TUSSEN BERGEN EN OCEAAN

Manly, het uitverkoren strand van de locals, loont alleen al voor de mooie boottocht de moeite. © TEKST EN FOTO'S JO FRANSEN

KANGOEROES, DOLFIJNEN OF EEN TRENDY NACHTLEVEN. HET AUSTRALISCHE SYDNEY BIEDT ALLE INGREDIËNTEN VOOR EEN KOSMOPOLITISCHE CITYTRIP. VLAKBIJ VINDT DE VERWENDE REIZIGER IN DE BLUE MOUNTAINS EN AAN DE EINDELOZE KUST ECO-LOGIES OP HOOG NIVEAU.

Of ik even wil blazen ? Het is amper acht uur in de ochtend maar de alcoholcontrole komt niet onverwacht. Ik draag een overall, een helm en een veiligheidsharnas. Wie zich aan een beklimming van de Sydney Harbour Bridge waagt, krijgt te maken met een Angelsaksische degelijkheid die aansprakelijkheidsadvocaten buitenspel zet. ” No worries“, verzekert mijn gids. “Je kunt niet van de brug tuimelen, zelfs niet als je het zou willen.” Van begin tot einde gezekerd aan een stalen kabel beklimmen we de metalen trappen langs de monumentale pylonen tot aan de voet van de boog. Nu begint de expeditie, een wandeling over de brugboog, een van de populairste excursies van deze stad. Op het hoogste punt, 134 meter boven zeeniveau, waait het hard. Maar ons achtkoppige gezelschap heeft slechts aandacht voor het mooie panorama. Onder ons raast de ochtendspits, zes rijstroken, twee spoorlijnen, een fietspad. Aan mijn voeten ligt het Opera House, misschien wel het beste voorbeeld van citymarketing door expressionistische architectuur. De golvende daken verwijzen naar de maritieme roeping van deze zeearm. Plezierboten, ferry’s en een cruiseschip manoeuvreren door de haven, een ideale natuurlijke vaargeul aan de andere kant van de wereld voor de vele toevluchtzoekers. Ik stel mij stoomboten voor, gevuld met immigranten op de vlucht voor de Grote Depressie, toen deze stalen brugconstructie in de steigers stond. Van gevangeniseiland naar beloofde land, van werkgelegenheidsproject tot multiculturele metropool. Ook in de huidige economische crisis lijkt het land een eigen koers te varen, zoals de waarde van de Australische dollar bewijst.

ONGEDWONGEN LIFESTYLE

Ligging is alles. Wat geldt voor de havenstad, geldt ook voor mijn hotel. Het Blue Sydney, een trendy boetiekhotel in een verbouwde werf op de Woolloomooloopier, werd door Condé Nast gelauwerd als nummer één van de Top 3 Best Hotels for Location van het continent. Op de gelijkvloerse verdieping met zicht op de jachthaven, dure visrestaurants. Aan de overkant van het dok de Royal Botanical Gardens, een groene stadslong langs de waterkant. Een kwartiertje stappen in de schaduw van de woudreuzen leidt naar het Sydney Opera House, een van de hedendaagse wereldwonderen. “Het controversiële gebouw kreeg recentelijk werelderfgoedstatus”, vertelt gids Patrick Rose. “Maar architect Jørn Utzon keerde, gefrustreerd door financiële problemen en gewijzigde plannen, nooit terug om zijn afgewerkte cultuurtempel te bezoeken.” Vlakbij ligt Circular Quay, het epicentrum van pendelboten en dé ontmoetingsplek voor locals en toeristen.

In het zog van mijn gids verken ik per fiets de stedelijke kustlijn, van de eerste witgekalkte koloniale huizen aan de voet van de havenbrug, naar de hocus pocus van entertainmentdistrict Darling Harbour, compleet met Imaxbioscoop, gigantisch Aquarium en terrasjes alom. Aan de overzijde van een tramlijn worden we ondergedompeld in het hectische Chinatown, een wirwar van warenhuizen, restaurants en elektronicawinkels.

We keren terug naar downtown via de historische regeringsgebouwen van Hyde Park, een vleugje victoriaans erfgoed down-under. The Queen Victoria Building, een markthal van staal en glas uit 1898, is een van de pareltjes. Vroeger schreeuwden hier marktkramers en visboeren, nu prijken achter de etalages upmarketboetieks en speciaalzaken. Ook Kings Cross, vanouds een ruige buurt vermaard om zijn nachtleven, lijkt helemaal opgewaardeerd. Dure lofts en naaldhakken beheersen het straatbeeld, sushi en wokpannen domineren de grootsteedse wereldkeuken.

De ongedwongen lifestyle waar deze stad prat op gaat, ervaar je het best op de stranden, waar zien en gezien worden minstens even belangrijk is als surfen, strandvolleyen of zonnebaden. “Bondi is bekender, maar de meeste locals verkiezen Manly”, adviseert Patrick. Alleen al voor de mooie ferrytocht door de zeearm loont een namiddag op Manly de moeite. Families picknicken op de dijk, kinderen bouwen zandkastelen, surfers springen op de juiste golf. Voetfonteinen her en der in het trottoir, waar je en passant het zand van tussen je tenen spoelt, tonen aan hoe de strandcultuur de Australische way of life beheerst.

OUDSTE OPEN GROTTEN

Enkele uren rijden naar het westen liggen de Blue Mountains : 250.000 hectare National Park. De bergen danken hun naam aan het blauwe waas, een gevolg van de etherische oliën die de eucalyptusbomen uitstoten. Niet zo vandaag. Naarmate ik klim op de haarspeldbochten wordt de mist grijzer, de zichtbaarheid slechter. Neen, niet heel Australië kent een droog woestijnklimaat en is plat als een pannenkoek. Canyons tekenen littekens in het dramatisch ogende gebergte. Regen en rivierwater sleten gedurende een eeuwigheid de Jenolan Caves uit de kalksteen. Van de al ontdekte veertig kilometer grotten wordt maar een gedeelte opengesteld voor het publiek. De oudste open grotten ter wereld, waar de sta-lactietformaties ongeëvenaard wit zijn, verken ik niet alleen tijdens een geleid bezoek in feeëriek verlichte gangen, maar ook in het schijnsel van mijn zaklamp. Voor de tweede keer op enkele dagen tijd draag ik een blauwe overall, helm en harnas, nu klaar voor enkele uren speleologie. Kruipen en duwen door de nauwe gangen geeft een ander perspectief. Nadat ik mij als een kurkentrekker door een gat wring, sta ik plots in een gigantische kathedraal, met kolommen als verstilde watervallen. Op poreuze gordijnen glinsteren minuscule kristallen als een sterrenhemel op een maanloze nacht.

VER VAN DE WERELD

Door regenwoud en moerassen volg ik de volgende ochtend Darwins Walk, een pad naar de top van de Wentworth Falls, die zich van de loodrechte kliffen storten. Bijna twee eeuwen na het bezoek van de baanbrekende bioloog is het panorama er nog steeds even extremely magnificent. Diep in de Wolgan Valley, waar begin negentiende eeuw een pionier een ranch bouwde, hield Darwin tijdens zijn vijfjarige wereldreis even halt. Het Historic Homestead, ondertussen minutieus als museum gerestaureerd, staat er nog. Maar de bossen die de eerste settlers aantroffen, rooiden ze om plaats te maken voor hun koeien. “Het oorspronkelijke eucalyptus- woodland vind je nu alleen nog aan de voeten van de kliffen”, vertelt gids Caroline. Met een terreinwagen verkennen we het enorme domein van het Wolgan Valley Resort, een ecologisch luxehotel buiten categorie. De veertig bungalows, met schommelstoelen op de veranda, verwijzen in hun architectuur naar de houten pionierswoningen. Maar met beduidend meer comfort ! Vanuit mijn privézwembad tuur ik naar de kangoeroes die in het open grasland grazen. Met hun forse achterpoten zijn ze gebouwd voor snelheid, de mannetjes stoer en gespierd, de vrouwtjes kleiner en slank. Wolgan Valley Resort, amper enkele uren van de grootstad, ontpopt zich tot de ideale plek om ver van de wereld te zijn. Te paard, op stap langs de rand van bos- en grasland, spotten we redneck-wallaby’s en moeraswallaby’s. Tijdens een nachtelijke safari speuren we naar wombats, de Australische kruising tussen een beer, een mol en een cavia. Tussen de natuurexcursies in wordt de weldoende spa een meditatiemoment. En elke maaltijd is hier een feest.

ANDERS DAN OVERAL ELDERS

Net zoals buideldieren alles anders doen dan gewone zoogdieren, gedraagt ook de Australische flora zich excentriek. “Ons continent telt wel negenhonderd verschillende soorten eucalyptusbomen, maar de bossen zijn bedreigd”, zegt de gids. “In deze vallei kun je ongeveer tien procent van alle in Australië voorkomende soorten vinden. Die eucalyptusbomen verliezen niet hun bladeren, wel hun bast. De afgebladderde droge schors, aan de voet van de stam, dient als brandstof voor razendsnelle bosbranden. Inheemse planten zoals de flessenborstelstruik, door de Aboriginals gebruikt als shampoo of als ontsmettend middel, openen hun zaadlijsten slechts bij grote hitte. Om nieuw leven te creëren in de outback is vuur noodzakelijk.”

Het meest uitzonderlijke natuurlijke erfgoed is de Wollemi pine, een plantensoort van 90 miljoen jaar oud. Wetenschappers ontdekten het levend fossiel in 1994 in een afgelegen vallei. Had Darwin dit maar mogen meemaken ! “We planten de Wollemi pine, het icoon van het Wolgan Valley Resort, ondertussen terug aan”, zegt Caroline.

ALLERWITSTE STRANDEN

Langs de Pacific Highway, een kustweg langs panoramapunten, glooiende baaien en perfecte stranden, rij ik naar het zuiden. Op twee uur rijden van Sydney hou ik halt in Jervis Bay, een kustplaatsje in een gigantische hoefijzervormige baai. Het stadje geldt als de whale watching-hoofdstad van Australië, maar ik ben er in het verkeerde seizoen. Dolfijnen buitelen voor de boeg van de catamaran, maar walvissen zie ik niet. Toch loont de boottocht de moeite. Volgens het Guiness Book of World Records liggen hier de allerwitste stranden ter wereld. Wie ben ik om de jury tegen te spreken ? Het ragfijne zand piept onder mijn voeten, de oceaan kleur turkoois, een verlaten strand Robinsons Vrijdag waardig.

Aan het eind van een kiezelweg, tussen bossen waar ik stapvoets rij uit vrees op een plots opspringend dier te botsen, beland ik in mijn laatste verblijf, het intieme Paperbarkcamp. Hier geen gigantische bungalow, maar een stijlvolle safaritent op een houten platform. De impact op het milieu is minimaal, zo blijkt als ik ’s avonds, na verse vis en nieuwewereldwijn, terugwandel naar mijn tent op stelten. Onder mijn paalwoning foerageren enkele kangoeroes, letterlijk onder mijn bed. Dichter bij de natuur kan ik niet komen. Even staren de buideldieren verstoord in mijn lichtbundel, dan verdwijnen ze met reuzensprongen in de donkere nacht.

TEKST EN FOTO’S JO FRANSEN

EEN WANDELING OVER DE BRUGBOOG VAN DE SYDNEY HARBOUR BRIDGE IS EEN VAN DE POPULAIRSTE EXCURSIES VAN DEZE STAD.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content