Bezienswaardigheden

In Boedapest

Burchtheuvel (Várhegy): Heuvel waarop de belangrijkste bezienswaardigheden van Boeda liggen namelijk het Koninklijk paleis, het Vissersbastion bestaande uit zeven ronde torens en de Matthiaskerk. Je hebt vanaf de burchtheuvel trouwens een prachtig uitzicht over het andere deel van Boedapest: Pest.

Citadel van Boeda: Vesting gebouwd in 1854 door Hongaarse dwangarbeiders op de Gellértberg, de andere heuvel in Boeda.

Parlementsgebouw: Dit rijkelijk versierde regeringsgebouw op de linkeroever van de Donau behoort tot de mooiste monumenten ter wereld en is hét symbool van Boedapest.

Andrássyboulevard en het Heldenplein: Pronkboulevard aangelegd aan het eind van de 19e eeuw. De boulevard komt uit op het Heldenplein, een imposant plein met in het midden een 36 meter hoge zuil met een beeld van aartsengel Gabriël.

Vajdahunyad: Kasteel in het Városliget (Stadspark) dat gebouwd werd ter ere van de Wereldtentoonstelling in 1896. Ieder deel van het spookjeskasteel vertegenwoordigt een ander deel van de architectuurgeschiedenis van Hongarije. Tegenwoordig is het Landbouwmuseum erin gevestigd.

Kettingbrug: Eerste permanente brug over de Donau en zeer bekend deel van Boedapest. ’s Nachts wordt de brug prachtig verlicht.

Sint-Stefanusbasiliek: Grootste kerk van Boedapest aan het begin van de Andrássyboulevard.

Elders in het land

Balatonmeer: Met 592 km² het grootste meer van Midden Europa. Het meer is het diepst aan de noordkant en hier vind je dan ook de watersportcentra. Aan de zuidkant is het water ondiep en daarom een geliefde plaats voor gezinnen met kinderen. De grootste badplaats aan het meer is Siófok, ook de geboorteplaats van de operettecomponist Emmerich Kálmán.

Eger: Stad met 175 beschermde gebouwen en monumenten en bekend om zijn goede rode wijnen waaronder de Egri Bikaver (stierenbloedwijn).

Nationaal Park van Bükk: Ruig kalkgebergte in de buurt van Eger dat vooral bekend staat om zijn grotten, de diepste van Europa.

Hollóko: Oud museumachtig dorpjes met witgeschilderde huisjes en bewoners in traditionele klederdracht.

Sopron: Stadje in het westen van Hongarije aan de grens met Oostenrijk. Deze barokke stad is na Boedapest de interessantste stad met de meeste bezienswaardigheden.

Nationaal Park Hortobágy: Poesta van 70.000 hectare in het noorden van het land. Zeker vogelliefhebbers komen hier aan hun trekken. Er zijn 330 soorten vogels gezien en de duizenden kraanvogels die hier in oktober neerstrijken vormen een spectaculair schouwspel. Ook grazen hier Hongaarse runderen, schapen, koeien en buffels en liggen er schilderachtige boerderijtjes.

Pécs: Deze universiteitsstad in het zuiden van Hongarije bestond al in de Romeinse tijd en bezit een prachtig oud centrum met nostalgische winkeltjes, historische gebouwen en overal terrasjes.