Het modeteam is weer thuis na een reis van New York over Londen en Milaan tot Parijs. Een verslag van de voorbije weken.

Het nieuwe modeseizoen begon in de ondergesneeuwde straten van Manhattan en eindigde op een zonovergoten ochtend in Parijs, in de tent van Louis Vuitton met uitzicht op de Cour Carrée van het Louvre. Nicolas Ghesquière toonde er zijn eerste collectie voor het lederwarenmerk (zie pagina 38). Marc Jacobs, de voorganger van Ghesquière bij Vuitton, trok zich terug in New York. Hij sloot de Fashion Week aldaar af met een ingehouden, veeleer sobere show voor zijn hoofdlijn. Op de soundtrack, de tekst van de evergreen Happy Days are Here Again, ingesproken door actrice Jessica Lange. “So long sad times. Go along bad times. We are rid of you at last.”

Dolle pret, met andere woorden. Thom Browne bouwde in een voormalig industrieel gebouw een katholieke kerk na, en stopte een stoet nonnen in, onder meer, bladgoud. Ralph Lauren gaf tijdens een felle sneeuwstorm twee shows tegelijk, voor zijn hoofdlijn en voor Polo, nu ook voor dames. Michael Kors maakt er de gewoonte van de Europese pers en petit comité te ontvangen in zijn kantoren in Midtown, ver van de glamour van de catwalks. Hij vertelde hoe zijn moeder hem naar school reed als hij zich weer eens had overslapen, in nachtjapon, sigaret tussen de lippen. Tommy Hilfiger defileerde in een gesimuleerd sneeuwlandschap (met skilift) dat er feeërieker uitzag dan de sludge voor de deur.

In Londen zorgde Mary Katrantzou voor een verrassing. De prinses van de prints liet dit keer de bedrukkingen achterwege. De grote huizen in Milaan speelden veeleer op automatische piloot, met uitzondering van Prada. Jeremy Scott zorgde bij Moschino voor een frisse wind (enfin fris, daarvoor was de frietgeur misschien net iets te sterk, zie pagina 38). En Mariuccia Mandelli, sinds de fifties de ontwerpster van Krizia, kwam voor de allerlaatste keer haar publiek groeten. Haar bedrijf is sinds kort in Chinese handen.

In Parijs gingen de meeste gesprekken over de nieuwe koers van Vuitton, maar ook over de aan Dries Van Noten gewijde tentoonstelling in Les Arts Décoratifs. Bij Iris van Herpen werden drie modellen, onder wie Hannelore Knuts, traag vacuüm getrokken in reusachtige plasticzakken, een sadistisch spektakel voor een collectie kleren die zulke grand guignol echt niet nodig had. Jean-Paul Gaultier maakte van Oscar Niemeyers hoofdkwartier van de Franse Communistische Partij een soort raketlanceerbasis, en daarbovenop kwam nog een eerbetoon aan Britse punk, met discomuziek van Sheila op de klankband. Karl Lagerfeld bouwde voor Chanel dan weer een supermarkt in het Grand Palais. Hij had een punt – mode heeft een vervaldatum. De collectie van Hedi Slimane voor Saint Laurent zat vol hits, te beginnen met in glitter gedipte laarsjes. Van hits gesproken – Rihanna was alomtegenwoordig in Parijs, meestal vergezeld van een stel boomhoge bodyguards. En Suzy Menkes, de zeventigjarige doyenne van de modejournalistiek, kondigde aan dat ze de International New York Times ruilde voor de websites van Vogue, met uitzondering van de Amerikaanse editie. Als zelfs Suzy digitaal gaat, wilt dat allicht iets zeggen.

DOOR ELLEN DE WOLF EN JESSE BROUNS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content