In Parijs werd de semaine de la mode bijna overschaduwd door het debuut, op het Europese vasteland, van de Japanse winkelketen Uniqlo. Voor het nieuwe vlaggenschip aan de Opéra Garnier stonden de hele week lange rijen aan te schuiven. Sonia Rykiel kondigde haar samenwerking met H&M aan, en plaatste Juliette Gréco op haar front row. Yohji Yamamoto liet tijdens zijn defilé Que sera sera door de luidsprekers schallen, van Doris Day. Nog voor de week voorbij was, kondigde Yamamoto het faillissement van zijn bedrijf aan.

De mode is zijn mystiek kwijt, schreef het Amerikaanse vakblad Women’s Wear Daily na de modeweken. Mode is niet langer, zoals vroeger, kunstig, maar wel entertainment. Er is minder aandacht voor kleren, meer aandacht voor de verhalen backstage, achter de coulissen : de verloofde van Marc Jacobs, het dieet van Karl Lagerfeld, de gezondheidsproblemen van Giorgio Armani.

De mode, een verbazingwekkend reactionaire industrie, is in stroomversnelling. En niemand heeft nog geduld. Het belangrijkste nieuws van de jongste modeweken viel online te rapen, waar een handvol belangrijke merken zijn shows live streamde : Burberry, Alexander McQueen, Louis Vuitton. De volgende stap in het ver-entertainen van de mode ? Instant verkrijgbare collecties. Want niemand wil maanden wachten op dat onweerstaanbare suède jasje van Haider Ackermann.

Londen

London Fashion Week vierde zijn 25e verjaardag en werd zoals gezegd gedomineerd door twee machtige spelers : het Britse luxemerk Burberry, dat voor het eerst in jaren een thuismatch speelde, en de winkelstraatketen Topshop.

De oudgedienden van de Londense mode blijven respect afdwingen. Paul Smith (in Afrikaans gemoed) en Vivienne Westwood staan er nog altijd.

De oudste Britse merken doen pogingen om relevant te blijven. Pringle liet een filmpje maken door de jonge fotograaf Ryan McGinley, Ballantyne ging een samenwerking aan met ontwerpster Louise Goldin, voor een capsulecollectie. Jaeger London toonde zijn statige garderobe op de catwalk van Somerset House, en Aqua-scutum, dat onlangs werd overgenomen door Jaeger, ontving in zijn vlaggenschip langs Regent Street. Burberry bouwde een tent in de tuin van de Tate Gallery en vulde die met een stoomboot celebrity’s. Maar de collectie van Christopher Bailey, overwegend in pastels en draperingen, was zeker niet zijn beste.

Marios Schwab (sinds kort creatief directeur van Halston in New York) en Christopher Kane (ontwerper van Versus, een recent heropgewekte nevenlijn van Versace) bevestigen hun talent : ze zijn allicht de invloedrijkste Londense ontwerpers van het moment. Kane brengt voor komende zomer de Vichyruit terug : een trend in wording.

Erdem en Peter Pilotto bewijzen dat prints niet noodzakelijk oubollig zijn. Met Anna Wintour als getuige. Voor beide labels wenken dus allicht de roem en het succes. Dat geldt ook voor Mary Katrantzou, ook al onder de invloed van druksels.

De grootste rel in Londen ? Het gewicht (of veeeleer, het gebrek eraan) van Victoria Beckham, breed uitgesmeerd in de tabloids.

Milaan

Tijdens de modeweek van Milaan waren designers in de ban van unfinished business. Prada knipte haar broek- en jaszomen gewoon af met de schaar, en leende het werktuig daarna uit aan Karl Lagerfeld bij Fendi. Ook Raf Simons verhief met zijn collectie voor Jil Sander deconstructie tot nieuw codewoord. De naakte vrijende lichamen die tijdens zijn defilé op videoschermen geprojecteerd werd, suggereerde tegelijk een andere trend : transparantie. Volgende zomer investeren we maar beter in lingerie (met Dolce & Gabbana als koplopers in het promoten van underwear als outerwear), want doorkijkstoffen worden het werkmateriaal van menig ontwerper. Al zorgen de vrolijke prints en stoffencombinaties van Marni op hun eentje voor een geklede tegenbeweging.

De modellenlichamen bij Versace en Gucci hebben een duidelijke boodschap : volgend seizoen zijn we maar beter in topvorm. Seks, verleiden en bondage, zo klinkt het, al bewijst Max Mara dat met beige, beige en beige al even eindeloos én vrouwelijk gespeeld kan worden.

“Janet ! Janet !” werd geroepen bij het defilé van GiorgioArmani. Al was dat geen scheldnaam voor de ontwerper, maar gewoon de lokroep van een meute fotografen die Janet Jackson front row wilden portretteren. De zomer volgens de 75-jarige designer : fluffy minirokjes, bolle mouwen en platvoets.

Parijs

In Parijs is, heel duidelijk, een generatiewissel aan de gang, vooral in de grote huizen. Een handvol statige merken dat in het verleden zijn comeback enigszins heeft gemist, doet dit seizoen een nieuwe poging. De belangrijkste : Rochas (vorig seizoen opnieuw gelanceerd met Marco Zanini aan het roer, nu terug op de catwalk), Vionnet (een overtuigende presentatie van ontwerper Rodolfo Padglialunga), Nina Ricci (gemengde reacties voor de Brit Peter Copping) Cacharel (een uitstekend debuut van de Belg Cédric Charlier), en vooral Céline, een merk dat sinds het bewind van Michael Kors, ondertussen een eeuwigheid geleden, al aan het zwalpen was. Niet langer. LVMH, de luxegroep die Céline controleert, overtuigde ontwerpster Phoebe Philo om zich over het merk te ontfermen, en had daar veel voor over. Philo mocht bijvoorbeeld vanuit Londen blijven werken. De ontwerpster, die haar naam maakte bij Chloé, is duidelijk volwassen geworden. De show was adembenemend – scherp, grotendeels utilitair (met nogal wat militaire elementen), chic en vol zelfvertrouwen. Na tien minuten telde Céline opnieuw mee.

Er was in Parijs ook plek voor psychodrama. In het bijzonder bij Ungaro, waar de Spaanse Estrella Archs creatief werd bijgestaan door de Amerikaanse actrice Lindsey Lohan. Geen goed idee, vonden de meeste critici, en de show werd unaniem gekraakt. Maar celebrity’s zijn natuurlijk wel essentieel geworden voor de economie van de mode, en er werd de voorbije twintig jaar nooit zoveel gesproken over Ungaro.

Andere publiekssuccessen in Parijs : de boerderij van Chanel, en het tennisveld van Jean-Paul Gaultier voor Hermès.

De Belgen blijven het uitstekend doen in Parijs, met goede shows van A.F. Vandevorst, Ann Demeulemeester, Haider Ackermann en Dries Van Noten in het bijzonder. Bij Maison Martin Margiela, daarentegen, is duidelijk iets aan de hand. De ontwerper is al enkele seizoenen foetsie, en het team van eigenaar Diesel raakt niet veel verder dan een karikatuur van de codes van het label. Van de oude Margiela is eigenlijk alleen de goedkope wijn gebleven die voor de show in pastic bekers wordt opgediend.

Door Jesse Brouns en Elke Lahousse Foto’s Etienne Tordoir

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content