Eindelijk !
Sinds jaar en dag horen we constructeurs vertellen dat ze een dieselmotor aanbieden die niet van een benzinemotor te onderscheiden is. Nooit klopte die bewering echt. Tot vorige week. De V6 die door Ford en PSA (Peugeot/Citroën) gezamenlijk werd ontwikkeld en als primeur in de Jaguar S-type zit gemonteerd, voldoet eindelijk aan die norm. De krachtbron, die uit CGI, compacted graphite iron, werd opgebouwd, is structureel steviger en tegelijkertijd lichter dan een gietijzeren motor. Hij wordt aangeblazen door twee kleine turbo’s (één per cilinderrij) met variabele, elektronisch geregelde geometrie en bezit een rist geavanceerde snufjes, waaronder de nieuwste common rail van Siemens. Het resultaat is een pak techniek van 202 kg dat in de S-type gecombineerd wordt met de zestrapsautomaat van de Duitse fabrikant ZF, die we ook in de producten van de Duitse topmerken vinden. Dat geheel zorgt bij de krachtenopbouw voor een stille, gehoorzame, snelle en boterzachte reactie, die maar een zuchtje trager is dan de sprinters van BMW en Audi, die drielitermotoren gebruiken. Dat is des te opmerkelijker omdat de flink uitgeruste S-type toch bijna 1,8 ton weegt, maar in de praktijk voelt dat nooit zo aan.
Los van het potentieel van de motor, is de S-type ook qua wegligging een uitzonderlijke auto. Ondanks zijn bijna vijf meter, gedraagt hij zich op een bochtig parcours als een echte achterwielaandrijver met een verrassende soepelheid. Wie vindt dat hij een beetje te veel overhelt in de bochten (wij niet), kan voor de sportophanging kiezen, maar verliest dan een deel van het comfortabel rijden.
Binnenin oogt de S-type vertrouwd, al zullen sommigen het dashboard een beetje ouderwets vinden. Verscheidene passagiers die ik laat meerijden, vinden de Jaguar iets voor later, “als we kleinkinderen hebben”. Dat kan misschien een eerste indruk zijn, een rijtest bewijst dat de technici wel degelijk een uitzonderlijke en moderne auto hebben gemaakt met bovendien een hedendaags verbruik. Zelf kwamen we op een gevarieerd parcours tegen een flinke draf, inclusief snelweg, uit op 8,2 liter/100 km.
Toch is de S-type niet de perfecte auto. De ruimte achterin is voor een auto met een lengte van 4,90 meter absoluut niet royaal. Dat is jammer, want de inzittenden wordt verder behoorlijk comfort geboden. De rijdersstoel kan zelfs op zes manieren worden versteld. Ook op het niveau van de veiligheid is de S-type bijzonder goed uitgerust met het hele gamma airbags, ABS en noodremhulp, antispin- en stabiliteitscontrole. Met een prijs van 43.620 euro zit hij op het niveau van de Mercedes E, maar valt iets goedkoper uit dan de Audi A6-3.O of de BMW 530d.
Pierre Darge
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier