Kat om van te houden
We rijden het jaar in schoonheid binnen. De X-Type van Jaguar, de zogenaamde baby cat, vindt zijn verre oorsprong in de aankoop door Ford van het oerbritse merk in 1989. Jaguar verkocht toen zo’n vijftigduizend auto’s per jaar, maar door de lancering van een betere middenklasser (de S-Type) en een baby mikken de nieuwe eigenaars op een jaarproductie van tweehonderdduizend stuks. De middenklasser werd op de Ford Lincoln-basis gebouwd, de X-Type op dat van de Mondeo, een voorwielaandrijver nog wel en dat is een vloek in het luxesegment. Intussen heeft de dieselmarkt zo’n vlucht genomen dat ook Ford niet om het fenomeen heen kon, zodat de X-Type 2.0D met zijn viercilindermotor waarmee we vandaag op weg gaan alles heeft van een non-Jaguar, behalve het kleedje en de sfeer. En toch houden we ervan, vanaf de eerste kilometer, de Mondeo is dan ook een deksels goeie auto is en de baby voelt very British aan. De baby, die de degens moet kruisen met de BMW 3, de Audi A4 en de Mercedes C-klasse, meet toch 4,67 meter, maar dat bleek onderweg nooit een probleem. Omdat de rijder achter het stuur een gedaanteverandering ondergaat : in de gezellige klassiek van old England is het goed rijden, al stoorde het grote, nieuwerwetse LCD-scherm ons een beetje en vallen er wel zeer veel knoppen te bedienen. De Ford Duratorq TDCi-motor is een fraai staaltje van techniek met een uitstekende prestatie-comfortverhouding. Het geluid ervan is in de Jaguar door een technologisch hoogstandje voorbeeldig weggefilterd. Met een trekkracht van 330 Nm is de X-Type fors gespierd, wat niet kan worden gezegd van de tweeliter benzine. En de vijfbak schakelt vlot en stevig. Toch moet het ons van het hart dat de Mondeo met dezelfde motor iets flitsender rijd, en dat vinden we eigenlijk niet kunnen.
Wie de twee niet vergelijkt, geniet van de baby. Die heeft ook nog zijn heerlijke wegligging mee, een precies stuur en een top van 200 km/uur. Achterin is redelijk wat plaats voor vier (niet voor vijf) en de koffer is echt ruim, maar niet zeer toegankelijk. Maar het mooist is de prijs : de basisversie van deze auto kost 26.350 euro, inclusief zes airbags, ABS, lichtmetalen velgen, ma-nuele airco en elektrische bediende ruiten voor, hout op het dashboard en een met leer bekleed stuur. Leren stoelen kosten 1910 euro extra. Aan de pomp volstaat pakweg 6,5 liter per 100 km en het onderhoud hoeft slechts om de 20.000 km. Overtuigd ?
Pierre Darge
De Jaguar X-Type turbodiesel leent veel onderdelen bij Ford, maar dat valt nooit op en hij staat haarscherp geprijsd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier