DIT IS JAPANS

De wereld wordt kleiner en dus stelt de Japanse mode het beter dan ooit. Beknopte dissectie van een fenomeen dat zijn invloed laat gelden van de striktste avant-garde tot de straat.

Hanae Mori, Issey Miyake en Kenzo

De Japanse mode kreeg voor het eerst een gezicht door het werk van Hanae Mori, intussen 82. Mori was de eerste Japanner van wie het atelier officieel werd erkend door de Fédérationfrançaise de la couture. Ze begon haar eigen zaak in Tokio in 1951 en ontwierp aanvankelijk in hoofdzaak filmkostuums. In 1965 showde ze in New York, twaalf jaar later vestigde ze haar couturehuis in Parijs. Als beroemdste modeontwerpster van de archipel kleedde Mori tot driemaal toe de stewardessen van Japan Air Lines.

Mori kreeg in de jaren zeventig concurrentie van Issey Miyake (die in april zijn zeventigste verjaardag viert) en Kenzo Takada (een jaar jonger). Miyake, die zijn eigen bedrijf begon in 1970, wordt gevierd om zijn plooiwerk en zijn technisch vernuft. Kenzo trok al in 1964 naar Parijs. Hij veroverde vanaf de jaren zeventig als eerste Japanse ontwerper de wereld vanuit het Westen. Miyake heeft de creatieve leiding van zijn lijnen enkele jaren geleden uit handen gegeven, en Kenzo is al in 1999 opgestapt bij zijn eigen merk, dat zes jaar eerder een onderdeel was geworden van de Franse luxegroep LVMH.

Yohji Yamamoto & Comme des Garçons

Vorig jaar opende Yohji Yamamoto, bijna 65, zijn tot nog toe grootste zaak, in de Modenatie in Antwerpen. Yamamoto is behalve voor zijn handvol eigen lijnen ook verantwoordelijk voor Y-3, de sportswearcollectie die hij ontwikkelt voor Adidas. Zijn dochter, Limi Feu, staat gereed om de fakkel over te nemen. Met haar eigen merk (dat sinds vorig seizoen Parijs als uitvalsbasis heeft), maar ook als trouwe handlanger van haar vader.

Rei Kawakubo, binnenkort al 66, maar in haar hoofd wellicht niet veel ouder dan 25, begon haar modecarrière in 1967. Ze stichtte Comme des Garçons in 1973, en trok in 1981, terzelfder tijd als Yamamoto, naar Parijs. Comme is een heus imperium geworden, een vaak zeer inspirerende avant-gardistische tegenhanger van de Franse luxeconglomeraten. Het bedrijf overziet merken als Junya Watanabe en Tao, ontwikkelt projecten met andere merken (van Speedo over Fred Perry tot Levi’s), en opereert behalve een netwerk van eigen winkels ook miniatuurwarenhuizen als Dover Street Market (in Londen en Tokio) en Corso Como Comme des Garçons (in Tokio en Seoel).

Streetwear

De mode uit het land van de rijzende zon is overal, zeker nu Japanse kledingketens als Uniqlo en Muji zich vestigen in wereldsteden buiten Japan. Serieuze liefhebbers van streetwear zijn evenzeer geobsedeerd door alles wat Japans is, zoals A Bathing Ape, of kortweg BAPE.

BAPE is het razend populaire geesteskind van Nigo, entrepreneur, ontwerper, drummer, producer, deejay en verzamelaar van Star Wars-figuurtjes en auto’s. De naam komt van een Japanse uitdrukking (‘baden in lauw water’) en was destijds bedoeld als een commentaar op de Japanse kids, die Nigo oppervlakkig vond, comformistisch en niet bijzonder streetwise.

De camouflageprints, logo’s, slogans ( Ape Shall not Kill Ape) en cartoonpersonages (onder meer gorilla’s) van BAPE worden verspreid via T-shirts in beperkte oplage, sneakers, accessoires, actiefiguurtjes, meubelen, cd’s en rolletjes tape, in een netwerk van eigen winkels.

Onitsuka Tiger is het Japanse equivalent van Adidas en Nike. Bekend geworden met de gele gympen van Uma Thurman in Kill Bill, een schoolvoorbeeld van efficiënt product placement.

Japan en de Belgen

Yamamoto en Kawakubo kunnen zonder veel overdrijven de peter en meter van de Belgische mode worden genoemd. Ze hebben zowel stilistisch en conceptueel (zwart, deconstructie) als zakelijk (zie bijvoorbeeld de groep rond Ann Demeulemeester) bijzonder veel invloed uitgeoefend op Antwerpen.

Maar Antwerpen heeft ook een zekere invloed gehad op de Japanse mode. Ex-rocker Jun Takahashi, de ontwerper achter Undercover, heeft zeker geleerd van de Belgen.

De eerste Parijse collectie van Undercover was enigszins controversieel : de gescheurde, opgelapte, ogenschijnlijk onafgewerkte kleren leken wel heel erg geïnspireerd door het werk van de Belgische ontwerper Jurgi Persoons. Intussen heeft Takahashi voldoende zijn talent bewezen. Rei Kawakubo van Comme des Garçons noemde hem “de enige ontwerper met moed.”

Ook het aantal Japanse modestudenten dat de voorbije jaren is afgestudeerd in Antwerpen is niet gering. Een aantal werkt met succes aan eigen collecties. Voorbeelden zijn Whereabouts, het label van Hidetaka Fukuzono, Kosmetique Label, het in Parijs gevestigde merk van Kania Miky ; en recent nog Mikio Sakabe.

Wonderwall

Een opvallend groot aantal handelszaken in Tokio (en de rest van Japan) komt van de tekentafels van één agentschap, Wonderwall, de in het jaar 2000 gestichte praktijk van architect Masamichi Katayama. Wonderwall raakte bekend met zijn winkels voor het door streatwear-fanatici aanbeden cultmerk A Bathing Ape, de zogeheten Busy Work Shops, door Katayama geconcipieerd als een soort miniatuurpretparken. Intussen werkt Wonderwall voor een waslijst Japanse labels (behalve BAPE ook And A, Dress Camp en Hysteric Glamour), maar ook voor de Japanse vestigingen van het Franse A.P.C., de Amerikaanse deliketen Dean & Deluca, of de Parijse patissier Pierre Hermé. Wonderwall ontwerpt ook meubilair, dat voorlopig alleen in Japan verkrijgbaar is. En het bureau is ook internationaal actief, met onder meer de veelbesproken flagship stores van de Japanse keten Uniqlo, in Londen en New York.

Info : www.wonder-wall.com

Coming Soon : Coming Soon

Volgende herfst lanceert Yohji Yamamoto een nieuw merk voor eigen rekening, Coming Soon. Opvallend : de naam van Yamamoto wordt nergens vermeld. De kleren krijgen overigens wel een onmiddellijk herkenbaar logo : een cirkeltje, vergelijkbaar met de vier witte steken van Maison Martin Margiela.

De lijn bestaat hoofdzakelijk uit basics, die wel duidelijk de signatuur van de ontwerper dragen, maar dan aangepast aan de smaak (en de portefeuille) van de misschien iets minder avontuurlijke modeliefhebber. Zo zijn de jeansbroeken iets smaller gesneden dan we van Yamamoto gewoon zijn. Goed nieuws : Coming Soon is relatief goedkoop, met prijzen die gemiddeld veertig procent lager liggen dan bij Yamamoto’s nevenlijn Y’s. Er zijn T-shirts vanaf 80 euro, jasjes vanaf 250 euro, jeansbroeken vanaf 180 euro.

Coming Soon wordt niet verkocht in de shops van Yamamoto, maar wel in multimerkenwinkels en warenhuizen.

Info www.coming-soon.com

Ato, Cosmic Wonder en Number (N)ine

Ato Matsumoto begon zijn mannenlijn in 1993 en ontwerpt sinds enkele jaren ook voor vrouwen. Ato is niet onmiddellijk de bekendste of meest trendy Japanse ontwerper, maar wel onze persoonlijke favoriet (zijn jassen zitten als gegoten en zijn buiten de archipel eerder zeldzaam).

Cosmic Wonder is een vaag postmoderne, hippieachtige, creatieve commune uit Osaka, geleid door de 34-jarige Yukinori Maeda. Cosmic Wonder is gespecialiseerd in avant-gardistische lompen, slaapzakken en tenten, maar heeft wel een eigen jeanslijn, Cosmic Wonder Jeans. Hun Parijse shows (ooit beschreven als ’tableaus van landelijke rust, van harmonie, schoonheid en extase’) zijn een trefpunt voor excentrieke modestudenten en journalisten van experimentele tijdschriften met oplage van vijf en een half exemplaren.

Number (N)ine, het merk van ontwerper Takahiro Miyashita, verwierf een zekere cultstatus met zijn grungy, piepjonge stijl. Miyashita heeft geen duidelijk eigen gezicht, maar mengt duizend en één invloeden.

Het kleurrijke nichtje

De Japanse ontwerpster Tsumori Chisato leerde het vak bij Issey Miyake. Na haar opleiding aan de gereputeerde modeschool Bunka in Tokio ging ze in 1977 aan de slag als hoofdontwerper van de lijn Issey Sports, in 1983 omgedoopt tot I.S. Chisato Tsumori Design. Ze begon haar eigen merk in 1990, geruggensteund door A-Net, een zusterbedrijf van Miyake dat ook merken als Zucca en Final Home in zijn porte- feuille heeft. Met eigen winkels in Tokio (drie) en Kobe, en shows tijdens de plaatselijke modeweek. In 1999 opende Chisato haar eerste boetiek in het buitenland, in de Marais in Parijs. De zaak werd ingericht door de Franse designer Christian Biecher, en is ongetwijfeld een van de bevalligste winkels in de Lichtstad.

In 2002 kreeg ze de prestigieuze Mainichi Fashion Grand Prix, en in 2003 lanceerde ze een mannenlijn, voorlopig uitsluitend in Japan verkrijgbaar. Datzelfde jaar, in oktober, verhuisde Chisato met haar shows naar de Parijse modeweek : de start voor de internationale expansie van haar merk, dat nu ruim wordt verspreid in Azië, Europa en de Verenigde Staten.

De stijl van Tsumori Chisato is lieflijk en kleurig, met vrolijke bedruksels, borduurwerk en blinkertjes. Laten we haar het lichtzinnige nichtje noemen van de strenge avant-gardisten die we, grotendeels ten onrechte, nog steeds met Japanse mode associëren.

Waarom wilde u ontwerpster worden ?

Tsumori Chisato : Toen ik jong was, wou ik zangeres worden. Maar ik hield ook ontzettend veel van tekenen, hoopte dat ik eventueel illustratrice zou kunnen worden of stripverhalen zou kunnen tekenen. Mijn fascinatie voor illustratie en kleur is uiteindelijk geëvolueerd tot een interesse voor prints, patronen en kleren. Mijn moeder heeft me opgevoed met het idee dat vrouwen maar beter kunnen werken, net als mannen. Ze heeft me aangemoedigd om een baan te vinden die in het verlengde zou liggen van mijn passies. En zo komt het dat ik me heb ingeschreven aan Bunka, de modeschool in Tokio.

Wat hebt u geleerd van Issey Miyake ?

Ik leerde het belang van originaliteit en van dynamische ontwerpen. Ik leerde daarnaast ook het belang van teamwerk. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat de relaties binnen een team bijzonder belangrijk zijn.

Waarom wou u op eigen vleugels vliegen ?

Ik ben voor mezelf begonnen om ontwerpen te maken waarmee ik écht mezelf zou kunnen uitdrukken : mijn persoonlijkheid. Dat was absoluut niet gemakkelijk, maar ik denk dat ik erin geslaagd ben, met de hulp en de steun van al de mensen die me omringen. Ik vind het geweldig om mensen tegen te komen die mijn kleren dragen. Het is alsof ze mij appreciëren, via mijn ontwerpen.

Hoe zou u uw stijl definiëren ?

Happy en uniek, een combinatie van sexy en fantasierijk, voor sterke vrouwen. Wat inspireert u ?

Reizen, vooral. Taferelen en scènes waarvan ik getuige ben, dingen die ik voel als ik ergens kom. Al ben ik net zo geïnspireerd door gebeurtenissen in mijn dagelijks leven.

Beschouwt u zichzelf als een typisch Japanse ontwerpster ?

Ik denk niet na over mijn nationaliteit als ik ontwerp. Ik ben ervan overtuigd dat mijn gevoelens, mijn indrukken, mijn persoonlijk evenwicht belangrijker zijn.

Hoe is de Japanse mode geëvolueerd, in vergelijking met de jaren tachtig ?

Sinds enkele jaren is de modescène in Japan meer gericht op marketingonderzoek, op concepten. Ik veronderstel dat de mensen daar tegenwoordig meer behoefte aan hebben dan in de jaren tachtig.

Hoe zou u de huidige Japanse mode uitleggen aan iemand die er echt niets van weet ?

Dát is een moeilijke vraag. Laat ons zeggen dat de Japanse mode een mogelijkheid geeft om jezelf uit te drukken.

De Japanners hebben de reputatie avontuurlijker om te gaan met mode. Klopt dat ?

Het lijkt me dat Europeanen beter kunnen kiezen wat bij hen past. Ik geloof dat ze een sterk gevoel hebben voor een persoonlijke stijl. De Japanners zijn meer georiënteerd op trends. Je zou eventueel kunnen zeggen dat ze avontuurlijker zijn.

Wie draagt uw kleren in Japan ? En in de rest van de wereld ? Zijn het dezelfde soort vrouwen ?

Het mag curieus klinken, maar mijn klanten zijn meestal vrouwen die denken en voelen zoals ik. Nationaliteit speelt daarbij geen rol. Het gaat meer over verwante geesten.

Info : www.a-net.com

Tsumori Chisato is te koop bij Houben,

Maria Theresialei 19 & Steenhouwersvest 46, 2000 Antwerpen, 03 227 42 10

Door Jesse Brouns

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content