POUSSE-CAFE
LENE KEMPS
LIEVE LIVE
Het lijkt een logische evolutie : naast de verkooppunten opent de ontwerper een eigen winkel waar hij het rechtstreeks kontakt met de klant terugvindt en een volledig beeld van de kollektie kan prezenteren. Dries van Noten, Nathalie Vincent en Chris Mestdagh doen het al jaren. Stephan Schneider opent begin ’96 zijn eigen zaak. Lieve Van Gorp doet het nu. “Ik liep al jaren rond met het idee”, zegt ze. “Maar uiteindelijk is een eigen winkel zo’n gewaagde onderneming dat je wacht tot de perfekte gelegenheid zich aanbiedt. Pas toen ik dit mooie pand op de juiste lokatie aan een redelijke prijs had gevonden, durfde ik de stap zetten. ” Er is veel veranderd voor Lieve Van Gorp, die van een accessoirelijn tot een volwaardige kollektie is uitgegroeid. Van de leren schorten met haakjes en linten, tot de verfijnde kleding van nu. “Er is op een korte periode heel veel gebeurd en dat komt nu pas naar buiten”, aldus Lieve. “Ik heb echt behoefte aan een uitstalraam, een plaats waar een duidelijk totaalbeeld wordt getoond, een visualizering van mijn ideeën. ” Voor de inrichting werkt Van Gorp samen met een oude vriendin : de Nederlandse Odette Ex, die sinds 1993 haar eigen meubels op de markt brengt onder de naam Ex Interiors. Volgens Lieve is het resultaat van de samenwerking een winkel waar mode en interieur volledig komplementair zijn. Van Gorp : “We hebben de winkel opgevat als een grote kast : hout langs alle kanten. Notelaar op de vloer. Eik tegen de wanden. Ahorn voor de meubels. De gordijnen van de pashokjes zijn van leer, die verwijzing naar mijn prille begin mocht wel, vond ik. Verder willen we de winkel zo tijdloos en neutraal mogelijk houden, maar tegelijk warm en levend. “
Lieve Van Gorp, Hopland 1 in Antwerpen. tel. (03) 231.19.17.
WELVAERT OP WEG
Samen met twee partners, Lounnes Medour en David Gevaert, opent ook Jan Welvaert een eigen winkel. “Ik heb ondertussen zo’n uitgebreid aanbod mannen, vrouwen, hoofdlijn en goedkopere bijlijn dat ik het nodig vond om op tenminste één plaats het volledige aanbod te tonen”, zegt hij. “Ik wilde het alleen niet zelf doen, daar heb ik de tijd niet voor. Pas toen Lounnes en David zich aanboden, durfde ik eraan te beginnen. ” Welvaert had bij wijze van test al een sales-shop in Gent geopend, waar hij zijn stock verkocht. “Dat was een goed beginpunt”, zegt hij. “Toen heb ik gemerkt dat de belangstelling er is. “
Jan Welvaert toont zijn laatste kollektie. Rokken die achteraan korter zijn dan vooraan. Broeken met een overslagje, zodat één pijp breder is dan de andere. Transparante topjes. Rechte jurken. “In België zet men de stempel clubwear op mijn hoofd. In het buitenland word ik helemaal niet zo gezien”, zegt hij. “Ik ben zeven jaar bezig en richt me nu op eenvoud en onderzoek. Simpele luxe. Op het defilé toon ik het extreme, maar mijn mode is zeer draagbaar. Bovendien is het verrassend dat het publiek vaak net de meest opvallende dingen koopt. Winkels denken dat ze het bij de safe stuks moeten houden, maar dat is een vergissing : mensen geven geen dertigduizend frank aan een basic blazer. Wel aan een extreem stuk. “
De winkel is eenvoudig, vriendelijk, warm en gezellig. Een lange ruimte en twee kleinere kamertjes ernaast. “Ik hou van de lichtdoorstroming in dit pand”, zegt Jan. “En van de vanzelfsprekende manier waarop je het kan inrichten : alle kleren op een lang rek langs een muur, het ene kamertje als kleedkamer ik haat die toestanden met die kleine hokjes met gordijnen het andere met een bureautje erin. De plaats is ook mooi, weg van het commerciële centrum, maar in de buurt van Sint-Lucas en de Akademie. “
Aan de muur hangen schilderijen van Cindy Batsleer. “Haar stijl past goed bij de mijne. Bovendien wil ik meer dan een kledingwinkel die alleen maar kleding verkoopt. Je moet je klanten iets extra’s bieden en dat wil ik op allerlei manieren proberen. Half winkel, half galerij, dat zegt me wel iets. “
Jan Welvaert, Zwartezustersstraat 30 in 9000 Gent. tel. (09) 233.50.30.
KRIEBELKRABBEL
Papieren tafeldoekjes vol koffievlekken en spatten mosterd verheven tot kunst. Het kan, maar er moet nog iets meer op staan, bijvoorbeeld een tekening van Picasso, Léonar Fini of Balthus. Een losse krabbel, opgetekend in het vuur van een diskussie of tijdens een moment van letargische verveling. Soms zijn het ware kunstwerkjes. Dat wist ook Georges Hugnet, een Franse schrijver, schilder, boekbinder, kunstcriticus èn, tijdens de oorlog, vriend van Paul Eluard en Picasso. Samen met hen dineerde hij elke vrijdag in Le Catalan, een piepklein restaurant, op twee stappen van Pablo’s atelier in de rue des Grands-Augustins. Picasso bracht er iedereen over de vloer, van fotografe Dora Maar (geportretteerd door Smadja, boven) tot en met Oscar Dominguez en, uiteraard, Eluard. Ondanks de oorlogstijd werd er in de Catalan behoorlijk gesmuld, omdat de “patron” in het bestuur zat van de Parijse Hallen. Na de oorlog werden de vrijdagen super druk door de terugkomst van de vele vluchtelingen. Toenhebben ook Max Ernst, Wilfredo Lam, Jean Cocteau, Greta Garbo en Gertrude Stein op het papieren tafelkleed gekrabbeld.
Na elk diner scheurde Hugnet er trouw de leukste tekeningetjes uit. Zijn verzameling groeide enorm aan, want Le Catalan was tussen ’46 en ’52 een van de geliefkoosde pleisterplaatsen van het Parijse literaire en artistieke milieu. Hij oogstte veel grappige schatten, zoals een kriebelkrabbel van Miró à la manière de Picasso.
Wie de hele kollektie tafelkrabbels wil bewonderen, moet naar het Museum voor Schone Kunsten van Valenciennes in Noord-Frankrijk. De expositie Jeux de Nappes loopt tot 21 januari. (PS)
BORST VOORUIT EN BIPS OMHOOG
De “wonderbra voor de billen” is er en kreeg de naam Miracle Boost. Deze wonderjeans werd vorige week met veel bombarie en Wendy Van Wanten ze vond de jeans perfekt zitten voorgesteld in Brussel. Alain Daels, agent van de Miracle Boost voor de Benelux en Frankrijk, is zeer entoesiast, hoewel hij zelf nooit een jeans draagt. “Voor het eerst in 25 jaar komt er echt iets nieuws uit de jeanswereld. Ik vind het een revolutie. Voor mijn part te vergelijken met de uitvinding van de nylon kous. ” De Miracle Boost is gebaseerd op het principe van de Wonderbra : samendrukken en omhoogduwen. In zo’n jeans hij kost 3695 frank worden de billen ondersteund en wordt het achterwerk minimum 2,5 centimeter omhoog getild. De achterzakken staan hoger dan op een gewone jeans, wat optisch voor een verlengend effekt zorgt. Alain Daels : “De Amerikaanse fabrikant Sun Apperel heeft er lang op gewerkt. Ze willen er niet veel over kwijt. De formule is geheim. Het gaat om een exclusieve snit en een speciale samenstelling van katoen en spandex. “
Nu rondingen weer kunnen, het sukses van de Wonderbra indachtig, ziet Alain Daels een mooie toekomst voor de wonderjeans. “In de States de jeans is daar sinds juli op de markt worden er elke maand 600.000 van verkocht. Na de basisversie in indigo, zwart of stonewash, volgden al andere kleuren (marineblauw, gebroken wit, mokka…). Momenteel werkt de fabrikant ook aan een model voor mannen. ” (TM)
Miracle Boost, tel. (02) 269.68.15.
OP HET NACHTKASTJE VAN FRANCISKA LAMBRECHTS
Enkele jaren geleden kreeg ik Het Chazaars Woordenboek vertaald uit het Servi-Kroatisch van Milorad Pavic. Ik vond het geweldig leuk en het boek is sindsdien blijven rondslingeren. Je hebt zo van die boeken die konstant in je buurt blijven en die je op een bepaald moment begint te herlezen. “Het Chazaars Woordenboek” is zo’n boek Lexiconroman is de ondertitel.
Het boek is gesitueerd in ex-Joegoslavië waar de Chazaren zouden gewoond hebben. Daar is geen enkel spoor van terug te vinden, omdat ze op een bepaald moment van hun eigen geloof afstapten en zich aansloten bij een van de gekende religies. Ze lieten een droom van hun koning uitleggen door een jood, een Arabier en een Griek en degene die de beste uitleg gaf, diens geloof zouden ze ook overnemen. Je krijgt dan drie verschillende versies van het Chazaren-verhaal een joodse, een Arabische en een kristelijke : alledrie houden ze vol dat de Chazaren hùn geloof hebben overgenomen. “Het Chazaars Woordenboek” is pure fiktie, een aaneenrijging van legenden uit de Balkan met het aksent op het cyclisch verloop van de geschiedenis, van het leven. Een soort van valse geschiedschrijving in drie fazen en met drie versies die net iets van mekaar verschillen en ook verschillende hoofdpersonages in het licht plaatsen. In de 12de eeuw krijg je de eerste reeks. De tweede volgt in de 16de eeuw wanneer opnieuw een jood, een Arabier en een Griek in hun pen kruipen op basis van teruggevonden dokumenten. Dit keer ontmoeten ze mekaar niet echt ze dromen van mekaar. In de moderne tijden zijn de drie vertellers wetenschappers, die mekaar ontmoeten tijdens een historische lezing.
Een legende vormt een soort rode draad in het verhaal. Door de eeuwen heen werden reeds een bronzen en een zilveren Chazaren-sleutel gevonden, maar geen gouden. En op een morgen wordt een van de wetenschappers wakker met de gouden sleutel in zijn mond. Blijkt dan dat de prinses van de Chazaren haar gouden sleutel via dromen altijd bij haar minnaars liet terechtkomen… Een ontzettend sterk gekonstrueerd verhaal dus, héél plezant geschreven. (MW)
Franciska Lambrechts is gastfilmmaker in het FilmAtelier van ’tStuc in Leuven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier