Graag een beetje nonchalant

Bea Mombaers vindt moderne interieurs soms te steriel en te bestudeerd. Zij pleit voor meer spontaniteit. Haar woning in Knokke kan je beschouwen als een hedendaagse improvisatie.

Info : Items in Knokke, 050 603 606.

Improviseren is een uitdaging weten alle musici. Het is voor een deel creëren met je kennis en gevoel, zonder een uitgestippeld pad te volgen. Dat kan ook in een interieur. Wie iets nieuw verzint of de dingen helemaal anders gaat bekijken, waagt zich met enthousiasme aan zo’n experiment. Het is niet de eerste keer dat Bea Mombaers dit doet. Zelf is ze geen interieurarchitecte, maar ze heeft wel haar invloed op deze tak van de architectuur. Al jaren runt zij Items, een toonaangevende interieurzaak in Knokke en een begrip bij insiders. Haar zaak onderging ook een gedaanteverwisseling. Tegenwoordig toont zij er zowel oud als modern design door elkaar. Ze heeft dus aardig wat vintage in het aanbod, waarbij vrij veel stukken van Scandinavische oorsprong. Bea Mombaers brengt niet steeds de bekende namen, maar ook werk van designers die vroeger niet naar België werden geëxporteerd.

Van de vele woningen die zij in de voorbije jaren voor zichzelf heeft ingericht, is dit de meest originele. Zij realiseerde de inrichting zelf, maar deed voor een paar oplossingen een beroep op een bevriend interieurarchitect. Het pand is een gewone rijwoning met een oude winkeletalage, die Bea behield. Op de gevel zitten er nog zwarte tegeltjes. “Geen probleem. Die zijn best leuk, het hangt er van af hoe je ze bekijkt”, legt Bea ontspannen uit. Ze maakt er zich niet echt druk over of ze mooi zijn, maar ze geven de woning een heel klein beetje geschiedenis die niet wordt verdoezeld. Daar gaat het om. Bea houdt niet van stijve interieurs die veel weg hebben van een showroom van een interieurzaak. Zij verkiest spontaan ontstane woningen die niet in één keer tot stand zijn gekomen. Dus met een stoffering die niet uit één winkel komt, maar aangekleed met uiteenlopende objecten die her en der op de kop werden getikt.

Loftatelier

Ook al merk je het niet meteen, dit interieur staat vol trouvailles. Het gebouw is dat trouwens ook een beetje. Bea laat gewoon zien wat het was : een simpel rijhuis met wat voorgeschiedenis. Van het vroegere interieur rest alleen de trap, maar die blijft goed zichtbaar en zit bijvoorbeeld niet verstopt achter een strakke betimmering. “Ik denk dat de tijd van de gave, tot in de puntjes uitgetekende interieurs voorbij is. Misschien niet voor iedereen, maar in ieder geval wel voor mij. Interieurs die tot in het detail zijn bestudeerd, kunnen heel saai zijn. Hier heb ik voor een groot deel gewerkt met wat ik vond, zoals het plafond onder het stucwerk. Onder de trap kwam er een keukenhoek. Zo’n oplossing bedenk je ter plaatse, terwijl de werken bezig zijn.” Op die manier kwam ook de schouw tot stand, die zonder ontwerp direct werd gemetseld. “De schouw en het plafond zijn ook wat ruw. Dat is heel belangrijk. Het contrast tussen gaaf en oneffen, zacht en hard, zorgt voor een aparte sensibiliteit. Een klassiek designinterieur is veel te proper”, legt ze uit.

Eigenlijk is dit een ‘loftatelier’. In de jaren zestig en zeventig hadden wel meer beeldende kunstenaars zo’n soort werkruimtes, met een paar mooie, gemakkelijke zetels, een zelfgemetselde haard en hier en daar een leuke stapelhoek. Designers als Le Corbusier beschikten al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw over een dergelijke atelierwoning. Bea vindt trouwens de ruwe, bijna rotsachtige architectuur van de naoorlogse Corbu bijzonder fascinerend. Overdreven nette mensen die gruwen van een klein beetje kamperen, begrijpen dit soort geïmproviseerde architectuur en interieurs moeilijk. Velen denken nog steeds, en ten onrechte, dat koel en clean synoniem staan voor hedendaags. De echt contemporaine woning is losser van stijl. Ze is een reactie op de overgeorganiseerde en gestroomlijnde wereld. Hier heerst meer visuele vrijheid.

Dit neemt niet weg dat dit interieur toch vernuftig in elkaar steekt. Sommige oplossingen zijn ongewoon interessant. Je valt bijvoorbeeld met de deur in huis. Om precies te zijn, met de deur in de kook- en eetruimte. “Het kookeiland is laag. Zeer laag. Maar weet je ook waarom ?” vraagt Bea. “Omdat ik eigenlijk een soort eettafel wilde waar je zo over kijkt. Een vlak dat het doorzicht naar achteren niet belemmert. Je kijkt er over en je kunt er ook aan zitten. Wat wil je meer ? Het is ook opgevat als een tafel met een groot blad van ruwe leisteen.”

In dit huis voel je je meteen uitgenodigd.

Door Piet Swimberghe / Foto’s Jan Verlinde

Bea Mombaers : “De tijd van de gave, tot in de puntjes uitgetekende interieurs is voorbij.”

HET CONTRAST TUSSEN GAAF EN ONEFFEN, HARD EN ZACHT, ZORGT VOOR EEN APARTE SENSIBILITEIT.

De echt contemporaine woning is losser van stijl. Ze is een reactie op de overgeorganiseerde en gestroomlijnde wereld.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content