Guido Van Genechten

Prentenboekmaker

Mijn volgende wordt vies :Mag ik eens in je luier kijken ? In 2000, ten tijde van Het grotebillenboek over op het potje gaan, wilden sommigen al zién wat er zoal in die potjes gedeponeerd wordt. Dat vond ik van het goede te veel voor één boek, maar nu komt het eraan.

Sinds mijn achtste of negende ging ik naar de tekenacademie in Mol. Na de middelbare school volgde ik een opleiding tot graficus, maar ik bleef bezig met tekenen en schilderen, beeldhouwen, fotografie en keramiek.

Vijftien jaar een doodsaaie job in een drukkerij. Elke ochtend tegen mijn zin ernaartoe. Nine to five is niks voor mij. Werken voor een baas al evenmin. Ik was meer bezig met mijn hobby. Na mijn onverwachte ontslag gaf ik mezelf een jaar of drie om uit te zoeken of ik mijn liefhebberij te gelde kon maken, maar ik heb veel langer op het loon van mijn vrouw Ida geleefd.

Ik beschilderde zijden sjaals, en bood ze in Antwerpen aan in chique boetieks en was de koning te rijk als ik er tien verkocht kreeg. Ik heb ook nog gedacht aan pottenbakken, eigenlijk een soort naïeve huisvlijt.

In mijn kindertijd bestond dat niet, prentenboeken voor kleuters, en omdat ik zelf geen kinderen heb, kende ik het niet echt. Toen ik kleuterboeken zag in de bib waar Ida werkt, dacht ik : “Dát wil ik proberen, want dat kan ik ook.”

De uitgever stuurde één jaar later de afrekening : “Van de 2500 gedrukte exemplaren zijn er 700 verkocht.” Da’s even slikken. Als auteur krijg je tien procent per verkocht boek. En dan komt de fiscus nog langs. Maar ondertussen was ik aan een nieuw boek bezig. En op de beurs voor kinder- en jeugdliteratuur in Bologna waren buitenlandse uitgevers geïnteresseerd. Dus sukkel je verder of zet je dapper door.

Voor je er iets aan verdient, moet je al een aantal boeken gemaakt hebben en er veel van verkopen. En ze uitgeven in andere landen, natuurlijk, want ons taalgebied is echt wel petieterig klein. Nu kan ik ervan leven, maar schatrijk werd ik er niet van.

De doorbraak kwam er met Rikki. Tot nu is dat in twintig landen uitgegeven, en ook mijn andere boeken zijn veelvuldig vertaald. Bijna wekelijks krijg ik mailtjes uit landen als Argentinië of Finland, van mensen voor wie een van mijn boeken veel betekend heeft. Ik maak er een punt van om daar altijd op te reageren.

Binnenkort is China aan de beurt. Daar ben ik een beetje huiverig voor, want ik hoor daar allerlei cowboyverhalen over, dat ze het niet zo nauw nemen met auteursrechten en zo.

Toen het er 25 waren, ben ik gestopt ze te tellen, maar de uitgever zegt dat ik er al veertig maakte. Nee, de inspiratie droogt niet op. Integendeel. Ik heb een doos vol half uitgewerkte projecten. En goede ideeën vind ik meestal dicht bij huis. Onze kippen, bijvoorbeeld, vind je terug in Rikki en Mia de kip.

Rikki, dat ben ik. Ik ben de oudste van drie broers. We vochten nogal wild en vooral vaak. De jongste was gewoonlijk de pineut.

De broers waren konijnen, wist ik van in het begin. Kinderen mogen zoveel dingen niet. Zomaar de straat oversteken, dat kan toch niet ? Als een konijn dat doet, kijkt niemand daar vreemd van op. Maar ik zat meteen vast. Wie wordt de hoofdfiguur : het slachtoffer of een bullebak ? Ik boetseerde alvast een konijntje. ’s Anderendaags hing één van zijn oortjes slap. Ik had hem : Rikki, kwetsbaar en toch sterk.

In de Vlaamse golf illustratorenben ik een buitenbeentje. De anderen zijn vooral grafisch en artistiek vernieuwend, maar ik maak boeken voor kinderen, niet voor volwassenen.

Ik ben me erg bewust van het publiek waarvoor ik werk, want het is zeer leeftijdgebonden. Ik ken geen enkel boek dat zowel een tweejarige als een vijfjarige kan boeien.

Kleine Kangoeroe werd in Nederland uitgeroepen tot Prentenboek van het jaar 2007. Er is een dvd uit ontstaan, die zeer mooi is ingesproken door Kim Van Kooten. Ik moet zeggen, het dééd me iets.

Jos, Ono, Max, Klein wit visje, en andere figuurtjes van Guido Van Genechten (50) zijn bekend tot in Taiwan, Japan en Australië. Rikki werd tien. Het jubileumboek, ‘Net zoals jij’, telt 48 pagina’s en is tot eind 2008 te koop voor de feestprijs van 10 euro, daarna : 15,95 euro.

Door Griet Schrauwen / Foto Guy Kokken

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content