COLUMN
Wie had kunnen denken dat aan de vooravond van het jaar 2000 Bobbejaan Schoepen weer in zou zijn? Dat de meest populaire reclamespot een gevoelerig ding is waarin voetballer Romario zijn voetbaltenue afstaat aan een allerschattigste peuter in ruil voor een pak chips? Dat drie ernstige banken hun fusie aankondigen met een werkelijk ontroerende clip waardoor je zowaar nog van je Belgische medemens zou gaan houden? Is het toeval dat uitgerekend nu een remake van Assepoester wordt gelanceerd? Eerst was er de dood van Lady Di, de sprookjesprinses zelve. Daarna de Hollywood-romantiek van Titanic. En nu mag het water letterlijk stromen. Het pad is vrij voor een comeback van Tammy Wynette, Bambi en The Carpenters; cool is uit, ironie is niet langer de gangbare toon, echte gevoelens zijn in. De nieuwe romantiek slaat toe.
In Gent organiseerde het Instituut voor Historische Danspraktijk voor de tweede keer met overweldigend succes een 19de-eeuws bal met balboekjes, waaiers en ouderwetse dansen. Crinoline verplicht. In Amerika is de meest populaire artiest Norman Rockwell, pure sentimentalistische Americana. Een van de meest bezochte expo’s van vorig jaar was die van de Victorian Fairy Paintings, nog een genre gered uit het vagevuur van de kitsch.
De nieuwe deco-richting is er een van candlelight minimalism. Minimalisme bij kaarslicht. De spaarzame lijnen zijn er nog, maar het is allemaal omfloerst en verzacht. De scherpe kantjes zijn weg, de neonlamp is uit. Ik vermoed dat de verkoop van kaarsen en theelichtjes nog nooit zo groot is geweest. Net als de populariteit van huisparfums, poefs en Perzische kussens.
De goed-fout-rage was al een aanduiding van richtingverandering. We hadden zin in sentiment, maar wilden er niet de verantwoordelijkheid voor nemen. Oké, we zitten op een oude sofa met poezenpantoffels aan en we luisteren naar makkelijke-meezingmuziek. Maar het is niet serieus bedoeld. Het is ironisch. Intellectualistisch geflirt met de slechte smaak.
Het is een cliché te zeggen dat smaken veranderen, maar op korte tijd is het snel gegaan. Van de ironie van Pulp Fiction naar de gevoeligheid van Jane Austen tot de overweldigende romantiek van Titanic. Dat vermoeide jaren-tachtig-woord authenticiteit wordt steeds vaker gebruikt. Gevoelens moeten eerlijk zijn, mensen integer en producten echt.
De ik-ben-zo-cool-dat-het-vriest-fotograaf David Sims opent het lifestyleblad i-D met een foto van een porseleinen herderinnetje onder een beige lamp met franjes. Hij heeft genoeg van de ongeïnspireerde interieurs van zijn creatieve vrienden, zegt hij, van al die strakke lijnen en discrete kleuren. Hij vraagt zich af waarom niemand anders durft te zijn.
Er is vraag naar onverdunde gevoelens. Sims houdt van dat herderinnetje. Dead Man Ray is eerlijk in de bewondering voor Bobbejaan Schoepen. Amerikanen dromen oprecht weg bij het zien van een Norman Rockwell-prent. En poezenpantoffels zitten echt makkelijk.
In het spel van actie en reactie is de terugkeer van de romantiek een logisch vervolg op modernisme en minimalisme. Wie tegen de gangbare sfeer in heel cynisch is, kan het ook zien als de zoveelste trend. Maar het is meer dan dat. Het signaleert een verlangen naar zekerheid en veiligheid. Intellectualisme heeft de melodie uit de muziek gehaald, de figuur uit de schilderkunst, het plot uit het boek, de gezelligheid uit de interieurs en de zekerheid uit het denken. Misschien willen we in het nieuwe millennium niet te veel meer denken. Gewoon voelen, doen en mooi vinden.
Lene Kemps
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier