Vertrouwd met ontrouw
Ontrouw. We durven het woord hoogstens te fluisteren en plaatsen het in onze relatie meedogenloos bovenaan de zwarte lijst. Terecht ? Of hoeft een scheve schaats niet zo dramatisch te zijn als we denken en de liefde niet definitief de mond te snoeren ?
:: Wilfried Van Craen, De prijs van de passie, trouw aan ontrouw,
Uitgeverij Van Halewyck.
We horen ze niet graag, de cijfers over het aantal schuinsmarcheerders. Want ze zijn indrukwekkender dan we graag zouden geloven : een stevige 40 tot 50 procent van alle mannen en 25 tot 35 procent van de vrouwen. Of dat is toch het gemiddelde van de resultaten die uiteenlopende onderzoeken tot nog toe hebben opgeleverd. Het befaamde Kinsey-rapport uit de jaren zestig sprak zelfs van 50 tot 60 procent van de mannen, en 40 tot 50 procent van de vrouwen. Waterdicht zijn de cijfers uiteraard nooit : over ontrouw blijken we de waarheid al eens gemakkelijk geweld aan te doen.
Hoe dan ook, ontrouw is er. En is er al een hele tijd. Al van toen de Griekse oppergod Zeus minnaressen in koeien veranderde om ze voor het boze oog van vrouw Hera te verbergen en de godin van de liefde Aphrodite zich al eens in de armen van Adonis en oorlogsgod Ares waagde toen echtgenoot Hephaistos even niet keek. De oude Grieken bleken er het hoofd al over te breken. Later dwingen kruisvaarders hun eega bij de afscheidskus in veelzeggende kuisheidsgordels, loopt de aardbol sinds de invoering van het wettelijke huwelijk vol met buitenechtelijke kinderen, en tegenwoordig vullen we er hete Temptation-programma’s mee en worden hele glossy’s gevoed met de scheefschaatserij van de groten der aarde. Zo’n lekker verhaal kregen we recentelijk nog van steracteur Jude Law die zijn (nochtans perfecte) verloofde Sienna Miller hartzeer bezorgde toen hij zich iets te dicht tegen – zowaar – de kinderjuf had aangeschurkt. Het voormalige sterrenkoppel Nicole Kidman en Tom Cruise maakte de denkoefening ooit zelfs hardop voor de camera in de – profetische – film Eyes wide shut. Het ontrouwthema haalde trouwens wel vaker het witte doek.
“Logisch”, meent Wilfried Van Craen, seksuoloog en psychotherapeut, en auteur van het boek De prijs van de passie, trouw aan ontrouw. “Over wat onderhuids leeft, worden de prachtigste films en boeken gemaakt.” Onderhuids, want erover praten buiten de wondere wereld van de fictie en die van het al even onwerkelijke sterrendom, dat jaagt ons de stuipen op het lijf. Weinig woorden ook waarvoor we zoveel metaforen bedacht hebben als voor ontrouw : een scheve schaats rijden, over de haag plassen, buiten het potje pissen, een slippertje maken, schuinsmarcheren, je partner de hoorns opzetten en nog een rist sappige regionale varianten. Zolang we het kind maar niet bij naam hoeven te noemen. Toen Van Craen dat wél deed met zijn boek, werd hem dat niet altijd in dank afgenomen.
“Over ontrouw hoor je niet te praten, laat staan er een boek over te schrijven. Dat heb ik duidelijk mogen ondervinden”, zegt Van Craen. “Helaas lijkt me net daar het probleem van ontrouw te schuilen. In die vaak krampachtige houding van : het mag niet, het kan niet en het zal niet. Dat helpt al zeker niet om ontrouw te voorkomen, integendeel. Ontrouw blijkt, als je de cijfers bekijkt, in vele gevallen sowieso amper te voorkomen. Misschien is trouw minder vanzelfsprekend dan we zouden willen, en ontrouw vanzelfsprekender dan we vrezen. Laten we er dus maar beter zo goed mogelijk mee leren omgaan. Want om een ‘vijand’ te overwinnen, moet je hem eerst heel goed leren kennen. En dat is wat ik heb proberen te doen met het boek : de motieven en verklaringen voor ontrouw onbevooroordeeld in kaart brengen. En het is niet omdat ik niet (ver)oordeel, dat ik pleit voor ontrouw, integendeel. Ik ben de eerste om de waarde van een duurzame relatie te benadrukken. Maar laten we wel wat minder hypocriet zijn en openlijk bespreken waar we zo dikwijls aan denken. Bovendien is het vaak niet eens de ontrouw zelf die de vaste relatie op de klippen doet lopen, wel het onvermogen om er achteraf als koppel mee om te gaan. En dat is jammer.”
Boeiend leven tegen ontrouw
Waarom we vreemdgaan of er op zijn minst zo creatief over fantaseren ? Van Craen : “Daar is niet met één waarheid op te antwoorden. Maar een stelling die tegenwoordig alvast heel populair is, is de biologische. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat de stoffen in onze hersens en de hormonen die verantwoordelijk zijn voor passie en verliefdheid na drie of vier jaar gewoon niet meer aangemaakt worden door ons lichaam. De verliefdheid verdwijnt dus. Willens nillens. Waarom net die vier jaar ? Volgens sommige onderzoeken zou die afgebakende periode waarin een stabiele relatie dankzij de hormonen gehandhaafd wordt, net voldoende zijn om een kind in zijn meest fragiele periode op te voeden en groot te brengen. Na die kritieke fase is de relatie dan so to speak overbodig en kan de voortplanting met andere partners worden voortgezet, wat dan ook weer zijn – biologische – voordelen heeft. Natuurlijk gezien is het met andere woorden niet gewoon levenslang bij een en dezelfde partner te blijven, logisch dat we dan al eens over de muur kijken. Dat is althans het verhaal van de biologen, wat uiteraard geen excuus vormt om meteen over de haag te plassen. Je bent nog altijd baas over je aandriften.”
Van Craen vult die biologische benadering aan met een psychologische verklaring. “Als mens lever je een voortdurende tweestrijd tussen enerzijds een verlangen naar duurzaamheid, stabiliteit, vertrouwen en veiligheid en anderzijds een diepgaande nood aan verandering, passie, vernieuwing en avontuur. Die nood aan passie lijkt tijdens de hormonaal verliefde periode voldaan en gesust, maar begint daarna onvermijdelijk steeds sterker de kop op te steken. En dus proberen partners die behoefte vaak binnen de relatie te manifesteren – tot experimenten met partnerruil toe. Maar dat lukt moeizaam. Meestal niet zelfs.”
Langdurige relaties en eeuwige verliefdheid gaan dus niet samen ? “Afgezien van een paar uitzonderingen, vrees ik inderdaad van niet. Maar dat hoeft niet problematisch te zijn. Het wordt tijd dat we leren realistische verwachtingen te hebben van relaties en niet krampachtig die eeuwigdurende passie willen nastreven. Te hooggespannen verwachtingen zijn trouwens net de oorzaak van veel ontrouw. Wat dan te doen als de passie verdwenen is ? Mijn persoonlijke antwoord is : zorg dat je een boeiend leven hebt. Zorg dat je verlangen naar vernieuwing en avontuur op die manier ingelost wordt. Nee, je hoeft er absoluut niet voor vreemd te gaan, want dat brengt na de beginroes meestal meer pijn dan voldoening op. Maar dat is mijn mening. Er is geen sluitend antwoord natuurlijk.”
Ademruimte
In het hele ontrouwverhaal blijken amper sluitende antwoorden te geven. Net zo op de vraag of en zo ja, hoe je je relatie ontrouwbestendig kunt maken. “Er bestaat uiteraard geen vaccinatie tegen ontrouw. Maar als koppel kun je je er wel tegen wapenen. En daarbij zijn er evenveel manieren om met ontrouw om te gaan als er koppels zijn : elk moet zijn eigen manier vinden. Maar het lukt zeker niet met uitspraken als : ‘Als je dat ooit doet, dan staan je koffers klaar. ‘ Dat levert vaak net het omgekeerde effect op. Ook controlefreaks die luidkeels verkondigen dat zoiets nooit met hen zal gebeuren, maken zich beter geen illusies. Net zij worden vaak ‘overvallen’ door een plotse verliefdheid en een affaire en gaan er vaak helemaal aan ten onder. Snijd daarom zo vroeg mogelijk in een relatie het onderwerp aan. ‘Wat versta jij onder ontrouw ? Wanneer ben je volgens jou ontrouw ? Waaraan willen we trouw zijn in onze relatie ? Aan seks of misschien vooral aan zorgzaamheid ?’ Zoiets uitpraten kan al heel wat misverstanden voorkomen.”
“En waar het volgens mij vooral op aankomt : ervoor te zorgen dat je boeiend blijft voor elkaar. Dat je nieuwsgierig blijft, zelfs trots op elkaar. Gun de andere én jezelf daarom voldoende ademruimte en onafhankelijkheid. La distance est à l’amour ce qu’est au feu le vent : een beetje afstand wekt verlangen op. En dat is het beste ‘middel’ tegen ontrouw. Je partner met dreigingen of kunstmatige afspraken aan je proberen te binden, wekt vaak het tegendeel van verlangen op. Hij of zij kampt met zuurstoftekort en vlucht dan meestal net heel hard weg. Er is een spreekwoord dat zegt : als je je schapen wilt houden, geef ze dan de grootst mogelijke weide. Anders springen ze over het hekje.”
Alarmbelfunctie
En wat als een van beiden dan toch over dat hek is gesprongen ? Kan een relatie ontrouw overleven ? Als het van Van Craen afhangt zeker. Maar makkelijk, dat geeft ook hij toe, is het allesbehalve. “Om het als relatie te overleven, moet de ‘vreemdgaander’ zelf natuurlijk eerst en vooral op tijd het doek laten vallen over de affaire. Alles hangt af van de intentie en intensiteit en die mogen niet even groot zijn als die van de vaste relatie, want die moet hoe dan ook prioritair blijven. Twee parallelle relaties willen opbouwen en onderhouden, dat eindigt bijna altijd met de ondergang van de twee. Stop er dus op tijd mee en probeer ervoor te zorgen dat je minnaar of minnares geen andere verwachtingen koestert. Dat de partner van de vreemgaander diep gekwetst zal zijn, ook al ging het ‘maar’ om een one-night-stand, dat is begrijpelijk en volkomen normaal. En toch hoop ik dat hij of zij niet de koffers klaarzet en de hele relatie in de vuilbak wil gooien. Probeer in te zien dat de misstap van je partner niet automatisch betekent dat hij of zij je niet meer graag ziet of respecteert. Uit je gekwetste gevoelens volop, maar laat geen jarenlange vriendschap en liefde stuklopen op die ene misstap. Om door te kunnen gaan, moet je jezelf wel de tijd gunnen het goed te verwerken en dan later vermijden er bij elk conflict op terug te komen.”
Tweede adem
Ontrouw – en dat zegt Van Craen heel voorzichtig – kan de relatie misschien ook al eens positief beïnvloeden. “Ik heb al koppels in therapie gehad die me achteraf vertelden dat ze zonder die ontrouw nu niet meer waren samen geweest. De crisis die ontrouw met zich brengt, draagt vaak de kern in zich van een – soms broodnodige – verandering in de relatie. Probeer de juiste vragen te stellen : ‘Waren we misschien te veel vervreemd van elkaar ? Of gaven we elkaar net niet genoeg ademruimte ? Vonden we elkaars liefde en onze relatie misschien iets te vanzelfsprekend ?’ Als je dan samen op zoek gaat naar antwoorden, dan kan dat de tweede adem voor een relatie inluiden. Dan fungeerde de ontrouw in zekere zin als alarmbel. Een evenwichtskunstenaar zei me ooit dat de kunst van het evenwicht niet het bewaren van het evenwicht is, wel het herstellen van het onevenwicht. Anders gezegd : hij leerde het meest uit de ogenblikken waarop hij zijn evenwicht verloor en uit de pogingen om die te herstellen. Ook ontrouw brengt je relatie uit evenwicht, maar biedt misschien net de kans om een nieuw en beter evenwicht te vinden.”
Hoe dan ook, de vragen en antwoorden blijven voor elke relatie verschillend. Ook hier komt het erop aan om ongeremd over het onderwerp te durven praten. “En sommige koppels komen daarbij tot een nieuwe en aangepaste definitie van hun relatie. Kijk naar Simone De Beauvoir en Jean-Paul Sartre : ze vertrouwden elkaar blindelings, wisten beiden dat ze hun relatie samen altijd als de prioritaire relatie zouden beschouwen, maar elk hadden ze wel hun zogeheten ’toevallige liefdes’ tussendoor. Het doet me denken aan de boutade : je hart is als een hotel met veel kamers en daar kan je partner de suite in betrekken.”
Meerdere relatievormen, minder ontrouw ?
Maar zal eeuwige trouw die steeds gevarieerdere samenlevingsvormen en relatiedefinities wel overleven ? Nu ook de dwingende en controlerende wetten van kerk en maatschappij op een steeds minder grote groep grip hebben ? “Sinds de komst van de anticonceptie, de economische onafhankelijkheid van vrouwen en de haast verdwenen dwang van kerk en maatschappij, komt onze sociale organisatie inderdaad weer veel dichter bij ons biologische patroon”, zegt socioloog en antropoloog aan de Universiteit Gent Kris Thienpont. “En eeuwige monogamie zal daarbij meer en meer uit de boot vallen. Seriële monogamie sluit veel dichter aan bij onze biologische erfenis. Voor de mens blijkt het biologisch interessant om wel degelijk enkele jaren samen te blijven, omdat de mens veel meer dan andere soorten moet investeren in een kind. De verliefdheid duurt gemiddeld tot het kind, na een jaar of vier, de meest kritieke fase achter de rug heeft. Een stabiele partnerrelatie is biologisch gezien dus zeker interessant, maar dat is iets anders dan een eeuwige partnerrelatie. Een mens is geen seksueel monogaam wezen. Wel kunnen we spreken van sociale monogamie, maar dat is een puur sociale constructie en uitvinding die er volgens mij vooral kwam om vrouwen onder de knoet te houden. Dat werd dan vastgelegd in een instituut als het huwelijk, waarvan de wetten vaak strikter golden voor haar dan voor hem. Dat valt nu allemaal weg : biologisch gezien is wat nu aan het gebeuren is, dus heel interessant. We zijn die onnatuurlijke piek in onze geschiedenis van sociale controle aan het afvlakken en ons biologische ‘patroon’ komt nu veel beter tot uiting. Dat hoeft geen extreme situaties op te leveren, alleen komt er wel een grotere variatie aan partnerrelaties. En de maatschappij en de organisatie ervan zullen willens nillens moeten volgen.”
Maar waren die eeuwige trouw en dat gezin dan niet de hoekstenen van onze samenleving ? “Ik zie onze maatschappij absoluut niet onderuitgaan nu we een grotere variatie aan partnerrelaties krijgen. Het enige wat we nodig hebben, is een stabiele organisatie waarbinnen we kinderen kunnen grootbrengen. Dát is de hoeksteen van de samenleving. En er is volgens mij nog geen enkele reden om aan te nemen dat die nieuwe variatievormen minder functioneel zijn dan de nu nog dominante trend van een kerngezin met een man en een vrouw. Maar let wel : eeuwigdurende relaties zullen er natuurlijk ook altijd blijven. Het een sluit het ander niet uit. Alleen laten we het meer toe dat we niét eeuwig samenblijven, en dat is maar heel normaal. De opkomende diversiteit aan partnerrelaties zullen we en mogen we niet terugdraaien.”
En wat met ontrouw in die hele evolutie ? “Ontrouw zie ik niet echt toenemen”, zegt Thienpont. “We mogen dan misschien wel meer dan één relatie uitbouwen in ons leven, binnen die relatie blijft het engagement even groot en willen we wel degelijk monogaam zijn. Ontrouw blijft ook dan dus een pijnlijke en moeilijke kwestie. Maar omdat we onszelf minder en minder dat ‘eeuwige’ opleggen, zullen we misschien ook minder nood hebben om tijdens de relatie vreemd te gaan. Misschien. Want ontrouw heeft natuurlijk zo zijn eigen redenen. Moeilijk te voorspellen dus.”
Tekst Guinevere Claeys I Foto Guy Kokken
Biologisch gezien is het niet gewoon levenslang bij een en dezelfde partner te blijven, logisch dat we dan al eens over de muur kijken.
Wilfried Van Craen : “.Je partner met dreigingen of kunstmatige afspraken aan je proberen te binden, wekt vaak het tegendeel van verlangen op.”
Kris Thienpont: “We mogen dan misschien wel meer dan één relatie uitbouwen in ons leven, binnen die relatie blijft het engagement even groot en willen we wel degelijk monogaam zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier