FILM
DWINGEND
De immens begaafde Taiwanese regisseur Tsai Ming-liang won vorig jaar in Venetië de Gouden Leeuw voor Vive l’Amour. In deze afstandelijk gedramatizeerde film over kontaktgestoordheid en de onmogelijkheid om in de miljoenenstad tot echte intimiteit te komen, zijn er drie personages die in een onbewoond appartement in Taipei rakelings langs elkaar scheren. Soms is er vluchtig kontakt, maar elke duurzame band blijkt illusoir. Ah-kang, een jonge man die als verkoper werkt bij een begrafenisonderneming en onzeker is over zijn seksuele oriëntatie, vindt de sleutel van een onbewoond appartement en neemt er regelmatig stiekem zijn intrek. Mei-mei is een vrouwelijk vastgoedmakelaar die op haar beurt dezelfde flat gebruikt voor haar avontuurtjes met Ah-jung, die op straat illegaal vrouwenkleren verkoopt. Het duurt lang eer het paar in het snotje krijgt dat iemand hen bespioneert.
Allerlei verwikkelingen en toevalstreffers die stof konden bieden tot slaapkamerfarce, worden hier vermengd met elementen uit een tragische, intrieste meditatie over eenzaamheid, isolatie en gefrustreerde verlangens. De dwingende stijl is opmerkelijk beheerst, ingetogen en strak, maar er is ook plaats voor droge humor. De opgekropte spanningen kunnen op elk ogenblik losbarsten, maar blijven halsstarrig onderdrukt. Tenminste tot de riskant lang aangehouden huilbui aan het eind, die ook echt verlossend gaat werken. De 37-jarige Tsai Ming-liang ontpopt zich met zijn tweede speelfilm tot een oosterse Antonioni. Schitterend !
* * * * “Vive l’Amour” van Tsai Ming-liang met Yang Kuei-Mei, Chen Chao-Jung, Lee Kang-Sheng.
EXPLOSIEF
Drugsdeals. Machobravoure. Kleurenfilters. Telelenseffekten. Schreeuwende rock. Miami pastelkleurtjes. Vuilbekkende tirades. Auto-achtervolgingen. Explosies. Véél explosies. MTV-achtige montages van een regisseur die niet weet wat hij doet. Gaat er zo stilaan een lampje branden ? Het nieuwe (als je dat al zeggen kan) aan de jongste syntetische aktie-en-geweldkanjer van het cynische producentenduo Simpson-Bruckheimer is dat de jonge helden nu twee zwarten zijn, een schuchtere jongen die ook een trouwe echtgenoot is (Martin Lawrence) en zijn partner, een roekeloze vrijgezel (Will Smith) die met zijn Porsche door de straten van de misdaad scheurt. U hebt het geraden : dit is een overbodige all-black-babyface-versie van de botsende dynamiek tussen Mel Gibson en Danny Glover in de Lethal Weapon-cyclus.
– “Bad Boys” van Michael Bay, met Martin Lawrence, Will Smith, Téa Leoni en Tcheky Karyo.
GEKUIST
Wat Barbarella voor de psychedelische jaren zestig was, zou Tank Girl voor de grunge jaren negentig moeten zijn. Dit is echter een door de studio (United Artists) flink gekuiste versie van de originele moderne comic strip van Alan Martin en Jamie Hewlett over avonturen van een provocerende wilde meid in een futuristische woestijn waar een boosaardige dwingeland over de schaarse watervoorraad heerst. De heldin is hier niet langer een lesbisch ikoon, en ook haar bestiaal onderonsje met een kangoeroe-achtig kreatuur overleefde de Hollywoodbewerking niet. Lori Petty probeert er heel stoer uit te zien, maar lijkt meer op een pretmakend meisje dat tegen haar brave ouders in opstand komt door postapocalyptische tweedehandsspullen aan te trekken. Je proeft zo de pose en het effektbejag. Regisseuse Rachel Talalay begaat ook de vergissing om haar gefilmd verhaal geregeld te doorbreken met comic strip-animaties, waardoor haar feministische aktiespotprent vis noch vlees is.
– “Tank Girl” van Rachel Talalay, met Lori Petty, Ice-T, Naomi Watts en Malcolm McDowell.
PATRICK DUYNSLAEGHER
Vive l’Amour : Oosterse Antonioni.
Lawrence en Smith in “Bad Boys” : syntetische aktie.
TOP 10
1.
Vive l’Amour : zie bespreking. (Brussel, Ecran Total)
2.
Filmvondsten : op buitenlandse festivals opgemerkte films uit alle windstreken, nog tot 14 juli in Brussels Filmmuseum.
3.
Ed Wood : ontroerend grappig meesterwerk van Tim Burton over de slechtste regisseur aller tijden.
4.
Metropolis (1927) : grensverleggend visionair meesterwerk van Fritz Lang. (Brussel, Ecran Total)
5.
The Shop Around the Corner (1940) : onovertroffen romantisch blijspel van de prins van de komedie Ernst Lubitsch. (Brussel, Ecran Total)
6.
Cheynne Autumn (1964) : de laatste western van John Ford is een droefgeestig epos over de onheuse behandeling van native Americans. (Brussel, Ecran Total)
7.
Exotica (1994) : intrigerende bespiegeling van Atom Egoyan over rollenspel, voyeurisme en rouwproces. (Antwerpen, Cartoon’s)
8.
Suddenly Last Summer (1959) : sterke verfilming door Joseph L. Mankiewicz van oververhit Tennessee Williams-stuk over psychoseksuele katers. (Gent, Studio Skoop)
9.
Trois Couleurs Blanc (1993) : het middenluik is ook het meest sarkastische deel uit Kieslowski’s tricolore trilogie. (Antwerpen, Cartoon’s)
10.
Calendar (1933) : Atom Egoyan keert terug naar zijn Armeense roots in deze sterk persoonlijke, bedrieglijk dokumentaire bespiegeling. Onuitgegeven in de bioskoop. (Brussel, Ecran Total ; Gent, Studio Skoop)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier