GRAVEN IN HET BREIN

DE HERSENEN EN DE OORSPRONG VAN ONS GEDRAG, NOOIT WAS ER MEER BELANGSTELLING VOOR DAN NU, IN DE RECHTSZAAL EN IN DE BOEKWINKEL. IS DE MENS DAN NIET MEER DAN EEN UITERMATE COMPLEXE AUTOMAAT, WILLOOS OVERGELEVERD AAN PROCESSEN IN ZIJN BREIN ?

5 februari 2013. Op een foto in Bild-Zeitung wijst de Duitse neuroloog Dr. Gerhard Roth naar een donkere vlek op een model van de hersenen : hier schuilt het kwaad ! Volgens het artikel, gretig overgenomen door kranten over de hele wereld, had de arts de hersengolven gemeten van moordenaars, verkrachters en andere gewelddadige criminelen terwijl ze korte filmpjes bekeken. Wat bleek : bij gruwelijke scènes gebeurde er niets in dat hersendeel waar medeleven en verdriet gecreëerd worden.

Nog altijd volgens Bild lokaliseerde de arts op hersenscans van alle mensen met criminele neigingen een donkere vlek in de centrale lob. Daaruit leidde hij af dat sommige criminelen een genetische voorbestemming tot geweld vertoonden. Toegegeven, het spreekt tot de verbeelding : een zwarte vlek die het kwaad verbeeldt. Was het maar zo simpel !

Het artikel veroorzaakte een storm van reacties, niet het minst van de Universiteit van Bremen, waar Roth aan verbonden is, en van de professor zelf. De Bild-journalist zou zijn uitspraken verkeerd weergegeven hebben, er bestaat zelfs niet zoiets als een centrale lob in de hersenen. Maar dat neemt niet weg dat Roth bezig is met research naar een mogelijk verband tussen hersenontwikkeling en gedrag. Zo onderzoekt hij samen met zijn medewerkers het effect van vroege psychotraumatisatie als een belangrijke factor in de ontwikkeling van later crimineel gedrag. “Verschillende types van crimineel gedrag kunnen gerelateerd zijn met functionele stoornissen van verschillende centra van het limbische systeem, waaronder de lage frontale lob van de hersenen.” Onvermijdelijk doet ons dat denken aan de hersenscans van Kim De Gelder die tijdens zijn proces gebruikt werden.

NEURO HIER, NEURO DAAR, NEURO OVERAL

Je kunt er niet naast kijken, er wordt tegenwoordig enorm veel gepubliceerd over neurologie.

Een greep uit recente krantenkoppen : “Neurowetenschapper Henry Markham simuleert een heel brein met een massa microchips” — “Wetenschappers sturen boodschappen van een rat in Brazilië door naar de hersenen van een rat in de VS” — “Japanse wetenschappers ontwikkelen een methode om dromen te ontcijferen”. In het Nederlandse taalgebied alleen al verschenen er de laatste weken ettelijke titels over het onderwerp : Jij bent je brein, een bewerking voor jongeren van Dick Swaabs bestseller Wij zijn ons brein ; Het neurologisch complot van de Leuvense onderzoekster Greet Kayaert ; Het (voor)beeldig brein, onder redactie van Robert, Beeckman en Visch-Brink, over spraakstoornissen. Binnenkort ligt ook Ons briljante brein van de wereldautoriteit inzake bewustzijn Steven Laureys in de winkel.

Stuk voor stuk wetenschappelijke werken die niets van doen hebben met de neurobabbel die de planken van de afdeling zelfhulp in de boekhandel laten kreunen. Titels als Het positieve brein, over de nieuwe wetenschap van het optimisme, en Rewire your brain, over hoe je zowat alle aspecten van je leven kunt verbeteren, bewijzen dat de resultaten van hersenonderzoek al te vaak misbruikt worden om allerhande theorieën en theorietjes te staven. Maar de fundamentele vragen blijven. Hoe kan een klomp vochtige grijze materie de bewuste ervaring produceren die u nu hebt, bij het lezen van deze paragraaf om maar iets te zeggen ?

DE SLINKSE TRUCS VAN HET BREIN

Hoe complex de werking van onze hersenen wel is, dat is wat we vooral onthouden uit Het neurologisch complot van de Leuvense onderzoekster Greet Kayaert. De titel doet wellicht een sinistere samenzwering vermoeden, maar nee, met ‘complot’ verwijst Kayaert in de eerste plaats naar de geheime werking van de hersenen, achter de schermen als het ware. De informatie die we vanuit de zintuigen krijgen, is gefragmenteerd, onvolledig en onduidelijk, maar daaruit creëren de hersenen toch maar mooi onze perceptie van de wereld. Horen, zien, ruiken, voelen, denken, handelen : er wordt heel veel werk verzet onder onze hersenpan, geruisloos, zonder dat we ons ervan bewust zijn. Daarbij haalt ons brein verrassende trucjes uit. Zoals altijd zijn het de simpele voorbeelden die je bijblijven. Dat rechtshandigen een voorkeur hebben voor objecten die zich aan hun rechterkant bevinden, bijvoorbeeld, en voor de rechterkant van hun omgeving in het algemeen. Vraag bij een test aan de deelnemers om een ‘goed’ en een ‘slecht’ dier in kooien te plaatsen en rechtshandigen zullen het goede beest in de rechterkooi plaatsen. Voor linkshandigen geldt het omgekeerde.

Iets minder onschuldig : als mensen in de miserie zitten, zullen andere mensen geneigd zijn zich van hen te distantiëren : de ongelukkigen worden geassocieerd met hun problemen. Bij experimenten leidt dat tot absurde situaties. Zo waren er tests waarbij deelnemers door toevalsloting werden geselecteerd om elektroshocks te krijgen. De andere deelnemers waren daarvan op de hoogte, ze wisten dat er beslist geen oorzakelijk verband was tussen het krijgen van de shocks en welke persoonlijkheidskenmerken dan ook. Toch lieten ze zich in vragenlijsten achteraf meer denigrerend uit over die deelnemers die geselecteerd waren om de shocks te krijgen. Naar de werkelijkheid getransponeerd kan dit fenomeen tot tragische toestanden leiden, het is bijvoorbeeld niet bevorderlijk voor de oplossing van maatschappelijk problemen, zoals kansarmoede.

De vraag die zich opdringt : als ons brein ons op alle mogelijke manieren bespeelt, is er dan nog sprake van een vrije wil ? Greet Kayaert : “Niet voor zover we kunnen meten. Ook de hersenen zelf zijn niet ‘vrij’, aangezien ze gevormd worden door onze voorgeschiedenis, omgeving en genen. Ons gedrag wordt dus niet veroorzaakt door één vrije entiteit, maar door een netwerk van factoren.”

Dat is ook de conclusie van Dick Swaab in Wij zijn ons brein, en de vereenvoudigde en opgeleukte versie voor jongeren Jij bent je brein, titels die eigenlijk alles zeggen. Daarin stelt de neuroloog onder andere dat overal ter wereld vooral adolescente mannen tot 25 jaar de meeste misdaden plegen. Dat zou te maken hebben met de prefrontale cortex, die pas op hun 25ste volgroeid is. Die PFC is verantwoordelijk voor ons gedrag, daarmee bepalen we wat goed en fout is. Volgens Swaab zouden rechters daar bij alle mannen onder de 25 rekening mee moeten houden. Op latere leeftijd verbetert hun gedrag vanzelf. Wellicht vinden sommige mensen die uitleg geruststellend.

Het verklaart ook waarom we het verhaal van de professor met zijn donkere vlek op de scan zou graag willen geloven. “Kijk, daar zit het, het kwaad. De dader kon er dus niets aan doen.” Misschien is die behoefte aan zekerheid wel een verklaring voor onze fascinatie voor neurologie tout court.

NAAR EEN VERWIJTLOZE MAATSCHAPPIJ ?

Professor filosofie Jan Verplaetse van de Universiteit van Gent, een van de initiatiefnemers van het multidisciplinaire symposium Schuld onder de Schedel dat daar op 31 mei plaatsvindt, meent dat het mes aan twee kanten snijdt. “Enerzijds kan neurologisch onderzoek deculpabiliseren. Neem nu een onhandelbaar kind waarmee de ouders geen raad weten. Als blijkt dat er iets mis is met zijn amygdala (neuronen die een rol spelen bij de verwerking van weerzinwekkende prikkels en regulatie van angst, Wikipedia) of dat er sprake is van een verminderde impulscontrole, krijgt dat kind een label opgeplakt. Het zit in het brein, een harde waarheid, maar wellicht een opluchting voor ouders die alles geprobeerd hebben. Eindelijk kunnen ze zeggen : we hebben onszelf niets te verwijten. Anderzijds opent de neurologie mijns inziens een doos van Pandora. Want stel dat er niets afwijkends te zien is op de hersenscan van dat jongetje en dat kind doet later vreselijke dingen, moet je dan niet concluderen dat wat hij gedaan heeft ook maar het resultaat is van allerlei processen in zijn (gezonde) brein ? Of een brein nu ziek is of gezond, het is gewoon het orgaan dat alle invloeden die we ondergaan – genetische, van de omgeving of omstandigheden – verwerkt en bepaalt wat je wilt, denkt en doet.”

“Er is geen geheim plekje vanwaar je alles mooi kunt overschouwen en beslissen : ik ga niet in op die prikkels die mijn gedrag sturen. Met andere woorden : de vrije wil bestaat niet. Pas op, daar bestaat discussie over. Het idee breekt dan ook volledig met onze intuïtie dat we zelf onze beslissingen nemen, dat we ondanks alle mogelijke invloeden in staat zijn om een vrije keuze te maken. En ja, het heeft verregaande maatschappelijke consequenties. Als iemand niet verantwoordelijk is voor zijn daden, kun je hem of haar dan iets verwijten ? Hoogstens kun je zeggen : wat jij gedaan hebt, kan niet. Het gaat in tegen de afspraken die wij als maatschappij gemaakt hebben.”

Op een verwijtloze manier met mensen omgaan, het is maar de vraag of het een leefbare filosofie is. “Gevoelens zoals wraak of schuldgevoel kun je vervangen door verdriet, ontgoocheling of een verlangen naar herstel. Net als bij een natuurramp waaraan niemand schuld heeft, kun je zoeken naar rituelen om herstel te bevorderen. Maar ik weet wel hoe moeilijk die verwijtloze visie ligt. Herstelbemiddeling tussen slachtoffers van kleine delinquenten en hun minderjarige daders verloopt al zo moeizaam. Ik onderschat onze behoefte aan vergelding zeker niet.”

Is er nog plaats voor gevangenissen in de verwijtloze maatschappij ? “Zeker, want straffen blijft uitermate nuttig om gedrag te corrigeren, net zoals belonen trouwens. En bij straffen denk ik aan het hele gamma : boetes, enkelbanden, gevangenisstraf. Maar niet straffen om te straffen. Zoals onze gevangenissen nu functioneren zijn het vooral kweekscholen voor de misdaad. Onze hele strafwet is gebaseerd op het idee van de vrije wil, van de verantwoordelijkheid van de mens voor zijn daden. Daarvan afstappen, zal niet gemakkelijk zijn.”

NOG LANG GEEN NEUROJUSTITIE

Zullen hersenscans in de toekomst een doorslaggevende rol spelen in ons strafrecht ? Jan Verplaetse : “Nu is het nog te vroeg, maar scans zullen in de toekomst hoe langer hoe vaker in de rechtszaal gebruikt worden, samen met genetische kaarten, observatieverslagen, psychologische tests. Men zal almaar meer parameters aan elkaar willen koppelen, het is niet omdat neurologie zo belangrijk wordt dat de klassieke psychologie of andere wetenschappen geen bestaansrecht meer hebben.”

In Jij bent je brein haalt Dick Swaab het voorbeeld aan van een collega die onderzoek deed naar het brein van moordenaars. Aan een hersenscan kon hij zien of iemand aanleg had tot gewelddadig gedrag. In zijn vrije tijd deed hij ook onderzoek naar het brein van zijn familieleden, want in zijn familie kwam een hersenziekte voor en hij wilde weten of iedereen gezonde hersenen had. Hij had dus twee stapels hersenfoto’s, een van misdadigers en een van zijn familie. Op een bepaald moment merkte hij dat een foto met ‘criminele hersenen’ tussen de familiefoto’s was beland. Vast een vergissing, bij het verkeerde stapeltje gelegd. Toen hij uitzocht over wiens hersenen het ging, bleek het om zijn eigen brein te gaan.

Ook specialisten zijn het erover eens dat het nog te vroeg is om in de rechtszaal hersenscans als bewijslast bij de beoordeling van de aansprakelijkheid van een verdachte te gebruiken. Dr. Laurent Hermoye, arts, ingenieur en stichter van Imagilys (een firma gespecialiseerd in medische beeldvorming) : “Wat psychiatrische aandoeningen betreft, bestaat er nog geen betrouwbare marker in medische beeldvorming, zelfs niet voor schizofrenie. Talrijke studies tonen verschillen tussen groepen van testpersonen, maar daarbij spelen allerlei factoren een rol en de resultaten kunnen nauwelijks geëxtrapoleerd worden naar één bepaalde patiënt. Neurojustitie, het is nog niet voor morgen !”

HET HUMAN BRAIN PROJECT

Op 2 april laatsleden kondigde Barack Obama aan honderd miljoen dollar uit te trekken voor hersenonderzoek. Greet Kayaert merkt op dat Europa hem voor was : de Europese Unie trekt 1 miljard euro uit voor het Human Brain Project, wetenschappelijke onderzoeken over een supercomputer die de werking van de hersenen nabootst. Bij die onderzoeken zijn verscheidene Europese universiteiten betrokken, waaronder de KULeuven. “Of wetenschappers de hersenen in kaart kunnen brengen, zoals dat met het menselijk genoom gebeurd is ? Nu, we kennen de code van het menselijk genoom, maar daarom weten we nog altijd niet wat die genen precies doen en hoe ze met elkaar interageren. Ook daar is er nog veel werk. Maar het achterhalen van de ‘neurale code’ is een gigantische uitdaging. In ons hoofd bevinden zich meer dan honderd miljard zenuwcellen die stuk voor stuk gemiddeld zo’n tienduizend verbindingen hebben. Hoe de activiteit van onze genen, moleculen, cellen tot cognitie en daarmee tot ons gedrag leidt, is nog altijd een van de grootste mysteries binnen de moderne wetenschap.”

Neurobioloog Christof Koch van het Allen Institute for Brain Science in Seattle beweerde onlangs dat wat het hersenonderzoek betreft de wetenschap in de tijd van Galileo zit. Greet Kayaert : “Ik vrees dat Galileo de banen van de planeten een stuk beter kon voorspellen dan wij het menselijk gedrag. Goed, er is de laatste tijd een grote vooruitgang geboekt, er zijn dingen over de hersenen ontdekt die we tien jaar geleden nog niet wisten en die ook zeer belangrijk zijn voor de medische wetenschap, met name de kennis van aandoeningen als epilepsie, Alzheimer en hersenletsels. Maar ik denk niet dat we weten hoeveel we nog niet weten.” Om het met Christof Koch te zeggen : “Het menselijk brein is wellicht het meest complexe object in het gekende universum.”

‘HET NEUROLOGISCH COMPLOT. DE VERRASSENDE TRUCS VAN ONS BREIN’, GREET KAYAERT, UITG. MANTEAU. WWW.HETNEUROLOGISCHCOMPLOT.BE

‘JIJ BENT JE BREIN. ALLES WAT JE WILT WETEN OVER JE HERSENEN’, (VOOR JONGEREN) DICK SWAAB EN JAN PAUL SCHUTTEN, UITG. ATLAS CONTACT.

SYMPOSIUM ‘SCHULD ONDER DE SCHEDEL’, OP 31 MEI 2013 IN GENT. INFO : WWW.SCHULDONDERDESCHEDEL.BE

DOOR LINDA ASSELBERGS

“ER IS GEEN PLEKJE VANWAAR JE ALLES RUSTIG KUNT OVERSCHOUWEN EN BESLISSEN : IK GA NIET IN OP DIE PRIKKELS DIE MIJN GEDRAG STUREN. DE VRIJE WIL BESTAAT NIET”

“HOE DE ACTIVITEIT VAN ONZE GENEN, MOLECULEN, CELLEN TOT ONS GEDRAG LEIDT, IS NOG ALTIJD EEN VAN DE GROOTSTE MYSTERIES IN DE WETENSCHAP”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content