Veel kwaliteiten, een zeer redelijke prijs
Met de Octavia en een no-nonsense politiek bouwde Skoda vanaf 1996 aan een duidelijke filosofie : veel auto voor weinig geld. Om dat te kunnen waarmaken, werd een beroep gedaan op de een na laatste evolutie van motoren en versnellingsbakken uit de VAG-groep en geen mens die daar om maalde. Met de New Octavia doen de Tsjechen nog een stap verder : ze bouwen ook de allernieuwste technologie (inclusief in optie bijvoorbeeld de DSG dubbele ontkoppeling en een Tiptronic) in hun wagen in, en dat is op zijn minst opmerkelijk.
De New Octavia gaat door het leven met een andere snuit dan zijn oudere broer, en met licht gewijzigde lijnen. Hij is ook iets langer. Vooral met zijn ruimere wielbasis (een groei van 6,5 cm) doen de inzittenden achterin hun voordeel. Die echte gezinswagen staat andermaal op het onderstel van de Golf, van wie hij ook de ophanging leent. De afwerking van het interieur trekt de lijn door die bij een eerste facelift werd uitgezet en kan nu met vele wedijveren. Onder de kap kan de koper kiezen tussen twee benzine- en twee turbodieselmotoren. Zelf opteren we voor de 1.9 TDI, omwille van de knowhow van de Volkswagengroep in die technologie. Die 1.9 TDI levert een bescheiden 101 pk, maar in de praktijk en gekoppeld aan korte versnellingen en dankzij een trekkracht van 250 Nm die bij 1900 toeren/minuut bereikt wordt, valt daar niet over te klagen. Tenminste voor wie ervan uitgaat dat die versie de nuchtere huisvader aantrekt. Voor de koper die wat extra rijgenot wil, heeft Skoda overigens een 2.0 TDI met 140 pk en 320 Nm, die kost 2300 euro meer.
Qua wegligging (zowel voor als achter is het spoor iets breder worden) en rijcomfort hoeft de Octavia voor geen van de doorsnee gezinswagens onder te doen, met enig voorbehoud voor de zeer stevige stoelen en het opvangen van sommige oneffenheden in de weg. De stuurinrichting met elektromechanische bekrachtiging blijkt zowel precies als communicatief en ondanks de grotere wielbasis valt de draaicirkel korter uit dan bij de vorige generatie.
Bekijkt men de wagen op zijn praktische kwaliteiten, dan valt behalve de toegenomen ruimte achterin ook de reusachtige koffer op. Van een ferme 525 liter evolueerde die naar 560 liter en dat is zéér veel. Van de achterbank kan alleen de rugleuning worden neergeklapt en daardoor ontstaat geen vlakke vloer, wat we van een gezinswagen wel verwachten. De zeer brede deuren verzekeren een probleemloze instap achterin. De aflopende lijn van het koetswerk staat een goed uitzicht naar achteren een beetje in de weg en bij het parkeren kan dat voor ongemak zorgen.
Vanaf de Classic-basisversie krijgt de koper centrale vergrendeling, elektrisch bediende ruiten vooraan, een radio-cassettespeler, ABS en antispinsysteem, frontale en laterale airbags mee. Voor 16.790 euro is dat een bijzonder fraai aanbod.
Pierre Darge
Meer passagiersruimte en een koffer van 560 liter :
de gezinswagen scoort.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier