Zon, vriend of vijand ?

Nu we voor zonnecrèmes met almaar hogere beschermingsfilters kiezen, stellen sommige dermatologen hardop de vraag of dat wel een goede zaak is. Het geeft mensen een vals gevoel van veiligheid en zou de aanmaak van vitamine D verhinderen. Bovendien daalt het aantal huidkankers niet.

FOTO P.31:

STYLING : ILJA DE WEERDT

PRODUCTIEASSISTENT : FRANCIS BOESMANS

FOTOGRAFIEASSISTENT : CHRISTIAN JIMENEZ

HAAR & MAKE-UP : RUDI CREMERS VOOR M.A.C. EN REDKEN, TOUCH

MODEL : MAXIME BIJ ULLA MODELS

Dokter Dez Fernandez, een Zuid-Afrikaans plastisch chirurg, verloor in het begin van zijn carrière twee jonge patiënten aan huidkanker. Hij vroeg zich af of hij dat had kunnen voorkomen en verdiepte zich in onderzoek naar de effecten van zon op de huid. Zijn bevindingen verwerkte hij in een huidverzorgingslijn, Environ. Maar toch is hij er niet helemaal uit. “Er klopt iets niet aan het paradigma dat zon kanker veroorzaakt. Wanneer mensen melanomen krijgen, is dat immers niet altijd op plekken die blootgesteld worden aan uv-stralen. Schotland telt het hoogste aantal huidkankers in Europa, terwijl dat een land is dat niet veel zon krijgt. Sinds de jaren zeventig stijgt het aantal melanomen. Dat heeft te maken met veranderingen in de atmosfeer, maar ook met het feit dat we meer tijd in de zon doorbrengen. Het aantal huidkankers blijft stijgen, ook al gebruiken de mensen meer en hogere zonnebescherming dan vroeger. Hogere factoren geven een vals gevoel van veiligheid en bescherming.”

Zijn die hoge factoren dan niet goed ?

Dr. Fernandez : “Zonnecrème onderdrukt de waarschuwingsverschijnselen (erythema en rood worden) wanneer onze huid te veel zon krijgt, zodat we langer in de zon blijven en bijgevolg meer schade oplopen. Mogelijk heeft het ook te maken met het feit dat je chemische filters nodig hebt voor een hogere uv-bescherming. Die dringen door de huid en absorberen uv-stralen, maar dat geeft meer risico op irritaties dan fysische of minerale filters die als een film op de huid blijven liggen en uv-stralen terugkaatsen. Een studie over het verband tussen uv-filters en vrije radicalen (Dr. Kerry Hanson, wetenschappelijk onderzoeker aan de Universiteit van California, Riverside) wees uit dat sommige uv-filters in bepaalde omstandigheden vrije radicalen kunnen doen ontstaan in de huid, die cellen en DNA aanvallen. Vrije radicalen zijn de grootste bron van schade voor de huid. Het toevoegen van antioxidantia zou dat verminderen.”

L’Oréal kiest bewust voor een combinatie van chemische en fysische filters, weet Isabelle Waillez, wetenschappelijk verantwoordelijke van L’Oréal. “Minerale filters beschermen niet volledig tegen (lange) uv A-stralen, daarom gebruiken onze merken (L’Oréal Paris, La Roche-Posay, Vichy, Lancôme, Biotherm, Garnier), ook chemische filters. De langere golven dringen namelijk toch nog in de huid binnen. Sommige chemische filters, zoals octocrylene, kunnen mogelijk irritaties geven, die hebben we uit de formules gehaald. Daarnaast bevatten bepaalde producten ook nog een antiradicalaire stof (dihydrocalcone).”

Verhinderen hoge zonnefilters de aanmaak van vitamine D ?

Volgens de Amerikaanse dermatoloog dr. Perricone (zie ook p. 26) zullen bepaalde vormen van huidkanker afnemen wanneer je mensen uit de zon houdt, maar zal het aantal interne kankers sterk verhogen. “We weten dat mensen met een laag vitamine D-gehalte een hoger risico lopen op verschillende aandoeningen zoals mentale depressie, diabetes, kanker,… Gematigde zonblootstelling vind ik dus een goed idee. Maar als je het gebruik van lagere filters bespreekt op congressen lokt dat soms gewelddadige reacties uit van collega’s die dat compleet onverantwoord vinden. Het probleem is dat ze organen op zich bekijken, terwijl de huid geen geïsoleerd orgaan is. Ik beveel patiënten al jaren aan dat ze voldoende zon opzoeken.”

Ook dr. Fernandez vindt de productie van vitamine D een prioriteit boven mogelijke huidschade. “Een tekort aan vitamine D wordt geassocieerd met de drie meest voorkomende kankers : borst, darm- en prostaatkanker. Wil je je beschermen tegen de meest courante en dodelijkste kankers of tegen de kleinere kans op huidkanker, die goed genezen kan worden als je er snel bij bent ?”

Isabelle Wailliez nuanceert : “Zelfs als je je helemaal insmeert, bent je nooit 100 procent beschermd tegen de zon. Wanneer je honderd deelt door de uv-factor, dan krijg je het percentage uv-stralen dat nog kunnen binnendringen. Bij een factor 50 is dat dus twee procent. Wanneer je dagelijks een SPF 15 (de meest courante filterhoogte in een dagcrème of foundation) gebruikt, krijg je dus nog genoeg binnen. Bovendien zou de onbeschermde oppervlakte van de handen volstaan om voldoende vitamine D aan te maken.”

Daar is dr. Fernandez het niet mee eens : “In dit klimaat is de zon enkel tussen mei en oktober sterk genoeg. Bovendien heb je slechts gedurende een beperkte tijd (tussen 11 en 16 uur) uv B-stralen. Ik houd absoluut geen pleidooi voor ongebreideld zonnekloppen, afhankelijk van je huidtype volstaan gemiddeld een twintigtal minuten in de zon. Onbeschermd, want een doorsnee zonnecrème verhindert de vorming van vitamine D. Langer heeft geen zin, want dan vernietig je het opgebouwde kapitaal.”

Dr. Fernandez raadt aan om voedings- supplementen te nemen, waaronder vitamine A dat beschermt tegen de zon, doordat het vrije radicalen neutraliseert en DNA beschermt.

Recent onderzoek toont aan dat uv A-stralen meer schade aanrichten dan aanvankelijk gedacht. Volstaat de huidige Europese norm die verplicht dat uv A-bescherming minimaal een derde moet bedragen van de aangegeven uv B-factor ?

Dr. Fernandez : “Tot de jaren negentig dacht iedereen dat uv A-stralen veilig waren, maar intussen beseft men dat die net zo schadelijk zijn als uv B-stralen, dat ze kanker kunnen veroorzaken en het DNA beschadigen. Volgens mij is het de belangrijkste bron van schade waartegen we ons moeten beschermen. De huidige beschermingsstandaarden voor zonnecrèmes zijn vooral gericht op het blokkeren van uv B-stralen. Persoonlijk kies ik voor minerale filters in combinatie met antioxidantia, om de vrije radicalen te neutraliseren.”

Ook bij L’Oréal is men zich bewust van de schade die uv A-stralen kunnen aanrichten. Het bedrijf heeft net een studie afgerond die onderzocht welke schade de langere uv A-stralen veroorzaken, en hoe diep in de huid. Isabelle Wailliez : “We hebben ons tot nu toe voornamelijk gericht op uv B- en korte uv A-stralen, omdat die het meest energetisch zijn en bijgevolg het meest schadelijk. Maar in tegenstelling tot uv B-stralen zijn uv A’s altijd aanwezig en maken ze 95 procent uit van de stralen die ons bereiken. We hebben meer dan 27.000 genen bestudeerd en inderdaad schade vastgesteld. Die kun je tot 95 procent vermijden door je te beschermen.” Die inzichten worden verwerkt in een grootschalige herformulering van de zonneproducten van de L’Oréal-groep. Maar Vichy en La Roche-Posay gebruiken al langer hogere uv A-bescherming dan de aanbevolen 1/3-verhouding.

DOOR SOFIE ALBRECHT ? FOTO LUC PRAET

Dr. Fernandez : “Ik houd absoluut geen pleidooi voor ongebreideld zonnekloppen, afhankelijk van je huidtype volstaan gemiddeld een twintigtal minuten in de zon. Onbeschermd”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content