Jorik Leemans

‘Wat ben je met haar op je tanden als je krampachtig naar haar op je hoofd verlangt?’

Jorik Leemans Journalist

‘Bij elke ludieke commentaar of onschuldige grap over mijn wegebbende kapsel groeit mijn angst om kaal te worden’, schrijft Knack Weekend-redacteur Jorik Leemans.

Mijn vader verloor zijn eerste haren rond zijn dertigste levensjaar. De volle, bruine krullenbos die zijn kruin tijdens de jaren tachtig typeerde, maakte stapsgewijs plaats voor een gedeeltelijk haarloos hoofd. Kaalheid is genetisch, zo leerde een spoedbezoek aan dokter Google me toen ik voor het eerst opmerkte dat ook mijn haarlijn aan het verhuizen was. Het is voor dergelijke momenten dat men de woorden ‘consternatie’ en ‘blinde paniek’ in het leven riep.

Ook al is het de natuurlijke gang van zaken, haarverlies blijft voor veel mannen een horrorscenario. Een Brits onderzoek uit 2015 wees uit dat meer dan tien procent van de kalende mannen er soms zijn slaap voor laat. Meer dan de helft zou bovendien zonder nadenken een promotie of een droomwagen opgeven voor een volle haardos. Een recentere Amerikaanse studie stelde dan weer dat de gemiddelde haarverliezende man er tot dertigduizend dollar voor over zou hebben om zijn hoofdhaar terug te krijgen. ‘The worst thing a man can do is go bald’, liet opper-Amerikaan Donald Trump ooit optekenen. Hij is duidelijk niet de enige die er zo over denkt.

Wat ben je met haar op je tanden als je krampachtig naar haar op je hoofd verlangt?

Ook al zijn het overzeese onderzoeken, ze bewijzen dat kaalheid een gevoelige kwestie is. Zeker als het al op jonge leeftijd begint. Tussen de 25 en 35 procent van de mannen tussen de twintig en veertig jaar heeft last van haarverlies, kadert Bijan Feriduni van de Hasseltse Feriduni Hair Clinic (pagina 22). Samen met hun haar verliezen ze vaak hun zelfverzekerdheid. Steeds meer kalende mannen kiezen dan ook voor haarimplantaten. Voor 3500 à 5500 euro heb je in België opnieuw een ‘natuurlijke’ bos haar. Een hersteld ego krijg je er als patiënt gratis bij.

Hoewel dat in eerste instantie weinig geld lijkt in vergelijking met wat de Amerikanen ervoor overhebben, is het slechts een oppervlakkige oplossing voor een blijvend probleem. In het hele body positivity-discours dat ons de afgelopen jaren met verzachtende ogen naar onze eigen lichamen deed kijken, blijken we haarverlies compleet over het hoofd gezien te hebben. In plaats van hun kale(nde) bovenkant te omarmen, kiezen veel mannen voor implantaten, toupetten en hoofddeksels. Dan nog liever een sombrero, denken ze somber. Ik geef ze geen ongelijk.

Kaalheid is genetisch, zo leerde een spoedbezoek aan dokter Google me toen ik voor het eerst opmerkte dat ook mijn haarlijn aan het verhuizen was.

Ook ik zit namelijk nog volop in de ontkenningsfase. Hoewel er gelukkig nog geen sprake is van een kale plek op mijn hoofd, spreekt de vergelijking tussen mijn huidige haarlijn en die van pakweg vijf jaar geleden voor zich. Bij elke ludieke commentaar of onschuldige grap over mijn wegebbende kapsel groeit mijn angst om kaal te worden. ‘Wanneer iemand een plagerige opmerking over mijn wijkende haarlijn maakte, kon die dagenlang in mijn hoofd rondspoken’, bekende ook Ben (34), deze week in Knack Weekend getuigt over zijn haartransplantatie.

In plaats van onze energie of geld te verbrassen aan het oplossen van een jammerlijk natuurfenomeen, stel ik daarom bij dezen voor om onze kalende kruinen massaal te omarmen. Zolang dat niet het geval is, zullen klierige grappen immers blijven steken. Hoe raak je repliek vervolgens ook is.

Wat ben je immers met haar op je tanden als je krampachtig naar haar op je hoofd verlangt?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content