ILLUSTRATIE

'STIGMATA - THE INCREDULITY. COURTESY GEUKENS & DE VIL / GIDEON KIEFER

Een beeld zegt meer dan duizend woorden, zo wil het cliché. Dat kan een foto zijn, maar soms is een illustratie het enige wat werkt. Om een concept duidelijk te maken, een emotie te vangen of een gedachte op te wekken. Drie portretten van kunstenaars die de wereld in hun werk proberen te vatten.

GIDEON KIEFER: geheugen in twijfel trekken

Wie afdaalt in het universum van kunstenaar Gideon Kiefer, belandt in een wereld waar mannen en vrouwen in laboratoriumjassen bizarre experimenten uitvoeren, reusachtige vogels gespietst op dunne stokjes bezoekers aanstaren, of minuscule figuurtjes verdwalen in bevreemdende perspectieven. Steevast geschilderd op de beduimelde binnenkant van oude boekcovers, in een sober bruin-grijs-wit palet met enkele felle kleuraccenten.

In zijn nieuwe werk staan herinneringen centraal, vertelt Gideon Kiefer. “We hechten er ontzettend veel waarde aan, hoewel ze vaak niet kloppen. Soms denk je je iets te herinneren, maar heb je je gewoon het verhaal van iemand anders toegeëigend. Of weet je nog hoe bijzonder dat ene moment was en blijkt die herinnering enkel gebaseerd op een foto die je zo vaak hebt gezien. Een groot stuk van onze persoonlijkheid steunt op ons geheugen, terwijl dat inherent vervormd is. Wat betekent dat voor je identiteit ? Als je herinneringen niet kloppen, wie ben je dan ?”

Een precieze weergave van herinneringen interesseert hem niet, wél het gevoel dat ze oproepen. “Bij mij is dat eenzaamheid, tristesse, melancholie. Ze verwijzen naar een tijdperk dat voorbij is. Volwassen worden betekent ook je jeugd verliezen. Zeker als je zoals ik gelukkig bent opgegroeid in het Noord-Limburgse Neerpelt, maar ondertussen in een heel andere streek woont. Die onthechting van je roots maakt belangrijke plekken uit je verleden tot iets bijzonders.”

Wie goed kijkt, ziet in zijn werk telkens subtiele hints naar markante gebeurtenissen uit Kiefers jeugd. Zo tillen in Pylons twee figuren gehuld in doktersjassen en gasmaskers twee stammen op in een bizar landschap vol antennemasten. “Die bomen zijn uitvergrotingen van de sparrentakken waar ik als kind hele constructies mee bouwde in het bos. ’s Winters verloren die sparren hun naalden. Als die jaren bleven liggen, vormden ze een ineengevlochten tapijt waarmee we daken maakten.” Inspiratie vindt hij overal. Soms ook in oude kunstwerken, zoals voor schilderij Stigmata I dat een man toont die takken in de arm van een andere man steekt. “Als kind keek ik bij mijn grootvader uren in één kunstboek. Vooral één werk trok mijn aandacht : The Incredulity van Caravaggio waarbij de ongelovige Thomas zijn vinger in de borstwonde van Jezus priemt. Een gruwelijk beeld voor een kind, maar ook erg fascinerend.”

In een ander werk gipsen twee mannen een boom in. “Zoals herinneringen je telkens ontglippen, zo zal het gips ook barsten omdat de boom groeit en takken krijgt. Je kúnt die niet inkapselen, hij barst eruit. Maar mocht de boom afsterven en rotten in het gips, dan zou je van die boom wél een perfect omhulsel van gips hebben. Net zoals de in lava gestolde lichamen uit Pompei. Hun lichaam is vergaan, maar in steen vind je een afgietsel van de ruwe mens. Zo kun je een herinnering ook proberen te bewaren.”

Zijn vorige werk was vaak maatschappijkritischer. “Met mijn beelden van opgezette, gespietste reuzenvogels wilde ik aanklagen dat we onvoldoende begaan zijn met ecologie. Hoewel de natuur zoveel grootser is dan wij, proberen we ze toch te controleren. De figuren in doktersjassen verwezen naar de anonieme macht die we allemaal emotieloos ondergaan.” Dat de witte jassen ook hier weer opduiken, is geen toeval. “Ook al is dit persoonlijker, het mag geen navelstaarderij worden. Als je als kunstenaar een platform krijgt, moet je ook iets zeggen over de wereld van vandaag en de machinaties daarin.”

gideonkiefer.com

RÉBECCA DAUTREMER: verwondering opwekken

Met Het grote boek van vergeten prinsessen veroverde de Franse illustratrice Rébecca Dautremer tien jaar geleden vele harten. Vervolgens schudde ze die rood-roze droomfiguurtjes weer van zich af met haar uitvoering van het grimmigere Alice in Wonderland. In het speelse Geheime dagboek van Klein Duimpje tastte ze verder haar grenzen af. Met haar verbluffende verbeelding van oeroude christelijke verhalen voor Een Bijbel overtrof ze zichzelf helemaal. Daarin creëert ze een geheel eigen, ietwat surreëel universum. “Ik wilde geen bebaarde mannen in bruine gewaden en op pelgrimssandalen tonen”, vertelt ze in het Literair Museum in Hasselt waar onlangs een tentoonstelling over Een Bijbel liep. “In mijn verbeelding zijn de personages uit de Bijbel indianen met pluimen op hun hoofd, in kleurrijke kledij.”

Een perfecte weergave van de realiteit verveelt haar. “Ik wil bevreemdende of irreële elementen toevoegen die je nieuwsgierigheid prikkelen. Als je me zou vragen om een man in de metro te tekenen, zou ik bijvoorbeeld een kikker in zijn zak stoppen. Als kind hield ik enorm van prentenboeken waar je achter een boom plots een plassend hondje ontdekte. Dat gevoel van verwondering of magie wil ik ook opwekken. Ik denk dat mensen van mijn werk houden omdat het hen aan het dromen zet. Dat ze er zachtheid en melancholie in vinden waar ze zich niet voor hoeven te schamen.”

Dautremer behoort als illustratrice internationaal tot de top, maar is grafisch ontwerper van opleiding. Schilderen leerde ze grotendeels op eigen houtje. “Mijn hart lag aanvankelijk bij fotografie. Als assistent van een modefotograaf, bleek dat de modewereld mij niet lag. Dus heb ik gekozen voor mijn eerste liefde : potloden en penselen. Die bieden mij een ongelofelijke vrijheid. Als ik een olifant wil laten vliegen, heb ik alleen mijn penselen en mijn verbeelding nodig. Terwijl een fotograaf voor dat beeld een immense krachttoer zou moeten uithalen. Het zwaarste werk lever ik in mijn hoofd. Als illustrator heb je vooral een goed stel hersenen nodig. Beelden bedenken is het moeilijkst.”

Heel af en toe doet de nacht het werk voor haar. “Ik droom heel vaak dat een tsunami ons overspoelt. Eén keer stond ik met mijn kinderen boven in een wei met koeien toen een golf op ons afkwam. Toen ik werd overspoeld, zag ik plots een witte koe voorbijzwemmen. Ongelooflijk mooi. Dat beeld vind je in Een Bijbel, maar dan met een wit paard in plaats van een koe.”

Doorgaans zoekt ze al schetsend. “Vaak weet ik niet waar ik zal uitkomen, erg stresserend. Nu moet ik een affiche ontwerpen over Jules Verne. Ik had een ruiter op een paard getekend, maar het voelde niet juist. Tot ik het paard onder water tekende met een zwembril op en een school vissen rond zijn hoofd. Toen wist ik : mijn werk zit erop. (lacht) Ook al lijkt mijn paard in die schets op een aardappel met vier poten.”

“De beelden in mijn hoofd zijn perfect, maar het lukt me zelden om ze even goed op papier te zetten.” Wie haar indrukwekkende dieppaarse beeld van de kleine Jona en de walvis uit Een Bijbel kent, kan het zich moeilijk voorstellen. “Daarbij dacht ik tot op het laatst : dit lijkt nergens naar. Maar ik weet intussen uit ervaring dat ik moet volhouden, denken aan het beeld dat ik voor ogen had. Bij Jona en de walvis werkte het pas toen ik met licht en donker voldoende diepte wist te creëren waardoor Jona klein afstak tegenover die reusachtige walvis. Toen zat de dreiging juist.”

Je ziet de uren en uren werk die ze in haar schilderijen steekt. “Als ik werk, kijkt mijn grootvader altijd mee over mijn schouder. Hij had één gouden regel : als je iets de moeite waard vindt om te creëren, moet je ook zorgen dat het goed is. Anders kun je er beter niet aan beginnen.”

rebeccadautremer.com

SARAH ILLENBERGER: weids denken

Haar atelier ligt verstopt in een schilferig gebouwencomplex in het vroegere Oost-Berlijn. Op de deurbellen veel architectenbureaus, fotostudio’s en productdesigners, en de enige lift is een goederenlift. Maar zo uitgewoond haar werkomgeving, zo sprankelend het werk van Sarah Illenberger. Kenners noemen haar de vindingrijkste illustratrice van Duitsland. En van omstreken, durven we daaraan toe te voegen. Haar werk heeft zelfs trans-Atlantische allure : het verscheen in Time Magazine, The New York Times,Vanity Fair… Schrijver Jonathan Franzen feliciteerde haar met de manier waarop ze een essay van hem verluchtte.

Sarah Illenberger werkt niet met penseel en potlood, maar met lijmpot en keukenmes, bij wijze van spreken. In haar ‘3D-illustraties’, zoals zij ze noemt, brengt ze twee werelden samen die bij elkaar horen, of toch weer niet, en telkens ben je even sprakeloos van verwondering.

Vraagt een tijdschrift om te duiden dat gezonde groenten in de mode zijn, maakt ze een dartele jurk van sla, spruitjes en bonen. Bloemen fotografeert ze op zo’n manier dat ze knetterend oudejaarsvuurwerk worden. Bij een artikel over diëten verzint ze een telraam met frambozen, olijven en kerstomaten. Voedsel is een grote inspiratiebron.

Haar vader had een restaurant, haar moeder een juwelenatelier. Dat ze bij de ene de bouwblokken haalde en bij de andere de zin voor esthetische arrangementen, zou een mooie oorsprongsmythe zijn. Ze is zelfs een beetje waar.

“Als kind zat ik veel in de voorraadkamer van mijn vaders keuken. Het was voor mij een speel- en knutselparadijs, ik kon er mijn fantasie de vrije loop laten. Tot de Voedselinspectie op controle kwam en vol afgrijzen kennisnam van mijn culinaire bouwwerkjes in de koelruimte. Tegelijk keek ik vaak toe hoe mijn moeder werkte.”

Later studeerde Sarah Illenberger grafiek in St. Martin’s College in Londen. Wat leerde ze daar wat ze niet in Duitsland leren kon ? “Vooral van de stad zelf heb ik veel geleerd. De boekhandels aan Charing Cross Road, de voedingswinkels in China Town en de etalages aan Covent Garden lagen op mijn dagelijkse reisroute. Ik had ook het geluk dat de docenten open van geest waren en gemotiveerd lesgaven. De projecten scherpten je vermogen om weids te denken ; zelden lag het zwaartepunt op commercialiseerbaarheid. Daarmee vergeleken is Duitsland geslotener en de opleiding meer toegespitst op wat de markt wil.”

Hoe ontstaat een idee ? In een flits ? Of door rond te lummelen, informatie te vergaren, en daarin een spoor te zoeken ? We verwachten dat ze gaat zeggen: allebei. “Maar het is zo ! Alleen : wanneer het aha-moment uitblijft, wijk ik uit naar het tragere pad. Ik heb het gevoel dat die langere weg vaak tot een originelere uitkomst leidt. Meestal stel ik minstens drie ideeën voor aan een opdrachtgever. Zelfs als ik tevreden ben met het eerste, dwing ik mezelf om er nog twee bij te bedenken. Nu, ik hoed me ervoor om vondsten murw te analyseren, om de magie er niet uit te persen. Het mag geen routine of een mechaniekje worden.”

Sarah Illenberger werkt niet uitsluitend voor magazines. Merken komen almaar vaker aankloppen: Triumph, Filippa K., Sévigné Jewellery, Hermès, Mercedes-Benz, Smart, Goodyear. Het ministerie voor Voeding gebruikt momenteel een beeld van haar voor een affichecampagne. “Leuk dat je uitgerekend dat aanhaalt. Het ministerie heeft mijn ontwerp doodleuk gepikt. Op internet loopt het gerucht dat mijn werk Meloncholy (een meloenschijf waaruit pitten regenen, fh) vrij te gebruiken is. Dus zie ik het geregeld op de vreemdste plaatsen opduiken.”

Ze weigerde een opdracht van McDonald’s, omdat ze eerder een ‘houtburger’ maakte, als aanklacht tegen het rooien van regenwoud ten voordele van de veeteelt. “Een mens moet toch een beetje consequent blijven?”

Geregeld krijgt Sarah Illenberger kunstliefhebbers en verzamelaars aan de deur. Om die vraag te bedienen is er nu een webshop, waar hoogkwalitatieve fotoprints te koop zijn. Is dat de weg die ze verder wil gaan? “Momenteel werk ik aan echte gebruiksvoorwerpen. Zo komt er een ‘edelpuzzel’ van marmer, en een vergulde vuilnis-emmer. Ik vind het prettig om concepten om te zetten in iets wat praktisch bruikbaar is.”

sarahillenberger.com

Tekst Nathalie Carpentier en Filip Huysegems

“Als je herinneringen niet kloppen, wie ben je dan?”

“Potloden en penselen bieden een ongelofelijke vrijheid”

“Qua inspiratie leidt het tragere pad vaak tot een originelere uitkomst”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content