Trouwen tussen de lakens

Nacht is een mannelijk woord. Het is een hij die donker is, en stil. Maar in het Arabisch en het Hebreeuws is nacht ‘laila’: een vrouwennaam. Een zij die mooi is, en verleidelijk. Man, vrouw en nacht. We laten ons opvrijen door feiten, verhalen en anekdoten uit de tederheid en de dramatiek van wereldwijde huwelijksnachten.

Gretel Van den Broek / Foto Guy Kokken

In zijn dichtbundel Vingerafdrukken schrijft Herman de Coninck over hoe zijn moeder hem een liefdesnacht instuurde. ” Jongen, je weet wel, zei ze toen ik ging trouwen. / Ik heb er bundels en vrouwen over gedaan om zo weinig te zeggen.”

Wat zegt een moeder, wat verwacht een zoon op momenten als deze? Wie kan iets bedenken dat voorzichtig, leerrijk, teder, maar ook verwittigend genoeg is? Want hoewel een huwelijksnacht in onze cultuur bijna nooit nog een eerste liefdesnacht is, blijft het een kaap waarin passie én drama besloten liggen. Daarna is er naast liefde immers ook zekerheid, de vastigheid van een sociaal statuut en de inlijving in systemen waartegen je je misschien een heel jong leven hebt afgezet. Of er is de val van de banaliteit, de uiteindelijke diepe grond van een karakter, de langzaam omhoog klimmende realiteit dat het nu voor altijd moet zijn.

Rond de verslingerende passie en het ontnuchterende drama van de huwelijksnacht zijn wereldwijd ontelbare feiten, verhalen en anekdoten te vertellen. Misschien is het dit wat een moeder het best aan haar kind kan meegeven; een verzameling beelden waaruit het zelf kan puren.

In glimmende trouwbrochures zijn huwelijksnachten op en top romantische sprookjestaferelen. In bruidssuites met satijnen hemelbedden, marmeren baden en champagne in elke hoek, dragen prinselijke bruidegoms hun stralend vrouwelijk wonder binnen. Geen spoor van vermoeidheid, enkel de spanning om het nieuwe. En zelfs voor de al wat ervaren liefdesparen maakt dat deze luxe een vernieuwende impuls geeft. Ze kunnen kiezen: jurk en pak van het lijf op de grond en het bed in, of alles mooi naast elkaar aan de kast hangen en met gevulde glazen nog even genietend naar die omhulsels van een kersvers paar liggen kijken. In beide gevallen is er liefde, verlangen en genot.

Het boek Huwelijksnacht van de Zweedse Kerstin Thorvall maakt komaf met deze romantiek. Al van bij de voorbereiding van het huwelijk tussen Hilma en Sigfrid spreekt de schrijfster over “versierd en opgeschilderd” worden, “zoals men pleegt te doen voorafgaand aan het ritueel van geofferd worden.” Deze zinnen voorspellen niet veel goeds. In de huwelijksnacht blijkt Sigfrid een aanval van een kwalijke geestesziekte te krijgen. Hij briest, rijt haar open en brult zo dat andere hotelbewoners de politie verwittigen. Sigfrid krijgt een dwangbuis om en Hilma blijft alleen, bebloed en met een gescheurd bruidskleed achter. Van haar mans domineesfamilie leert ze een liefdevolle opofferende echtgenote te zijn, die weet dat een liefdesdaad “zoveel méér waard is wanneer je hem verricht terwijl je eigenlijk niet wilt.”

In de intelligent geschreven roman Het huwelijk van Diane Johnson ontspinnen zich boeiende voorbereidingsmaanden op de trouwdag van de Belgisch-Amerikaanse journalist Tim en de Franse Anne-Sophie. De verloofden ontmoeten een koppel dat de huwelijkse verveling niet kan verbergen en raken in intriges en spannende verhalen verzeild. Het huwelijk komt pas op de laatste pagina’s aan bod, en hoewel het boek net voor de huwelijksnacht eindigt, voel je als lezer dat eigenlijk het hele boek één lang voorspel was tot een zeer realistische ontnuchtering. De symboliek van de ontmaagding is in dit verhaal zeer breed opengetrokken en met veel realiteitszin maar ook wel wat cynisme beschreven. Ondanks de twijfels die zelfs na de inzegening blijven bestaan, vinden hun handen elkaar en laten ze de genodigden achter om op die vreemde mystieke huwelijksdaad af te stappen.

Ook in de oude verhalendoos is de keuze groot. Laten we beginnen met het Romeinse verhaal van de liefdesnacht van Psyche en Cupido. De godin Venus is jaloers op de schoonheid van de prinses Psyche en vraagt haar zoon Cupido de prinses verliefd te laten worden op de lelijkste man die er bestaat. Maar Cupido verwondt zich aan zijn eigen pijlen en wordt zelf verliefd op Psyche. Overtuigd dat ze met de lelijkste man slaapt, weet de prinses dat ze haar man nooit mag zien. Maar toch neemt ze een lamp om te kijken. Ze merkt nog net dat ze met de liefdesgod zelf slaapt, voor die wegvlucht. Natuurlijk gaat ze hem zoeken, maar op die tocht valt ze in een slaap des doods omdat ze in de doos van de onderwereld gekeken heeft. Enkel haar grote liefde kan deze slaap opheffen. Cupido vindt en wekt haar, en neemt haar mee naar het godenrijk.

Dit verhaal heeft veel weg van het verhaal van Adam en Eva. Een mensenkind haalt zich een straf op de nek omdat het dingen wil weten die niet te weten zijn. Omdat het wil grijpen naar een ongrijpbaar moment, zoals het liefdesspel dat ongetwijfeld ook kan zijn. En eveneens zit er iets in van het verhaal van Doornroosje. Een vrouw wordt tot leven gewekt door de kus van een geliefde, de enige manier om tot het volle leven te komen. Ook het bijbelverhaal van Sara en Tobias cirkelt om deze inhoud. Een demon zorgt er voor dat alle mannen sterven die zich in het huwelijksbed van Sara wagen, maar Tobias trekt op zoektocht en vindt de formule – een hart en een lever van een vis in het wierookvat – om de demon te verdrijven. Hoewel het graf voor Tobias al gedolven was, vindt de dienstbode hen ’s ochtends teder in elkaars armen slapend. Ook hier is de magie en de ondoorgrondelijkheid van een liefdesnacht niet ver te zoeken, al moet je als hedendaagse vrouw wel even over de afhankelijkheidspositie van de vrouw kunnen stappen.

Adam en Eva hebben in de bijbel trouwens nog gezelschap van andere koppels die zich door de nacht tot levenslessen gedwongen weten. Zo ontdekt Jakob op de ochtend na zijn huwelijksnacht niet de bloedmooie Rachel maar haar oudere en fletse zus Lea achter de bruidssluier. Zijn schoonvader Laban wilde hem daarmee op zijn eigen fouten uit het verleden wijzen. Jakob had immers zelf door een list het eerstgeboorterecht van zijn broer Ezau afgeluisd. Uiteindelijk krijgt hij ook Rachel, maar met haar ook een leven vol jaloezie en vrouwenruzies.

Een ander opmerkelijk verhaal komt uit de verhalenreeks over koning Arthur. Een onbekende ridder drijft Arthur in het nauw en belooft hem in leven te laten als hij een antwoord kan vinden op de vraag wat het grootste verlangen van een vrouw is. Een oude bedelares fluistert hem in dat het antwoord “Haar eigen zin” is, maar vraagt in ruil voor deze wijsheid een echtgenoot. De trouwe ridder Gaiwan wil Arthur wel uit de nood helpen en trouwt met de afstotelijke oude vrouw. Tijdens de huwelijksnacht komt de waarheid aan het licht: de oude vrouw is in werkelijkheid een omgetoverd beeldmooi meisje. Het is eens wat anders; ook de man mag hier eens een offer brengen.

Of de huwelijksnacht nu het begin is van een hemels geluk of het moment van achterhaalde waarheden; vaak is het toch een scharnierpunt in het verhaal. In de Verhalen van duizend-en- een-nacht probeert Sheherazade net dat moment uit te stellen. Zij kwam immers te weten dat de sultan haar na de huwelijksnacht wilde doden, en paait hem daarom met oneindig veel vertelsels. Deze verhalen zijn vaak verwerkingen van oeroude wijsheden, riten en gebruiken rond de huwelijksnacht, het leven, de liefde en de menselijke hoogmoed. En vaak zijn ze ook met een religie, met bijgeloof of een bepaalde cultuur verbonden.

In het Nederland van de negentiende eeuw droegen boeren en boerinnen een fijn linnen hemd tijdens hun huwelijksnacht. De volgende dag werd het gewassen in de mooiste kast gelegd, tot de dag van hun overlijden. Een staaltje van nederigheid is het, om in de vurigheid van een liefdesnacht alvast aan je eigen vergankelijkheid te denken. Weinig bruidsparen staan daar vandaag nog bij stil. Enkele oude gebruiken zien hier en daar nog het levenslicht, al is het meer om het plezier van de traditie dan om de onderliggende betekenis te doen. Zo zijn er nog wel bruidegoms die op weg naar de huwelijksnacht hun vrouw over de drempel dragen. Daar kan je de macht van de man over de vrouw in zien; de man betaalde vroeger immers een bruidsschat en nam de vrouw als zijn bezit mee naar huis. Maar ook zit er een bezwerende boodschap in. Huisgeesten wonen namelijk onder een drempel, en die zouden door een fijne vrouwenstap gewekt kunnen worden. De traditie van een onbekende bestemming voor de eerste officiële nacht heeft niet alleen met de angst voor de spelletjes van bevriende plaaggeesten te maken. Het thema van bruidsroof klinkt daar in door, een gegeven dat ook in oude mythologische verhalen te vinden is. In het Oostenrijkse Zillertal is het stelen van de bruid nog zeer in trek. Dat mag enkel maar als ze haar bruidsboeket niet in de handen heeft. Vrienden slepen haar dan naar een naburig café, waar haar getuige heel wat pinten moet betalen voor ze de bruid opnieuw aan de bruidegom mag afleveren. In Turkije bestaat de gewoonte van de sagdiç: een gehuwde man en vrouw die het huwelijkspaar bijstaan. Ook zij moeten onwelkome grappen van de genodigden afkopen, al was het traditioneel vooral hun taak om de zogezegd onervaren geliefden voorlichting te geven.

En zo heeft elke gemeenschap wel haar eigen gebruiken. In sommige Spaanse middens is de huwelijksdaad meer een intermezzo tijdens de siësta dan een nachtelijke onderneming. Het feest gaat nadien gewoon door. En bij de Nkanu, dat is een stam in Angola en Kongo, staat naast het huwelijksbed een kruik te wachten. Als blijkt dat het meisje nog maagd was, krijgt haar familie de kruik met een kurk er op. Was het meisje al ‘open’ dan moet de kurk van de fles, als blaam voor haar te weinig oplettende familie.

Met de maagdelijkheid zijn we bij een gevoelig punt beland. Want wie ‘maagdelijkheid’ zegt, denkt meteen ook aan de zeer sterke sociale druk die hierbij nog in vele islamitische families leeft. De koran bestempelt zina, overspel, als een ‘afschuwelijke zaak en een slechte weg’. De enige relatie die in de islam tussen man en vrouw is toegestaan, is het huwelijk. Alle seksuele omgang buiten deze instelling, vallen onder overspel. Zina is na het aanbidden van een andere god dan Allah, de grootste zonde in de islam. Ook maagdelijkheid tot aan het huwelijk is dus geboden. Alleen jammer dat in de praktijk enkel de meisjes zich hieraan moeten houden. De maagdelijkheid van mannen is nu eenmaal toch niet te na te gaan.

Tijdens Marokkaanse huwelijken vallen onmiddellijk de symbolen van maagdelijkheid op. In Marrakech en omgeving breekt een onervaren jongen een ei op het hoofd van de bruid, ten teken dat het moment van het openbreken van de maagdelijkheid nu eindelijk mag plaatshebben. Bij huwelijken in islamitische families zie je ook meestal een rood lint om de taille van de bruid. Dit is alvast een verwijzing naar het bloed in de huwelijksnacht. Op vele feesten klinkt na de eerste nacht ook ‘de vraag’. Het paar moet dan bevestigen dat hun geslachtsgemeenschap bebloede lakens heeft opgeleverd. Op het Turkse platteland bestaat zelfs nog de traditie van het tonen van de lakens. Er zijn vele streekgebonden gebruiken rond de evaluatie van de huwelijksnacht. Zo zijn er gemeenschappen waarin het feest stopt als er geen bloed was, of families die hun vraag inslikken, maar waar het paar na de daad in het huis van het meisje een zeer stevige maaltijd krijgt opgedrongen. Kwestie van compensatie voor de geleverde arbeid en het verloren bloed. Verder zijn er meisjes die in hun voorhuwelijkse leven wel experimenteren, maar nadien toch besluiten hun maagdenvlies operatief te laten herstellen. Van dubbele moraal gesproken. Omdat het natuurlijk altijd kan dat een meisje niet bloedt bij de eerste keer, zijn er ook nogal wat trucs in zwang. Je vingers prikken met een naald blijkt nogal in trek te zijn, en als de bruidegom niet in het complot mag zitten, is er het binnengesmokkeld sponsje met kippenbloed, dat voor de gemeenschap nog snel in de vagina verdwijnt.

Minder onschuldig is een vorm van vrouwenbesnijdenis, waarna een dichtgenaaide vrouw tijdens haar huwelijksnacht opnieuw ‘geopend’ wordt. Het spreekt vanzelf dat hierbij veel gezondheidsrisico’s, pijn en vooral een gebrek aan genot komen kijken. Naast de zorg om maagdelijkheid liggen ook nog oude culturele overtuigingen aan de vrouwenbesnijdenis ten grondslag. De wortels ervan zijn nog onduidelijk en zeker ouder dan de islam. Studies verwijzen vaak naar Egypte en naar verankerde opvattingen over vrouwelijkheid, schoonheid, reinheid en status. Vooral in Afrika, het Nabije Oosten en Azië is vrouwenbesnijdenis nog in trek.

Ook bij joodse huwelijken vinden we gebruiken die naar de huwelijksnacht verwijzen. In oostelijke families staat een feestleider in voor het amusement op het huwelijksfeest. Maar ook het verdriet om het verlies van de onbezorgde jeugd is daarbij belangrijk. Dat verwijst immers naar een oud gebruik dat vroeger daadwerkelijk demonen moest verschalken. Ook hier was er de angst om de bruidsroof, en daarom mocht die op haar feest niet al te vrolijk doen. Met het verhaal van Jakob en Lea in gedachten, mag de bruidegom voor de inzegening ook altijd even onder de sluier van zijn bruid loeren. Om zeker te zijn dat hij met de juiste vrouw zijn huwelijksbed zal delen. Na de huwelijksdaad symboliseert het afknippen van de haren van de vrouw het einde van de maagdelijkheid en het begin van het getrouwde leven.

Je zou kunnen zeggen dat al deze gebruiken toch wel ver weg staan van onze westerse wereld. Maar niets is minder waar. Geloof het of niet, ook in ons eigen land floreert een vereniging als Ware Liefde Wacht, die de maagdelijkheid tot aan het huwelijk weer hip wil maken. Je voelt het al met je vingertoppen aan: True Love Waits is uit de VS naar hier en nog eens zeventig andere landen overgewaaid. Begin jaren negentig is het uit de Amerikaanse baptistenkerk ontstaan en al snel stapte de vereniging met 80.000 handtekeningen naar president Clinton. “Wij zijn de vrije sekscultuur beu, en willen wachten met seks tot na ons huwelijk”, was hun begeleidende boodschap. Met het ondertekenen van een kuisheidsgelofte zetten de leden kracht bij hun woord. In België zouden al 700 jongeren hun handtekening geplaatst hebben. Blijkbaar nemen zij geen aanstoot aan de godsdienstige achtergrond van Ware Liefde Wacht. In de kuisheidsgelofte staat duidelijk dat ze zichzelf tot seksuele reinheid verplichten tegenover God, zichzelf, hun familie en hun toekomstige huwelijkspartner. De volgorde van deze getuigen is op zijn minst frappant. De gelofte eindigt met het gevleugelde en sterk Amerikaanse: “Hierbij vertrouw ik op Gods hulp.” Op de website zegt zegsman Charles Swolfs dat de organisatie wel christelijk geïnspireerd is maar niet aan een bepaalde kerk gebonden. “De huwelijksnacht hoeft niet per se vuurwerk te zijn”, lezen we verder. “Het is een fantastische ervaring als na het huwelijk de seksuele relatie stap voor stap groeit.”

De overtuiging dat voorhuwelijkse seks een grote vijand is van het huwelijk, komt misschien wel voort uit de frustratie van de kinderen en jongeren die in hun gezin een conflictueuze echtscheiding hebben moeten meemaken. En zo gaat de pendelbeweging natuurlijk verder. Van bevrijdend geëxperimenteer naar bevrijdende kuisheid. Zolang je de kans krijgt om zelf te kiezen, is het naast elkaar bestaan van deze opvattingen eigenlijk best een goede zaak te noemen. En in beide gevallen is overdrijven te veel van het goede.

Neem bijvoorbeeld de hetze rond de honeymoon-video van Pamela Anderson. In de geest van “Alles moet kunnen, en zeker op het gebied van seks”, reef Anderson enkele miljoenen dollars binnen toen ze de videodistributeur IEG de rechten op de beelden uit haar huwelijksnacht verkocht. Daarop is vanzelfsprekend niet enkel haar eigen lichamelijk gezwoeg, maar ook dat van haar man – ondertussen ex-man – Tommy Lee te zien. Je kan de video via allerlei Pamela-sites en -links on line bestellen en bekijken, tegen betaling van een kleine veertig dollar weliswaar. Toen de blonde seksbom genoeg had van haar echtgenoot, wiste ze ook liefst de video de wereld uit. Maar dat was natuurlijk buiten contracten en het collectieve geheugen van pc’s gerekend. Via het gerechtshof van Californië kreeg ze enkel een verboden off line verspreiding afgedwongen.

Hollywood-verhaal of niet; voor de site van HCC, een Nederlandse vereniging voor computergebruikers, gaven feiten als deze inspiratie voor een heuse enquête rond de huwelijksnacht van kroonprins Alexander. “Stel dat die nacht via een webcam te volgen is”, fantaseerde de site. Meer dan de helft van de invullers wilde zeker niet kijken, 15 procent zou zelfs de site hacken. Maar meer dan een vierde wil een betere monitor kopen, thuisblijven en zich met bier en chips voor het scherm installeren. Je zou voor minder ‘neen’ zeggen op een huwelijksaanzoek.

Gelukkig zijn er nog dichterlijke zielen, die met gesloten gordijnen hun geliefde blijvend willen beminnen, als was het voor het eerst. De betovering van zulk moment, huwelijksnacht of niet, is van een ongelooflijke pure schoonheid. Het maakt dat je de nachten uithoudt met elkaar. Dichter Rutger Kopland schrijft het mooi in zijn gedicht In de morgen: er moet iets zijn nu het woord morgen / langzaam oplicht en het morgen is / dat ons bijeen hield en loslaat / zoals we hier liggen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content