Geslachtsverkeer

Wim Denolf
Wim Denolf Wim Denolf is journalist bij Knack Weekend. Liefst schrijft hij elke week over een ander thema.

Sinds Koen Wauters de reclameblokken presenteert op de commerciële zender, zijn we al wat gewend. Maar voor het huiveringwekkendste tv-fragment van de jongste weken moest u bij de BBC zijn. Die zond onlangs de documentaire Transsexual in Iran uit, geen aanrader voor gevoelige zielen.

U moet weten, geslachtsoperaties zijn big business in de Islamitische Republiek. Op Thailand na wordt de ingreep nergens zo vaak uitgevoerd. Met de zegen van wijlen ayatollah Khomeini himself voert het Iraanse ministerie voor Volksgezondheid er zelfs actief campagne voor. Sterker nog, het betaalt de helft van alle kosten, toch al gauw 4000 euro. Nadien moet u de gedragsregels voor vrouwen gehoorzamen, maar gemakshalve wordt u wel van een nieuw geboortecertificaat voorzien. Een giller op familiefeesten.

Daar lag Aliaska dan, met een blauwe douchemuts op, een beademingsslang op de mond en gespreide benen. “Een flink geval”, stelde de sympathieke chirurg tevreden vast voor hij er de schaar in zette. De 24-jarige jongeman op de operatietafel was als tiener herhaaldelijk gepest, geslagen en verkracht. Ook door de moraliteitspolitie, die ‘verwijfde’ jongens van de straat moet houden. De schande voor de familie was zo groot dat Aliaska op een ochtend rattenvergif in zijn ontbijt vond. “Ik wil een normaal leven zoals iedereen”, had hij voor de operatie gezegd. “Als ik wil weten wie ik ben en wat mijn identiteit is, moet ik dit wel doen. Ik wil werken en andere rechten hebben die ik als man moet missen. De samenleving dwingt me tot een keuze, want sodomie en travestie zijn zondig.” En wat stellen de aan de ingreep verbonden risico’s en ongemakken nog voor na zovele vernederingen ? De context maakte het tafereel in de operatiekamer des te pijnlijker. Ik lig dan al in zwijm bij ziekenhuissoaps en politici met maagbloedingen, zijn vrijwillige verminking was pure, tot liespijn uitnodigende horror.

Toen ik Iran enkele jaren geleden bezocht, schatte ik de toestand lang niet zo somber in. De geslotenheid beangstigde me wel, en ik herinner me ook de lichte paniek die me overviel tijdens de lange en broeierige busrit naar Isfahan. Buiten luierden jongemannen in het gras, in de schaduw van de bomen. Je zult hier maar homo zijn, bedacht ik, in een land waar kranten, tv-programma’s, boeken, websites en films van hogerhand gefilterd worden. Waar regering, clerus en cultuur de samenleving in een wurggreep houden. Drijft de aard van het beestje altijd boven, zoals ik graag geloofde, of herkent het beestje zijn aard dan niet eens ? De in seksueel niemandsland rondzwervende mannen in de reportage sloegen mijn optimisme aan diggelen. Geen wonder dat er volgens president Ahmadinejad geen homo’s zijn in Iran. Als ze niet gestenigd of opgehangen worden, dan worden ze wel omgebouwd.

Aliaska is nu een ‘respectabele’ vrouw, op de straten van Teheran. Verstoten door haar familie tekent ze huwelijkscontracten van korte duur – “een uur of zo” – waarna ze haar diensten gedurende het overeengekomen tijdsbestek leent aan de man in kwestie. Perfect in overeenstemming met de Iraanse wet. “Ik kan geen liefde meer voelen”, bekende ze snikkend. “Als ik geweten had dat ouders de liefde voor hun kind kunnen vermoorden, zou ik nooit voor de operatie gekozen hebben.”

Wim Denolf

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content