Haar pakken zijn verfijnd, funktioneel en duur. De lijnen zijn sterk, vrouwelijk, puur en sexy. Sommigen noemen haar de Armani van de jaren ’90. Ontwerpster Jil Sander is ontegensprekelijk de leading lady van de Duitse mode.

STANY HEMIGER

Met een Pruisische precizie en een niet te kloppen werklust heeft Jil Sander op 15 jaar tijd een imperium opgebouwd rond onberispelijk gesneden, eenvoudige, maar dure kleren, en rond haar cosmetica en parfums. Vorig jaar had ze een omzet van omgerekend zes miljard frank, waarvan de helft uit cosmetica. Ontwerp, produktie, distributie, imago, haar 400 personeelsleden, alles wordt door Jil Sander met haviksogen gekontroleerd. Tot voor enkele jaren waren bij ons alleen haar parfums en cosmetica bekend, al was er een groeiende kring van ingewijden die haar ontwerpen kocht. Nu de minimalistische mode over heel de wereld aanslaat, is de tijd van Jil Sander gekomen.

Haar rijk breidt zich razendsnel uit in de Verenigde Staten, Japan, Canada, Parijs en Londen. Ook al is Sander duur, soms duurder dan Armani. Voor een driedelig broekpak betaal je al gauw 70.000 frank, voor een mantel in kasjmier een heel eind over de 100.000 frank.

Haar kleren worden gedragen door Gabriele Henkel, Maryam Sachs en Maya Flicks, echtgenotes en dochters uit de grote Duitse industrie-imperiums, door aktrices als Isabelle Adjani, Barbara Streisand, Wynona Ryder en Holly Hunter.

Jil Sander neemt geen blad voor de mond als het erop aankomt haar visie omtrent kleren, kwaliteit, feminisme, kunst en zaken te spuien. Maar wordt zeer diskreet als men haar uitvraagt over haar privéleven. “Ik ben hier niet om mijn sofaverhalen te verkopen. “

Ze wil zich niet laten fotograferen. Haarpieken, kraaiepootjes, een grauwe vermoeide huid en daartussen helblauwe ogen waar je niet te lang in kan kijken. We ontmoeten haar de dag na de voorstelling van haar lente-zomerkollektie, als de spanning weggevallen is, de boetiekhouders van over de hele wereld in de belendende zaal hun keuze maken en de kassa rinkelt van Milaan tot Tokyo en Toronto.

Haar cosmetica-reklame is altijd sterk met haar eigen gezicht verbonden geweest. Hoe lang kan ze dat nog blijven doen ? “Als ik de indruk heb dat het niet meer nodig is, laat ik het, ” zegt ze.

Later verneem ik dat ze een heilige schrik heeft van de lens. Ze verkrampt voor het toestel. Ooit heeft men haar met acupunctuur moeten behandelen om haar trekken te ontspannen voor de fotosessie.

We hadden eerst in Hamburg afgesproken, maar dat kon niet doorgaan. Dan maar in Milaan, in het Palazzo delle Stelline, een gerenoveerd klooster uit de renaissance waar ze de voorbije twee jaar voor een selekt en beperkt publiek haar kollekties voorstelde.

Liever zat ik nu met u in uw tuin in Plön, in Sleeswijk-Holstein. Men zegt dat hij erg mooi wordt.

Jil Sander : Je kan het eigenlijk geen tuin noemen, het is eerder een landschap. Zeer groot. Tweehonderdveertig hektaren wolken, lucht, een huis aan de oever van het meer en bomen. Plön ligt op een uur rijden van Hamburg en een half uur van de vroegere Oostduitse grens. Er is een Japanse tuin, een Franse tuin met uitkijktoren en een Engelse tuin in aanleg, met een groentetuin, een kruidentuin, een rozen- en een bloementuin.

Een tuin is een levenslange opgave. Hij leeft, groeit, je moet alles lang vooruit bedenken, weten hoe de boom die je nu hier plant, er over 30 jaar zal uitzien en hoeveel ruimte hij zal innemen. Het is een hels werk, maar voor mij ook pure ontspanning, omdat ik me als boogschutter graag buiten beweeg.

Wat heeft een tuin met mode te maken ?

Jil Sander : Een tuin aanleggen is ook een kreatieproces waarbij je met proporties moet rekening houden, net als bij mode-ontwerpen. Met dit verschil dat mode vluchtig is : als je een punt bereikt hebt, wil je meteen verder. Mode vergaat. Als ik nu bekijk wat ik heb opgebouwd en dat is toch niet gering valt het nog af te wachten wat er uiteindelijk van overblijft. Met mijn tuin is het anders. Die zal mij overleven. Misschien is hij daarom zo belangrijk voor mij. Penelope Hobhouse, de Britse schrijfster en landschapsarchitekte, helpt me bij het plannen. Ik was eigenlijk even graag landschapsarchitekte geworden.

Liever dan mode-ontwerpster ?

Jil Sander : De twee zijn evenwaardig. Het gaat om een koncept. Alleen heeft een tuin veel meer tijd nodig voor hij af is, maar dan gaat hij generaties lang mee. Mijn tuin is eigenlijk een tegengewicht voor het vluchtige van mijn beroep. Ik ben graag in de natuur en dat heb ik de voorbije jaren te veel gemist.

U hebt zich op Sissinghurst geïnspireerd.

Jil Sander : Dat is mijn lievelingstuin, de tuin van Knole, het landgoed waar Vita Sackville-West opgroeide. Het was ook Knole waarop Virginia Woolf zich inspireerde om “Orlando” te schrijven.

Jil Sander vertelt geanimeerd over de geschiedenis van de excentrieke Vita Sackville-West, haar huwelijksleven met de diplomaat Nicholson, haar escapades met vrouwen, waarover haar zoon Nigel Nicholson in zijn boek A portrait of a marriage schreef. En waarin onder andere de speciale vriendschap tussen Virginia Woolf en Vita Sackville-West uit de doeken wordt gedaan.

Het meest geïntrigeerd is Sander door de manier waarop het mannelijk personage Orlando in de loop van het verhaal in een vrouwelijk figuur verandert. Ze vergelijkt hoe het uitzicht, het silhouet van de vrouw in de loop van de jaren veranderd is. Hoe vandaag een suksesvrouw aan de top in een diskreet-duur, elegant broekpak kompetenter en zelfbewuster overkomt, dan een met juwelen behangen “taart” in een too dressy tailleur. Ze gruwt van de madame, het opgetooide schepsel met gouden oorbellen, armbanden en glitterknopen. Dynasty-dames die al tientallen jaren de metropolen van de wereld bevolken nu stilaan een uitstervend fenomeen.

Van meet af koos Jil Sander voor soberheid. In 1973, toen het woord minimalisme nog moest uitgevonden worden, predikte zij al haar ideeën over overbodige naden, pure lijnen, een minimale opsmuk zonder accessoires of juwelen. “Hoe minder versieringen, hoe meer présence, ” luidt haar devies.

In Duitsland geldt u al 15 jaar als de koningin van de klassieke kleding, promotor van de goede smaak. Toch lijkt pas nu de tijd van Jil Sander gekomen. Wat gisteren het imago was van kwaliteit en ernst, is nu avant-garde en sexy. De wereld zit vol carrièrevrouwen die smeken om goedzittende kleren, diskrete luxe en kwaliteit.

Sander : Ze dragen almaar minder glitter. Dat zie je overal. Vrouwen tonen nu dat ze ook wat in hun hoofd hebben. En dat is fantastisch, omdat ik altijd vurig gehoopt heb dat het in die zin zou evolueren.

U draagt altijd een zwart pak dat niet in en niet uit de mode is. Of een blazer met pantalon, nooit een jurk.

Sander : Niet meer sinds mijn dertigste verjaardag, en ik zal ook nooit meer een jurk aantrekken, zelfs niet als je me zou slaan ! Ik geef me er wel rekenschap van dat een vrouw niet in een broekpak op een cocktailparty kan verschijnen. Voor vrouwen die zich niet in een tutu willen vertonen, er wel aantrekkelijk maar niet blauwkouserig willen uitzien, heb ik sobere, artistieke jurken ontworpen, met klasse. En een zachtere, vrouwelijker lijn voor deze zomer, maar in mijn eigen stijl.

Jil Sander werd als Heidemarie Jiline geboren op 27 november 1943 in Weselburen, een klein dorpje aan de Noordzeekust, op zowat 75 km van Hamburg. Haar moeder was daarheen gevlucht om te ontkomen aan de bombardementen van de geallieerden. Heidemarie had nog een oudere zus. Haar vader Walter, die slotenmaker was, vocht aan het Russisch front. Een half jaar na haar geboorte scheidden haar ouders en haar oudere zus werd door haar vader opgevoed. Heidemarie groeide op in Bramfeld-Hamburg, bij haar romantische moeder Erna-Anna en haar stiefvader Erik Libuda. Ze kreeg nog een halfbroertje Heino, waar ze haar hele leven al een sterke band mee heeft. Een paar jaar geleden overleed haar vader. Sander heeft hem nooit ontmoet. Ze heeft het ook nooit gewild.

Na haar middelbare studies volgde ze textielontwerpen in Krefeld, dé Westduitse textielstad in de buurt van Düsseldorf. In 1965 trok ze naar Los Angeles, naar vrienden van haar stiefvader en studeerde er aan de UCLA. Ze was als freelance modejournaliste aan de slag voor McCall’s Magazine in New York toen haar stiefvader aan een hartaanval overleed. Ze vloog terug naar Hamburg en werd daar modejournaliste, eerst voor Constanze, later voor Petra. In de jaren die volgden, kwam ze terecht in een Hamburgse cercle van operazangers, akteurs, bankiers en filmsterren onder wie Romy Schneider met wie ze goed bevriend werd.

In 1968 ze was toen 25 hield ze het bij Petra voor bekeken. Ze wilde in Hamburg haar eigen zaak. Ze had toen al een kollektie ontworpen voor Hoechst, speciaal voor de nieuwe syntetische vezel Trevira. Haar honorarium voor Trevira stopte ze in haar eigen kollektie van 150 stukken : allemaal jasjes, broeken en hemden. Haar boetiek in de Milchstrasse in Pöseldorf, de nieuwe trendy buurt achter de Harvestehuder Weg (Günter Sachs von Opel die getrouwd was met Brigitte Bardot had in dezelfde straat een pop-artgalerie) werd binnenin helemaal wit geschilderd. De buitengevel werd zwart en Heidemarie werd Jil Sander. Die naam kreeg haar winkel ook. Ze vond Heidemarie te zoet klinken. Haar ontwerpen vlogen de deur uit. Op dat moment waren er in Duitsland geen mode-ontwerpers, er waren alleen maar bourgeois-kleren. En Jil wilde de Duitse mode veranderen. Ze werd een cult-figuur en met de hulp van bankier Walter Salomon breidden de zaken uit.

Sander : “Eigenlijk was het al veel vroeger begonnen. In 1965 begonnen de grote veranderingen in de mode, de demonstraties van de studenten, de hippies. Ik, als modejournaliste, zag het als een beeldenstorm. Maar ik wilde niet de psychedelische toer op gaan. Ik werkte eerst met mannenstoffen. Ik maakte een androgyne mode. Vrouwenstoffen waren in die tijd zo pietluttig, om van te griezelen. Ik had een zekere visie over hoe ik het wilde hebben, hoe ik wilde gekleed lopen en hoe ik vrouwen wilde kleden. Als ik geen jurk wilde dragen, zou ik ook geen jurk ontwerpen, als ik geen rok wilde, zou er ook geen rok in mijn kollektie zitten. Je kan niet iedereen gelukkig maken, vond ik”.

In de loop van haar carrière is Jil Sander een paar keer op haar gezicht gegaan. In 1973 nam ze de rampzalige beslissing om een goedkope lijn van broeken, hemden en jasjes uit te brengen die in India gemaakt waren. Later dat jaar begon ze met de produktie van haar kollektie in Italië, in traditionele mannenstoffen die ze verfijnde, verzachtte en vervrouwelijkte. Ze maakte de jassen ongevoerd, uitgerekend in de periode dat Giorgio Armani ook met dezelfde inzichten de mannenmode aan het hervormen was. In 1978 toonde ze haar kollektie in Parijs. Het was de periode van brede schouders, zwart leer en de buitenissige, soms perverse mode van Gaultier en Montana. Sander was te eenvoudig, te puur, te Duits-strikt voor de opzichtige, sjieke smaak van toen.

“Ik was te vroeg naar Parijs getrokken. Zelfs de Japanners kwamen later. Ik stond alleen tussen de overdaad van couture. Het was op zijn zachtst gezegd, geen sukses. Ik voelde me rot, alsof ik al mijn dromen kwijt was. “

In de jaren ’80 gaf ze in Hamburg shows waar men alleen op uitnodiging binnen kon. In maart 1992 verrees de feniks uit haar as. Het gebeurde in Milaan, in het 15de-eeuwse Castello Sforzesco, met 125 stukken, geprezenteerd door 35 supermodellen, voor een publiek van 800 journalisten, inkopers, Europese adel en kunstenaars. “Ik wilde dat iedereen alles zag wat wij doen, ” zegt ze. De volgende keren hield ze haar shows voor een beperkter publiek in het Palazzo delle Stelline.

Hoe hebt u het kleermakersvak geleerd ?

Sander : Door het te doen. Je weet wat je wil en dan tracht je dat uit te leggen aan coupeurs, kleermakers en naaisters. Het is makkelijker een jurk te ontwerpen dan een jas. Als je een jasje tekent, telt iedere millimeter. Ik ontwerp op het lichaam, gebruik geen paspoppen. Zo krijg je het beste gevoel voor proporties. Een kledingstuk kan er nu eenmaal niet goed uitzien als het te mannelijk is. Ik hou van vrouwelijke vormen, weliswaar in broekpakken, maar ik heb niet graag dat ze er te mannelijk uitzien. Ik wil innovatieve mode maken en werken met mooie materialen.

Waar haalt u uw stoffen ? U gebruikt niet meer de stoffen voor herenpakken zoals in de jaren ’70.

Sander : De stoffen halen we in Italië, we nemen geen materiaal voor mannenpakken, maar stoffen die speciaal voor ons ontworpen zijn.

U spreekt altijd over “ons”. Bedoelt u daar uw medewerksters mee ? Kiest u zelf uw personeel ?

Sander : In mijn bedrijf werken zo’n 400 mensen, dat vraagt een hele administratie. Dan weet je ook dat ik de mensen niet meer persoonlijk kan uitzoeken. Maar de medewerkers op sleutelposities kies ik natuurlijk zelf. Ze moeten innovatief en kreatief zijn en teamgeest hebben, ze moeten het koncept van Jil Sander begrijpen.

Wat is voor u geluk ?

Sander : Kleine momenten. Als ik iets afgewerkt heb waar ik tevreden over ben, dan ervaar ik wat je noemt “arbeidsvreugde”. Geluk voor mij is, kunnen doen wat je graag doet. Mijn werk is eigenlijk mijn hobby ; ik kan niets anders, ik moet dus kleren ontwerpen. Op persoonlijk vlak vind ik het ook belangrijk om gezond te zijn en harmonisch te leven.

Ik hou van kontrast in mijn leven, maar niet van disharmonie. Ik hou niet van snel veranderen. Ik leid zelf een zeer evenwichtig leven.

Wat betekent liefde voor u ?

Sander : Vertrouwen, steun geven, supporting.

Men noemt u verlegen.

Sander : Verlegenheid kan men zich niet meer veroorloven als men in een bepaalde positie terechtkomt. Met wat ik doe, draag ik veel uit. Je moet geen zaken uit je privéleven laten uitlekken om in de aktualiteit te komen. In mijn kleren zit de boodschap : zo ziet de moderne vrouw eruit. Dàt is voor mij de motor. Mode moet avant-garde zijn, technologisch, funktioneel en attraktief.

Maar zelf trekt u nooit een jurk aan.

Sander : Ik maak ze wel, ik ontwerp zelfs avond-toestanden, waarvan de kracht zit in het knippen en in de coupenaden. Ik maak geen jurken om geile heertjes op te jutten, geen old men’s fantasies. Als je als vrouw plezier vindt in het kopen en dragen van mooie kleren, kan je daaruit ook kracht putten. Kleren moeten niet alleen dienen om mee over de catwalk te lopen, maar ook om belangrijke zaken in af te handelen. Dat heeft uiteraard met mezelf te maken, ik wil mij ook goed voelen in mijn kleren. Wie wil nu nog madame zijn ? Met mijn ontwerpen wil ik vrouwen opvoeden. Veel vrouwen willen niet de verantwoordelijkheid voor hun eigen leven op zich nemen. Maar als mannen zien dat ze een sterke vrouw hebben, worden ze er toch ook beter van.

Kompetitie dus ?

Sander : Kompetitieproblemen met mannen heb ik nooit gehad. Mijn uitgangspunt is : hoe maak ik een vrouw sterk ? Ik wil vrouwen kleden die zich ’s ochtends afvragen : wat zal ik aantrekken, wie wil ik bevallen ? Meestal is het antwoord : mezelf.

U bent erg diskreet als het gaat over uzelf.

Sander : Er zijn natuurlijk sommige zaken die ik niet graag doe, zoals met 20 mensen aan tafel zitten. Maar achter een micro staan en spreken voor 100 mensen, doet me niks. Ik ben niet bang voor de massa. Ik zou mezelf eerder schuw dan verlegen noemen. Maar aan de andere kant heb ik genoeg kracht en energie om me daar overheen te zetten. Door mijn werk ben ik volwassener geworden op dat vlak.

Wie is uw favoriete mode-ontwerper ?

Sander : Chanel. En Madeleine Vionnet. In de gebouwen van Madeleine Vionnet aan de avenue Montaigne in Parijs heb ik twee jaar geleden mijn winkel geopend. Madeleine had daar ooit een couturesalon. Ik vind het een leuke gedachte dat nu Jil Sander daar haar minimalistische, sobere, strikte en toch opulente mode verkoopt. Ik hou ook van Rei Kawakubo van Comme des Garçons. Ik ken haar zeer goed. Ze is erg innovatief. Maar Chanel en Madeleine Vionnet, dat zijn twee vrouwen die in de mode veel bereikt hebben en daar heb ik wel ontzag voor.

U hebt iets met de zee.

Sander : Ik hou van de zee, het uitzicht, de vrijheid. Ik ben ook graag op een boot, een zeilboot dan. Omdat het rustig is. Ik hou van water. Ik hou ook van bergen en van wandelen in Zwitserland. Eigenlijk hou ik gewoon van de natuur. Een boogschutter houdt van reizen, ik wil mijn vakantie altijd op een andere plaats. En dus ben ik veel onderweg, maar in Hamburg woon ik graag.

U hebt geen kinderen. Voelt u zich nooit alleen ?

Sander : Ik heb mijn vriendin Dickie Mommsen. En zij heeft drie zonen met hun aanhang van vrienden en vriendinnen. Je kan van me aannemen dat er in de weekends thuis in Plön veel leven en familiegedruis is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content