Iets anders dan Parijs of Londen: de kerstsfeer opsnuiven tijdens een weekendje Marne
Wie hoort dat er een tripje richting Marne op de agenda staat, denkt meteen aan champagne. Toch heeft die regio zoveel meer in z’n mars, zeker in de kerstperiode. Dit kan je er zien, doen en eten tijdens een weekendje weg.
Kerstmagie à volonté
Londen of Keulen zijn heus niet de enige plekken waar je je volop kan onderdompelen in de kerstsfeer. Elke winter pakt Epernay uit met Habits de Lumière, een winterfestival met video-mapping, lichtinstallaties, liveshows en vuurwerk op het programma. Dit jaar is het overigens de 22ste editie.
Voor de derde grootste kerstmarkt van Frankrijk moet je dan weer in Reims zijn. Zo’n 150 chalets met regionale specialiteiten, ambachten en andere lekkernijen in de aanbieding zorgen voor een feestelijke sfeer. Reims ligt trouwens op slechts 1,5 uur rijden of 45 minuten sporen van Parijs, dus grootstedelijke glorie valt perfect te combineren met kleinschaligere gezelligheid.
Nog tot 8 januari slaat de Foire de Noël et des Rois, dé kermis van het seizoen, zijn tenten op in de schaduw van het Auguste Delaune stadion, met attracties voor bezoekers van alle leeftijden, voorkeuren en groottes. Geniet van het uitzicht op feestelijk verlichte Place d’Erlon vanuit het reuzenrad. Wie liever z’n voeten op de grond houdt, kan de stad verkennen vanuit de lichtgevende wagons in het kersttreintje.
Vergeet tijdens de feestdagen ook geen bezoekje aan Regalia, een klank- en lichtshow in de kathedraal van Reims. De show belooft om ‘de emotie op de dag van de kroning van de koning te doen herbeleven’. Wat ze daar precies mee bedoelen, is onduidelijk, maar het klinkt veelbelovend.
Cultuur opsnuiven
Momenteel is het Museum voor Schone Kunsten van Reims gesloten voor een renovatie. Dat betekent echter niet dat je op je cultuurhonger moet blijven zitten. Van geschiedenis tot beeldende kunst en archeologie: er is voor elk wat wils. Niet verwonderlijk dat Reims meedingt naar de titel van culturele hoofdstad van Europa in 2028. Onze favorieten?
- De Foujita-kapel, een bijzondere plek en een eerbetoon aan het werk van de Frans-Japanse schilder Léonard Foujita (1886-1968). Zijn werk bracht het Westen en het Oosten dichter bij elkaar. Bijzonder voor de tijd, toen die twee culturen amper met elkaar in aanraking kwamen.
- Je onderdompelen in de rijke geschiedenis van de stad kan in Museum Hôtel Le Vergeur. Daar kan je je vergapen aan de indrukwekkende, goed bewaarde interieurs van de hogere middenklasse van Reims. Je bewondert er drie eeuwen levenskunst, al zijn er ook regelmatig tijdelijke tentoonstellingen.
- En last but not least mag ook een bezoekje aan het Musée du vin de champagne et d’archéologie régionale niet ontbreken. Je leert er alles over de champagneproductie en bijzondere flessen uit de regio. Wie z’n kennis over verschillende druivensoorten wil bijspijkeren, kan dan weer terecht in Musée champagne Famille Carbot.
Gastronomisch genieten
Van Bollinger tot Mumm, van Vranken of Canard-Duchêne: genoeg champagnehuizen in de streek waar je kan binnenspringen voor een proeverij. Geen tijd om zelf alles uit te zoeken? Dan kan je ook kiezen voor het arrangement ‘Reims, Champange, gastronomie en Unesco’ van Tourisme en Champagne. Dat combineert een bezoek aan het Charles Mignon-champagnehuis met een wandeling door de wijnbibliotheek in openlucht, een bezoek aan het familielandgoed Voirin-Jumel en een proeverijbezoek bij Joseph Perrier. Ook de Route Touristique du Champagne loont de moeite. Je passeert langs wijngaarden, schilderachtige panorama’s en taferelen die recht uit een film lijken te komen.
Naast het uitgebreide aanbod aan champagnes, verdient ook de lokale gastronomie de nodige aandacht. Met drie Michelin-sterren biedt L’Assiette Champenoise volgens de eerbiedwaardige gids, “een keuken van hoge kwaliteit, klassiek en genereus, bovenal zeer gastronomisch”. De gids prijst ook Bretonse invloeden van de chef, Arnaud Lallement, die de leiding heeft overgenomen in de keuken van het door zijn ouders opgerichte etablissement. Dit restaurant is sinds kort opgenomen in de top 5 van ’s werelds beste restaurants, waar het prestigieuze etablissement op de tweede plaats prijkt. De chef benadrukte dat deze onderscheiding een eerbetoon is aan “het werk van een heel team, een heel huis en vele jaren hard labeur”.
Le Fooding beveelt L’Epicerie au Bon Manger aan, waarvan de Klein-blauwe gevel een kelder-kruidenier herbergt. Hier kan je genieten van varkensschenkel van Ospital, gekonfijte eend en gerookte zalm van Barthouil of, gewaagder, worst met Thaise basilicum en citroengras als aanvulling op zorgvuldig geselecteerde flessen.
Om goed te eten moet je trouwens niet alleen in Reims zijn. In heel Marne kan je gastronomisch genieten. Andere adresjes die een stop waard zijn: Les temps changent in Châlons en Champagne, bij La table Kobus in Epernay, Terre de Craie in Vertus of Pùetit Boursault in het gelijknamige dorp.
De benen strekken
Na al dat eten en drinken kan een stevige wandeling deugd doen. Ook op dat gebied stelt Marne niet teleur. Je hebt hier twee regio’s: de Basse Promenades en de Promenades Jean-Louis Schneiter, die beide door een groen gebied van om en bij de 9 hectare lopen. Onderweg kom je langs talrijke standbeelden, fonteinen en andere architecturale elementen die de route opleuken en de boel interessant jouden.
Ook in de rand rond Reims valt best wel wat groen te verkennen via verschillende wandelcircuits. De stad grenst aan het regionale natuurpark Montagne de Reims en het bos Massif de Saint-Thierry. In het bloeiseizoen zijn er ook tal van bloemenwandelingen langs de Marne, een erg fotogenieke manier om de regio eens door een ander bril te bekijken en verder te kijken dan het volgende champagneglas. Fietsen kan dan weer door de Marnevallei. Er loopt een mooie route langs het Marne-kanaal tussen Condé sur Marne en Cumières, die het hele jaar door het bezoeken waard is.
Mis tijdens uw bezoek niet de kans om de beroemde roze koekjes van Reims te proeven, een plaatselijke specialiteit die bijna net zo beroemd (en net zo lekker) is als champagne, waarvan de oorsprong teruggaat tot de 17e eeuw en die zijn naam dankt aan het dubbele bakproces (bis-cuit) dat het een onnavolgbare knapperigheid geeft. Een ideale snack voor op de terugweg.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier