Twee borsten

Borstkanker, de diagnose valt als een verdict. Het gooit een vrouwenleven en een zelfbeeld overhoop. In het boek ‘Twee borsten’ spraken wij met acht vrouwen over dat verdict, over het verliezen van een borst en de wil om twee borsten te blijven hebben.

Die nieuwe borst gaf me levenskracht. Alsof al mijn kracht met die oude borst was weggegaan en er nu weer in kwam”, zegt een van de vrouwen die een borstreconstructie onderging. Bij sommigen werd de borst uit hun rug gereconstrueerd, anderen kregen een borst gemaakt uit hun buik. Het liet littekens achter, die operatie. Maar mooie littekens. Voor deze vrouwen was het litteken van een weggesneden borst een ondraaglijke gedachte. Ze wilden niet één maar twee borsten. En ze wilden borsten die gemaakt waren uit eigen weefsel.

Lieve Blancquaert maakte de foto’s. Oprechte portretten van vrouwenlevens zijn het geworden. Een borst verliezen, “kanker in huis”, betekende voor deze acht vrouwen geen einde, wel een omgaan met een leven achter zich. Terugdenken aan die borsten waar ooit melk uit stroomde voor de kinderen. “Ze hebben gediend.” Opeens wordt de toekomst dan duister. Het afscheid was moeilijk. Er moest worden afgeweken van een achteloos gedroomd levensparcours. En dan het roer omgooien. Willen vooruitblikken naar een leven dat niet altijd in het teken van die plots geconstateerde borstkanker moet blijven staan. “Ik wilde me weer vrouw voelen.” Fierheid, dat tekent deze vrouwen. En daarom wilden wij dit boek maken. Het gaat misschien nog meer over een gevecht tegen moedeloosheid dan over borsten. Over borsten worden vele dingen gezegd, borsten worden verafgood, vergroot, verkleind. In de media krijgt een mens alleen nog perfecte, onbeschadigde borstbeelden te zien. Over zieke borsten wordt vaak gezwegen. Borsten met een litteken, zelden getoond. En toch dragen deze acht vrouwen hun beide borsten met trots en een intense schoonheid. Blij met een decolleté voor de zomer. Trots vrouwenlijf.

Het verhaal van een gereconstrueerde borst is altijd meer dan het verhaal over een boezem. Het gaat over de betekenis van een ziekte en een lichaam in een relatie, in een familie. Het gaat over vrouw-zijn, moeder-zijn, liefdespartner-zijn.

Het gaat over een confrontatie. Het zijn acht vrouwen, acht uit de duizenden die jaarlijks geconfronteerd worden met de analyse borstkanker, met de angst, de woede, de machteloosheid. “Op een bepaald moment woog ik nog zevenenveertig kilo. Ik was mijn haar verloren, en als gevolg van die chemokuur kon je de medicijnen als het ware door mijn huid heen ruiken.” Maar het gaat ook over oplossingen. Niet bij de pakken blijven zitten. Vechten. Zich staande houden. Het gaat over een toekomst waarin het leven evenveel waard moet zijn. Een van de vrouwen vertelt hoe zij tientallen jaren geleden meemaakte dat haar moeder haar geamputeerde borst wilde verbergen voor haar kinderen en hoe zij wel fier met haar lichaam wilde omgaan. Borstkanker mag dan nog lang geen uitgeroeide ziekte zijn, de vooruitgang in de medische wetenschap heeft er wel voor gezorgd dat de fataliteitsgedachte die er nog altijd mee samenhangt, plaats heeft gemaakt voor hoop. In het boek schetst de chirurg Dr. Hamdi de stand in de medische wetenschap. In het medische luik van het boek staat aangegeven wat vrouwen die borstkanker hebben, kunnen verwachten. Welke mogelijkheden vrouwen ter beschikking hebben als ze een borst verliezen.

Acht vrouwen uit duizenden. Ontroerend, oprecht en onbeschroomd. Mensen tussen de mensen. Hieronder het verhaal van Anne-Marie. Over verliefd worden als je net te horen hebt gekregen dat je borstkanker hebt. En hoeveel meer het leven is dan een ziekte.

Het verhaal van Anne-Marie

De ziekte heeft me de juiste levensweg gewezen. Ik zat in een huwelijk dat niet goed liep. Dat was al langer zo, maar het bleek pas echt toen ik kanker kreeg. Er was niets meer tussen mijn man en mij. Mijn vader heeft hem op een bepaald moment zelfs moeten opbellen. “Nu kom jij naar huis”, zei mijn vader tegen hem. “Zij heeft je nu nodig, ze heeft een slecht bericht gehad.”

Mijn linkerborst moest worden weggehaald.

Toen werkte ik hier al in het ziekenhuis. Op vakantie in Turkije had ik gevoeld dat de huid van mijn borst een beetje vastzat. Maar ik had mijn menstruatie. Ik dacht dat het misschien daarmee te maken had. Een maand later liep ik hier op de afdeling, het was op een maandag, en ik voelde weer die steken in mijn borst. Ik wist dat er iets niet goed was. Dinsdagavond heb ik de hele boel bij elkaar gejankt en een afspraak gemaakt met de huisarts voor de volgende ochtend. Die verwees me onmiddellijk door. Op donderdag kon ik bij de chirurg terecht. De volgende dag heeft hij me meteen geopereerd.

Mijn man had me al opgegeven. Misschien wel begrijpelijk, van zijn kant bekeken, maar ik vond het heel hard. Op een bepaald moment woog ik nog zevenenveertig kilo. Ik was mijn haar verloren. Als gevolg van die chemokuur kon je de medicijnen als het ware door mijn huid heen ruiken. Hij griezelde van me. Dat vond ik heel erg. Ik bedoel, kanker is niet iets wat je jezelf met opzet aandoet. Op een dag keek ik naar hem, en ik besefte : “Deze man doet zo lelijk tegen mij, die gaat niet aan mijn sterfbed zitten.” Het was een puzzel die op zijn plaats viel.

Het allermoeilijkste vond ik het voor de kinderen. Die waren acht en zes. Ik dacht : ik ga scheiden, maar misschien ben ik er straks niet meer. Wat doe ik die kinderen dan aan ? Twee keer afscheid nemen van hun moeder. Maar het ging niet langer. Hij zei : “Je overleeft het niet.” Dan wordt het heel lastig om positief te blijven, terwijl iemand je zo naar beneden trekt. Het was alsof ik de kinderen eenzaam boven op een berg zag staan. Ik moest klimmen. Ik wilde ze al mijn kracht geven. Tijdens de laatste chemokuur heb ik hem gezegd dat ik wilde scheiden.

Mijn borst is weggenomen door een bevriende chirurg. Die heeft het heel netjes en zorgvuldig gedaan. Met veel respect voor mijn lijf. Met het litteken had ik niet zo veel problemen. Zo’n operatie is in de eerste plaats bedoeld om de ziekte te overwinnen. Om te overleven. Het voelde alsof een vriend mijn leven had gered. Het kwaad eruit gehaald. ’s Avonds kreeg ik de gewoonte om in slaap te vallen met mijn hand op de plek waar geen borst meer zat. Ik koesterde die plek. Het maakte deel uit van mijn nieuwe leven.

Alleen de prothese zorgde soms voor problemen. In het begin gebruikte ik opvulsel, maar dat was te licht en vroeg of laat krijg je dan last van je rug. Je moet gewicht hebben. Daarom kreeg ik na een tijdje een siliconenprothese. Maar zo’n prothese valt soms op de grond terwijl je aan het tennissen bent. Of je heft een patiënt op en dan valt dat ding neer. Dan moet je het snel in je zak wegmoffelen en dan kan je het een paar uur later pas weer aanbrengen waar het hoort. Het maakte soms ook een vreemd geluid, alsof je met blote voeten in schoenen loopt.

Als ik ging zwemmen in zee, mooie bikini aan, dreef opeens dat ding een paar meter voor me uit. Als een kwal.

Die periode heeft naast een boel ellende ook veel waardevolle, diepere vriendschappen opgeleverd. Mijn huidige vriend, Bram, kende ik al lang. Hij werkte ook hier, in het ziekenhuis. Voor mij was hij al jaren een vertrouwd gezicht. We kwamen elkaar vaak tegen en hadden heel goede gesprekken. Hij vroeg mij ook altijd hoe het geweest was als ik een onderzoek had gehad. Eigenlijk was ik al heel lang verliefd op hem. Ik vond hem speciaal, maar hij was gelukkig getrouwd en had vijf kinderen. En bovendien, ook ik was toen nog getrouwd. Maar als ik eerlijk was tegen mezelf, wist ik : “Ja, die man zou wel aan mijn sterfbed mogen zitten.”

Pas toen hij gescheiden was, heb ik de stoute schoenen aangetrokken en hem verteld wat ik voor hem voelde. Ik was heel ziek toen, en ik had niets te verliezen.

Voor Bram is het niet gemakkelijk geweest om iets te beginnen met een vrouw die zo ziek is. Het was voor hem toch een stap in het ongewisse. Voor mij was het geweldig, mij heeft het heel erg gedragen. Bram was wel bereid in mij te investeren, terwijl hij niet kon weten hoe het met mij zou aflopen. Ik was met chemokuren bezig en tegelijkertijd was ik echt héél verliefd. Dat geeft vleugels !

In die tijd ben ik veel uit geweest. Ik danste de hele nacht door. Dan ging ik ’s middags een paar uur op de bank liggen en ’s avonds stond ik op om weer te gaan dansen. Als ik naar een chemokuur ging en daar naar de mensen om mij heen keek, begreep ik het soms niet ; de een kon de trap niet op, de ander moest vaak overgeven. En ik maar feesten ! Op een gegeven moment was ik twintig kilo kwijt. Het vreet wel energie, maar echt ziek ben ik er niet van geweest. Ook met de kinderen ging het leven door. Ik wilde niet als een patiënt de hele dag op bed gaan liggen. Het was een hele mooie zomer en dan gingen we met de kinderen lekker een dagje naar het zwembad.

Ik wist toen al wel dat ze borstreconstructies deden met weefsel afkomstig van je rug. Maar dat wilde ik niet. Mijn rug was nog gaaf, daar wilde ik niet in laten snijden. Toevallig hoorde ik in het ziekenhuis over een operatie waarbij een zwaailap gemaakt wordt van weefsel uit de buik. Dat leek me wel wat, maar het probleem was dat ik in die tijd echter een stuk magerder was dan nu. Ik had onvoldoende buik voor zo’n operatie. Wat doe je daaraan ? Je kunt je toch niet vol gaan stoppen met slagroomgebakjes. Ik ben toen meer noten gaan eten, ’s avonds of tussendoor. Pas zeven jaar na de amputatie heeft de reconstructie uiteindelijk plaatsgevonden.

Mijn nieuwe borst voelde meteen vertrouwd aan omdat er geen vreemde siliconenprothese in zit. Die borst is gemaakt van eigen weefsel. Die borst is echt van mij. Met twee borsten voel ik me zelfverzekerder, sensueler ook. Voor de kerst heb ik bijvoorbeeld een hele leuke lange jurk gekocht die ik vroeger niet kon dragen, omdat die prothese ergens in moest hangen. Ik voel me vrijer. Mijn andere borst is bij de reconstructie een klein beetje gelift om zoveel mogelijk symmetrie te krijgen. Het ziet er prachtig uit. De dokter zei : “In het begin voelt het een beetje groot of zus of zo aan, maar na een paar weken zit het prima.” En inderdaad. Het is fijn om te weten dat er alles aan gedaan is om het zo mooi mogelijk te krijgen. Ik die vroeger zo preuts was, laat die borst ook makkelijker zien. Alsof het een kunstwerk is. Een kunstwerk gemaakt van mijn lijf, op mijn lijf en voor mijn lijf.

Na al die jaren is de rust weer teruggekeerd. Mijn ex-man en ik hebben nu een begripsvolle relatie. De kinderen zijn groter. Ik weet dat ik een goede keuze heb gemaakt. Bram heeft me bemind met één borst. Hij heeft me gewaardeerd zoals ik was, met de lichamelijke letsels erbij. Pas later werd ik voor hem een vrouw met twee borsten. Twee hele mooie. Liefde heelt alles.

Anna Luyten en Lieve Blancquaert, Twee borsten,

vanaf half april in de boekhandel.

Roularta Books, 136 p, 22,90 euro.

Door Anna Luyten / Foto Lieve Blancquaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content