Het gat in de zool bleek het gat in de markt
M ario Moretti Polegato reist in een privé-vliegtuig en ontbijt in Monaco, luncht in Stockholm en is voor het avondeten in Londen. Hij legt de geschiedenis van schoenenmerk Geoxuit zoals een wiskundige een stelling bewijst en eindigt met een triomfantelijk quod erat demonstrandum. Op dat ogenblik moet ik denken aan wat zijn moeder Amalia antwoordde op mijn vraag hoe haar oudste zoon als kind was. “Mario is nooit kind geweest. Hij heeft altijd zijn doel willen bereiken. Met kinderen zoals hij moet je als moeder ook een sterk karakter hebben.”
De geschiedenis van Geox is inderdaad buitengewoon. Mario is op zakenreis in Nevada. Als verwoed wandelaar trekt hij naar de Rocky Mountains. Het is zo warm dat zijn voeten zweten in zijn oude sportschoenen. Met een mes kerft hij een gat in elke zool. Met een groter comfort voor voeten en lichaam tot gevolg. Zo ontstond het idee van de schoen die ademt dankzij een vlies met microperforaties. In meer dan 100 landen werd een octrooi aangevraagd. In de Verenigde Staten werd het zelfs van openbaar nut beschouwd, zoals een nieuw geneesmiddel. Maar niemand was bereid zich in het avontuur te storten.
Drie jaar na de anekdote van het gat in de schoen zet Mario zijn eigen zaak op. Ze zijn met vijf om het eerste Geox-paar te maken. ” Geo voor de aarde, omdat zij onze beste schoenzool is, en x voor de technologie.” Vandaag produceren 5000 mensen meer dan 6 miljoen paar schoenen per jaar. In zijn branche is Geox numero uno in Italië en nummer 8 wereldwijd. Maar de ambitie is nummer 1 te worden. Eind 2003 zullen er in Europa 200 winkels zijn die uitsluitend Geox verkopen. Binnenkort komen er ook jassen op de markt die transpiratie kunnen afvoeren.
Mario Moretti Polegato is trots op een van zijn jongste onderscheidingen : die van “beste Italiaanse ondernemer ter wereld”, toegekend door Ernst & Young. “In Italië hebben we de beste stilisten, de beste modelleurs, de beste ledersoorten. Wij kunnen dus van die knowhow profiteren om de beste schoenen te maken.”
Minder bekend is dat de familie Polegato ook een zwaargewicht is in de wijnbouw. Agronoom Mario is daar trouwens zijn carrière begonnen. Samen met zijn jongste broer bouwde hij de zaak uit die door hun grootvader aan vaderszijde werd opgericht. Momenteel staat Giancarlo aan het hoofd van 9 wijnkelders, waaronder de Gioiosa, Italiaans leider van de prosecco en de frizzante. Jaarlijks verkoopt hij 18 miljoen flessen wijn, alle etiketten. “Wij bezitten niet alle gronden die nodig zijn om deze wijnen te verbouwen. We sluiten dus contracten af met 600 à 700 leveranciers van wijndruiven. Om de kwaliteit te krijgen die we beogen, telen we op ons eigen domein alle druivensoorten die we tot wijn verwerken. Onze technici observeren ze en trekken conclusies, die wij dan doorgeven aan onze wijnbouwers.”
In plaats van een kasteel staat op de etiketten van de Polegato’s een Palladiaanse villa. Niet lang voor zijn fatale ongeval kocht de vader van Mario en Giancarlo Villa Sandi het domein dat aan hun familiebedrijf paalde. Het paleis werd gebouwd in 1622 naar een ontwerp van architect Andrea Pagnossin. Nu is Villa Sandi een van de schitterendste wijnen van de familie Polegato. Voor het gebouw staan twee zwarte Mercedessen. Allebei dragen ze een consulair kenteken van Venetië. Giancarlo is er consul voor Botswana, Mario voor Roemenië.
www.geox.com, +39 0423 28 25 40. In België : Torfs, 03 226 55 29.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier