Muren met allure
Velen zijn bezig met wandbekleding. Maar in ons land is er slechts één bedrijf dat ook zelf behang ontwerpt. Van marmereffect tot modern: Arte maakt muren verleidelijk.
Er zijn veel te weinig mensen die vandaag nog tranen in de ogen krijgen als ze mooie muurbekleding zien. Omdat er gewoon geen is. De enkele creatievelingen verdrinken in een zee van banaliteit. De goesting om met je muren iets heel moois te doen, is weg. En dat is precies wat wij van in het begin hebben gedaan: verleiden, beelden scheppen van wat je met een interieur allemaal kan.” Guido Neven, commercieel verantwoordelijke van het in Zonhoven gevestigde Arte, praat aanstekelijk enthousiast. Ik krijg foto’s te zien van zwierige art-deco-interieurs, kamers met de allure van Italiaanse palazzo’s, onwaarschijnlijk echt lijkende marmereffecten compleet met bijpassende lambrisering; maar ook voorbeelden van strakke moderne kamers, sober en chic.
“Wij zijn niet zomaar een grossist in mooi behangselpapier en stoffen. Wij zijn editeur. Dat wil zeggen dat wij eigen collecties ontwerpen. En dat maakt ons in België uniek. We hebben in Brussel een eigen studio – AD&D, wat staat voor Art, Design en Development – met vier fulltime ontwerpers en nog twee in Parijs die uitsluitend bezig zijn met stoffen.”
Arte begon 18 jaar geleden met een piepklein team: de eigenaars-stichters, Stephan Baptist en Jean-Pierre Desart, en twee medewerkers, waaronder Guido Neven, die instonden voor de logistiek. “Omdat het bedrijf zo klein was, was iedereen sterk betrokken, ook bij het kiezen van collecties. Maar we losten even goed de vrachtwagens. Er waren geen kantoren, we hadden wel vier of vijf vertegenwoordigers, én een eigen studio waar twee mensen voor ons tekenden. In het begin kochten we vooral collecties aan in Duitsland, Frankrijk en Engeland, die we hier verdeelden, uitsluitend aan de gespecialiseerde vakhandel, nooit in de grootdistributie. Maar we begonnen ook meteen zelf papier en stoffen te ontwerpen, die we lieten maken in de meest geschikte fabrieken. De collecties die we kochten waren weliswaar kant-en-klaar, maar wij gaven er altijd een meerwaarde aan door een sprekende presentatie, zodat ze pasten in het Arte-plaatje. In die tijd waren boeken van behangselpapier heel saai: kaften in karton met daarin een opeenstapeling van 100 bladen papier, meestal zelfs zonder foto. Achttien jaar geleden stonden er in de boeken van Arte al heel veel foto’s, maar ook boorden en bijpassende stoffen. Daarmee waren we vooruit op de tijd en vervulden we eigenlijk al voor een stukje de rol van decorateur: mensen een verhaal brengen, tonen hoe ze een interieur mooi kunnen maken.”
De aangekochte collecties werden verdeeld via het distributienet in eigen land. Maar met de eigen ontwerpen trok Arte vanaf het eerste jaar naar de buurlanden en geleidelijk verder. “Nu zijn we overal in de wereld aanwezig waar behangselpapier wordt verkocht. Tot in Mexico, Vietnam en China toe.”
Het ging zeer snel, vertelt Guido Neven. “We zijn begonnen met twee à drie collecties per jaar, nu hebben we er in het totaal een honderdtal, waarvan 35 procent eigen creatie. In de toekomst moet die verhouding omdraaien. Want we zijn niet helemaal gelukkig met de import. Er is een schrijnend gebrek aan creativiteit. De behangselwereld staat onder druk, er wordt minder behangen dan vroeger. En dat komt vooral omdat de verfindustrie veel creatiever is en dynamisch. Ze maakt meestal deel uit van grote chemische bedrijven en die hebben de nodige budgetten voor research en marketing. Terwijl de behangselindustrie nog grotendeels in handen is van grote familiebedrijven. Die hebben de kaas van hun brood laten eten. Buiten enkele groten als Designers Guild of Laura Ashley, die dan ook toonaangevend zijn. Trisha Guild bijvoorbeeld heeft enkele jaren geleden prachtige kleuren uitgebracht, in blauw en rood. Daarmee speelde ze niet in op een behoefte maar lanceerde een eigen trend, en de mensen zijn erop gesprongen. Dat gebeurt veel te weinig.”
Guido Neven ziet een duidelijke evolutie. “Tien jaar geleden was alles wit en beige, grijs. Monochroom, heel saai. Stilaan is er wat voorzichtige kleur gekomen: heel zacht geel, roze, maar nog steeds pastel. Dan – we zijn al midden de jaren ’90 – brak het Provençaals geel door en de laatste jaren zelfs rood, terra en alle afgeleiden ervan. Mensen durven meer kleur bekennen. Dat gaat nu weer omzwaaien, we voelen het aankomen. Maar zoals steeds bij de trendsetters aan de top. Die vragen nu naar mastiekkleur, zowel naar het beige-bruine toe als naar het romige en zelfs wit. Maar niet wit-wit zoals vroeger, wel allemaal ‘geblust’. Er is een echte golfbeweging. Ook in de stoffenwereld tekent zich opnieuw een trend af naar gedempte kleuren. Maar het grote publiek blijft nog wel een tijd bij die felle zuiderse tinten. Dat geel kent een massaal succes omdat het warm en stemmig is, veel mensen voelen zich daar goed bij, en het is overal toepasbaar: in de living, de badkamer en de keuken. Vale kleuren zijn wat somber. Het is dan ook niet voorspelbaar of dat zo massaal doorbreekt.”
Nieuw is volgens Neven ook de terugkeer naar structuur en reliëf in het materiaal zelf. En daar biedt vinyl – in niets meer te vergelijken met vroeger keukenbehangsel – oneinig veel meer technische mogelijkheden dan het papier van vroeger. Het is ook veel duurzamer en krasvrij.
Arte heeft stijl. Het bedrijf heeft zich van meet af aan geprofileerd als trendsetter, zowel op technisch als op esthetisch vlak, en wil dat ook zo houden. Het aanbod gaat van hyperklassieke wandbekleding die alleen in herenhuizen tot haar recht komt – ornamentaal, met arabesken, zoals vroeger – tot heel modern, strak, geometrisch en met weinig kleur, wit en grijs. “Dat minimalistische in de styling gaat eigenlijk een beetje samen met die nieuwe mastiektinten”, verduidelijkt Neven. Maar tussen de twee extremen ligt het gros van de collecties die je neoklassiek kan noemen of klassiek maar jong geïnterpreteerd. “Een absolute hit is de Donatello-reeks die oorspronkelijk vrij effen was, zeer sober, en die nu uitkomt in iets sterkere kleuren, geel, oker en rood. En nu ook met frescoachtige motieven, reliëf. Ook het effect van afgestreken beton, vlekken. Al wat Italiaans aandoet, doet het trouwens zeer goed. Ook de tekening komt stilaan terug, maar vooral flou, transparant aanwezig of in kleine geplaatste motiefjes.”
Arte maakt ook erg mooie verftechniekimitaties zoals de Lorenzetti, en brengt rond deze tijd, als eerste op de markt, de Jaipur, een prachtige schildersdoekimitatie, die wat byzantijns aandoet en erg in de smaak valt. Nieuw dit jaar is nog de Samara-reeks met zeer spectaculaire kleuren.
Onze ontwerpers zijn zeer veel op stap: ze brengen eigen ideeën mee van kleding- en stoffenbeurzen, grote steden, New York, Parijs, Milaan, ze duiken onder in die wereld, snuiven van alles op, uit musea, tentoonstellingen. En gaan dan visualiseren. Vooral Jean-Pierre Desart, die verantwoordelijk is voor de producten, houdt zich met dat creatieve aspect bezig. Onlangs bracht hij uit New York een schitterend stuk 17de-eeuwse stof mee dat gediend heeft als inspiratie voor de reeks Héritage bijvoorbeeld, met speciale drapage-effecten in het papier. Precies omdat wij editeur zijn, kunnen wij ons permitteren om zogenaamde nichecollecties uit te brengen, heel apart, voor een beperkt publiek, zoals onze etnische reeks of de Oriënt-Express in art-decostijl. Wij maken wat we willen, op de volumes die we willen. Wij zijn geen fabrikant die machines moet laten draaien.
Eind deze maand komt Arte weer met iets heel nieuws: een unieke collectie van marmerimitaties, op 90 cm breed. De marmertekening is 1 m 10 hoog zodat, eens geplakt op de wand, met het gewone oog nauwelijks een repeat van de tekening merkbaar is. Zo wordt het authentieke marmereffect zeer dicht benaderd. Dat kan gecombineerd worden met een soort lambrisering: een marmer in vakken verdeeld die in horizontale richting worden aangebracht. Dat marmerbehang kan in twee richtingen worden gebruikt: klassiek, maar ook zeer strak, op een moderne manier.
Een beetje mysterieus doet Guido Neven over een andere nieuwigheid die binnenkort uitkomt: een zeer luxueuze moirécollectie in wel 60 verschillende tinten. “De oude chic van vroeger, maar qua kleuren aansluitend bij de tijd van vandaag. Kan perfect in een hedendaags interieur. We grijpen inderdaad terug naar vroeger, naar het voorbeeld van artisanaal gefabriceerde producten. Maar het verschil is dat ze nu actueel geïnterpreteerd zijn en machinaal gemaakt zodat ze voor een groter publiek bereikbaar zijn, al blijft het nog vrij duur. Om een idee te geven: faux marbre laten aanbrengen door een vakman kost 3 à 4000 fr. per vierkante meter, onze marmerimitatie komt op zo’n 1300 fr. de vierkante meter, een derde dus van de artisanale prijs.”
Dat de nieuwste luxebehangsels op 90 cm breed worden gemaakt, is volgens Guido Neven een nieuwe technische stap die de toekomst inluidt. “Het grote voordeel is dat de onderkant ervan een vlies is, dat bij het ‘plakken’ niet uitzet en ook geen blazen geeft. Het kan naderhand ook in een keer van de muur worden getrokken. Gedaan dus met stomen en moeizaam afsteken.”
Naast behang steunt Arte op een tweede belangrijke poot: de stoffen. Twintig procent van de productie is geassorteerd met de boeken. Maar ook de andere stoffen zijn meestal combineerbaar.
En dat is misschien wel de sterkte van Arte: de veelzijdigheid en de combineerbaarheid. “Daar hebben we altijd op gespeeld. Bijpassende stroken hadden we bijvoorbeeld al in 1981. Ze werden pas veel later een hit, vooral sinds een jaar of vijf, zes. En ze doen het nog steeds goed. Op twee bestellingen die buitengaan is er een met boorden. Maar die trend dooft ook uit, en hetzelfde geldt voor de sjabloneertechnieken, die momenteel zeer populair zijn.
Er wordt minder behangen sinds een aantal jaar, maar wij hebben daar weinig last van omdat wij met een duur product zitten en daar is wel degelijk vraag naar. Vijf jaar geleden kostte een rol gemiddeld 900 fr., nu is dat bijna 1100 fr. Wij zijn niet alleen duurder geworden. Wij zijn ook geëvolueerd naar meer kwalitatief, meer decoratief. En dat doet het goed. Onze omzet stijgt gestaag. Wereldwijd draait de holding Arte zo’n 1,6 miljard. Er zijn eigen vestigingen in Frankrijk, in Duitsland, in Nederland en in de Verenigde Staten. We werken in het totaal met een kleine 100 mensen. Arte is absolute marktleider in België in het betere behang. En veruit het meest herkenbaar.” Maar ook in de rest van Europa en daarbuiten worden ze met argusogen gevolgd als trendsetters.
Sabine Lamiroy
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier