wijn
Eenvoudige, lekkere wijnen, die geen pijn doen in de portemonnee. Daar willen we het om de veertien dagen over hebben in deze rubriek. Château Simple, wijn voor beginners, die ook de kenners wel bevalt. Deze week : witte Côtes du Rhône.
De Côtes du Rhône, alles samen 52.000 hectaren met een opbrengst van 2,5 miljoen hectoliter wijn, omvat twee afzonderlijke gebieden, gescheiden door een soort niemandsland van Valence tot Montélimar. Het noordelijke gedeelte is het meest prestigieuze : een 70 km lange, smalle strook van Vienne tot Valence, met syrah als koninginnendruif. Het zuidelijke gedeelte is vele malen groter en loopt tot voorbij Avignon. Hier, waar de mistral meer dan 200 dagen per jaar waait, begint het echte zuiden, met truffeleiken, olijfbomen, tijm en rozemarijn. Men beweert dat de rode wijnen ernaar smaken.
Spontaan associëren we de Rhône met rode wijn, vooral omwille van de reputatie van Chateauneuf-du-Pape. Toch wordt er van oudsher ook veel witte wijn gemaakt, al is die pas de laatste jaren goed genoeg om geëxporteerd te worden. Stevig maar met finesse, ligt hij vandaag goed in de markt.
In de noordelijke Rhône maakt men, binnen de AOC-regels, vrij gebruik van het koppel roussanne en marsanne om witte wijn te maken. De roussanne is van een late rijping, wat in de warme streken geen echt nadeel is, maar heeft een onwaarschijnlijk lage opbrengst. Dat maakt de druif bij de wijnboeren onpopulair. Ze planten veel meer marsanne, een stoere, ziektebestendige, maar vooral goed renderende wijnstok. Er komen lichte wijnen van, zonder het fijne, indringende en subtiele boeket van roussanne-wijn.
De noordelijke appellation Crozes-Hermitage (1200 ha), waarvan we vandaag een witte wijn proeven, is volgens het tegenetiket ?grotendeels? gemaakt van marsanne. Het is een typische appellation die destijds uitgedijd is. In het begin omvatte ze alleen de gemeente Crozes. In 1952, toen de vruchtensector in de Rhônevallei in volle crisis kwam, heeft men de AOC uitgebreid naar 11 omliggende gemeenten. Het leverde vrij lichte, zelfs middelmatige wijnen op.
In de zuidelijke Rhône zijn er ook bij witte wijnen altijd meerdere wijnstokken betrokken omdat het warmere klimaat en de daaruit volgende snelle rijping anders te eenvoudige wijnen zouden genereren. Ook de Côtes du Rhône zijn met de jaren gegroeid. Bij haar instelling in 1933 omvatte de appellation 117 gemeenten. Nu zijn het er 163. Sommige van deze nieuwe gemeenten zijn wel 40 km van de Rhône-oevers verwijderd, zodat het Côtes-aspect wel met een korreltje zout genomen moet worden.
De witte Côtes du Rhône die we vandaag proeven, is gemaakt van clairette, bourboulenc en grenache blanc. Clairette vinden we zowat overal in Zuid-Frankrijk. Hij geeft redelijke rendementen, maar is zeer gevoelig voor rot : de schil is dun. De wijn oxideert bovendien erg gemakkelijk. Hij wordt dan ook veel gebruikt voor de productie van vermouth. Bourboulenc is niet zoveel beter. In een samenstelling met andere stoksoorten kan hij echter voor wat tonus zorgen. Grenache blanc is stevig en goed bestand tegen de mistralwinden. De wijn ervan is een typische onderbouwwijn.
De derde zuiderse witte wijn van vandaag is een Côtes du Lubéron. Hij komt uit een pas in 1988 erkende AOC ten oosten van Avignon. De 36 gemeenten die de naam mogen voeren, liggen in het departement Vaucluse, waardoor ze gewoonlijk bij de Côtes du Rhône worden gerekend. De druivensoorten en wijnen zijn dan ook te vergelijken met die van de zuidelijke Rhône. De witte (een vijfde van de productie) genieten een zekere reputatie, en 85 procent van alle wijnen wordt er in coöperatief verband gemaakt. De onze is gemaakt van clairette en grenache blanc met wat ugni blanc erbij. Die laatste is niets anders dan de in Italië gekende trebbiano en moet wat frisse zuurheid brengen.
Côtes du Lubéron ?Les Florets?, 1996
De neus is opvallend fris-zuur met een citroentoets en onderbouwd met rijpe, zelfs wat geroosterde aroma’s. De smaak is fris, aangenaam zuur, eenvoudig zonder diepte of lengte. Een eerlijke kleine wijn voor een kleine prijs. (Delhaize : 105 fr.)
Côtes du Rhône ?Les Truffiers?, 1996
Neus met meer gewicht dan de vorige. De zure punt ontbreekt. Hier meer dragende concentratie, maar ook met wat minder nuance. Een kleine aanzet van oxidatie. De smaak is iets afgevlakt en wat vermoeid. De minst interessante van het trio. (Delhaize : 124 fr.)
Crozes-Hermitage, Blanc Sec, 1996
Neus met grote gebondenheid en met dragende concentratie (onder meer van de alcohol), maar ook met elementen van rijp, zoals witte perzik en amandel. Smaak met lengte en voldoende nuance om ook grote gerechten als ?tarbot uit de oven? te kunnen begeleiden. (Delhaize : 199 fr.)
Volgende aflevering in Weekend Knack van 10 december : Luxemburgse wijnen.
HERWIG VAN HOVE
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier