Op zoek naar de vervlogen passie.

Redactie Knack

27-09-2005, 22:00 Bijgewerkt op: 07-12-2020, 22:25

De nieuwe 320i van BMW neemt niet alleen de elegante en zwierige lijnen van de 5– en de 7-reeks over, hij is ook 5 cm langer en 8 cm breder, terwijl de wielbasis met 3,5 cm toeneemt. Dat laatste was wel nodig, want de voorkeur van BMW voor een centraal voorin gemonteerde motor en het noodzakelijke opschuiven van de passagierscel naar achteren, hypothekeert altijd de beschikbare ruimte daar. De passagiers achterin krijgen nu eindelijk een beetje knieruimte. De hoge flanken van de achterbank en de brede middentunnel beperken de ruimte achterin ook tot twee passagiers. Een echt manco is dat niet, een BMW is altijd al een driver’s car geweest, de ontwerpers hebben ook altijd de lof gezongen van de driverorienteddashboard. Tot onze verbazing werd die licht gekantelde positie van het instrumentarium verlaten – net zoals in de 1-reeks – en loopt de boordplank gewoon over de volledige breedte rechtdoor. Daardoor oogt het interieur leger en op het stuur na wat karakterloos. Het laadvolume van de koffer groeide wel met 30 liter en bedraagt nu 460 liter.

De 320i krijgt de tweeliter met vier cilinders mee. Die kennen we uit de vorige generatie van de 318i, de motor werd wat verfijnder en levert daardoor 7 extra pk meer, bij een identiek gewicht van de auto. Gekoppeld aan een manuele zesbak hadden we van een 150 pk-motor spitse acceleraties verwacht, in de praktijk worden die een beetje gesmoord door de lange achterbrugverhouding. Dat betekent dat er vlijtig geschakeld moet worden, de lange schakelwegen zijn daarbij niet echt een hulp. De compacte BMW mag dan wel snel zijn, de opwinding van de duw in de rug blijft wat achterwege.

Het plezier van het rijden zit in elk gaval meer in het weggedrag dan in de acceleraties. Een bochtig parcours aansnijden met een telg van de 3-reeks zorgt nog altijd voor een bijzonder gevoel. De keuze van de ontwerpers voor korte overhang vooraan en een centraal voorin gemonteerde motor, benadrukt al meteen de bedoelingen. Die opstelling, gekoppeld aan de precisie van stuur en voortrein zorgen ervoor dat men de wagen enthousiast door de bochten kan sturen, de achtertrein volgt probleemloos. Wie het onderste uit de kan wil en een hekel heeft aan de stabiliteitscontrole kan die in twee trappen afzetten.

De 320i kost een 27.700 euro en voor dat mooie geld krijgt men acht airbags, de volledige batterij rijhulpsystemen, elektrische ruiten voor en achter, een manuele airco, maar geen neerklapbare rugleuning van de achterbank, noch een cruise control.