Verjongingskuur op wielen
Sommigen gaan voor een facelift, anderen voor een wellnessweekend, wij voor de Opel Speedster Turbo. De levendigste Opel, gebouwd bij Lotus waar ook de aluminium basisstructuur wordt gemaakt, is een flitsende verschijning met een Spartaans ondertoontje. Hij volgt de Lotus-filosofie van oprichter Colin Chapman die afslanking fundamenteel vond, en weegt, dankzij de aluminium kist en het koetswerk van glasvezel, 930 kg. Dat is 60 kg meer dan zijn broer zonder turbo. Centraal achterin zit een pure Opel tweelitermotor met turbo ingebouwd, die niet eens zo geavanceerd is en 200 pk levert. Hij is aan een manuele vijfbak gekoppeld, klimt gretig in de toeren en drijft, zoals dat hoort, de achterwielen aan. Wie kan rekenen, heeft al begrepen dat er per pk slechts 4,7 kg wordt meegesleurd, dat is een interessant vertrekpunt. Dat gespierde geheel is voorzien van een koetswerk in versterkt glasvezel, met een allesbehalve moderne luchtweerstand van 0.41. De auto kreeg ook luchthappers achter de portieren, voor extra koeling voor de motor.
Kandidaat-kopers kunnen zich alvast inschrijven in een yogacursus, want instappen is door de brede structuur niet voor iedereen zo evident, zeker niet met de kap op. Achter het stuur ontdekt de rijder een heerlijk lage zit, een goed steunende sportstoel, een hoekig, aluminium bad en een centraal opgestelde startknop. De rest is pure sensatie : de Speedster Turbo trekt in minder dan vijf seconden op naar de 100 km/uur en vanaf 5000 toeren gaat de turbo er echt flink tegenaan. Het resultaat is een evenwichtige, maar zeer snelle opbouw van krachten die naast de benzine ook de adrenaline rijkelijk laat stromen. Het comfort is behoorlijk, al is de ophanging uiteraard aan de stevige kant en alleen hinderlijk met een stadstempo en over riooldeksels. De lage zit vergroot nog het effect van snelheid, het lage zwaartepunt en het brede spoor zorgen voor een onberispelijke wegligging.
Dat alles betekent dat we een paar dagen euforisch rondtoeren. Tohellwithpoliticalcorrectness, zou Top Gear-animator Jeremy Clarkson zeggen.
Door het sensationele karakter van de wagen, neemt het wat tijd om bij de realiteit stil te staan. Positief aan de Speedster Turbo is het makkelijk afneembare dak, een zeker koffervolume en een redelijk verbruik vergeleken met de sensaties. Aan de minkant zitten de rammelgeluiden, de kleine benzinetank van 36 liter, de instap en de vaststelling dat de ingenieurs nog beter hadden gekund door een zesbak te monteren, 100 kg gewicht af te schaven, en de wagen een betere stroomlijn mee te geven. Of is dat voor de Turbo Plus weggelegd ?
Pierre Darge
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier