is een oude fiets hipper dan een nieuwe ?

Nooit zagen we zoveel retrofietsen op straat als de afgelopen zomer. Maar waarom eigenlijk ?

1. De Oldtimer : “Omdat ze zo goed gemaakt zijn !”

Willy Inghels (74 jaar) is oud-amateurwielrenner in Stekene. Als gepensioneerd autocarrossier begon hij acht jaar geleden oude fietsen in originele staat te herstellen.

Afgebeeld met : “Een koersfiets van De Groene Leeuw uit de jaren zestig. Dat was een belangrijke fabrikant in mijn tijd.”

Houdt van oude fietsen : “Omdat ik er zelf nog op gereden heb. En omdat ze zo goed gemaakt zijn. Mijn allereerste koers, op mijn vijftiende, won ik. Wij koersten over kasseien, die fietsen moesten wel stevig zijn. Ik heb een fiets met een olielampje aan. Daar zitten veren op zodat het ook op hobbelend terrein bleef werken. Dat is toch fantastisch ? Ik heb veel boeken en catalogi liggen met fietsonderdelen. Daarin ga ik dan zoeken naar de exacte leeftijd van een fiets, of naar de werking van een bepaalde rem of oude versnelling. Die systemen kennen de fietsenmakers nu niet meer.”

Fietst op zijn oude fiets : “Regelmatig. Ik zit in een aantal retrofietsclubs, en die organiseren af en toe tochten. Soms trekken we naar jaarlijkse internationale retrofietsmeetings, waar koersen gehouden worden. In 2004 deed ik daar de eerste keer mee en ik won toch wel zeker ? In 2012 wordt er zo’n meeting gehouden in de Blaarmeersen in Gent. Daar rijden zelfs fietsen uit 1840 rond. Ik rij ook elke week mee met de wielertoeristenclub op zondag, maar dan wel met een nieuwe Ridley met carbonframe.”

Heeft in zijn garage dertien fietsen staan : “De oudste is een racefiets uit de jaren dertig, met houten wielen. Ik herstel die fietsen zo origineel mogelijk, tot en met het kentekenplaatje van de fietsfabriek.”

2. De handige stadsfietser : “omdat ze zo puur zijn.”

Bert Hooyberghs (27 jaar) is kapper in Antwerpen. Toen hij dit voorjaar op vakantie ging naar New York zag hij er opvallend veel retrofietsen. Dat zette hem aan het denken én werken.

Afgebeeld met : “Mijn zelfgemaakte fiets. Ik kocht op eBay een oud fietskader uit 1965 in mijn maat, verwijderde alle onnodige ballast en schuurde alles af, zette er een nieuw stuur op en nieuwe wielen en liet een fietsenmaker de remmen en versnellingen installeren. Twee weken heb ik er elke avond aan gewerkt.”

Houdt van oude fietsen : “Omdat ze zo mooi zijn. In New York vielen die fietsen me op. Ginder hebben ze wel smalle sturen, wellicht om tussen de auto’s te kunnen laveren. Zo’n fiets kan ik ook maken, dacht ik. Dit is een strak en simpel model, met een dunne, stalen kader. Heel erg puur en simpel. Ook de mechaniek is heel eenvoudig. En hij bolt echt goed.”

Fietst op zijn retrofiets : “Om in de stad rond te rijden of uit te gaan. En alleen als het niet regent, want er staan geen spatborden op.”

Heeft op zijn appartement vier fietsen staan : “Een gewone stadsfiets, een mountainbike, een koersfiets en deze. Gemiddeld zit ik per week wel zes uur op de fiets, verdeeld over die vier modellen.”

3. De fixie : “omdat we er trucjes mee kunnen doen.”

Sho Kogushi (34 jaar) is videomonteur in Brussel en een van de fixed gear-jongens die wekelijks verzamelen om Bike Polo te spelen, of tricks te tonen.

Afgebeeld met : “Mijn jongste aankoop : een trickfiets uit Taiwan.”

Houdt van oude fietsen : “Om de mogelijkheden. De fixed gear-fietsen ( doortrappers) zijn in principe allemaal erfgenamen van de pistefiets. Ze zijn zo licht mogelijk, en hebben geen remmen of versnellingen. Daardoor kunnen we bijvoorbeeld ook achteruit trappen. Er zijn drie scenes : degenen die de look belangrijk vinden en die soms ook gloednieuwe fietsen kopen, degenen die er bike polo mee spelen en dus met stevige, soms gehavende zelfgemaakte modellen rondrijden, en de trickfietsers, om kunstjes te doen.”

Fietst op zijn fixed gear : “Zoveel mogelijk, want om er tricks mee te kunnen, moet je trainen. Zo’n anderhalf uur per dag. En je hebt plaats nodig, dus spreken we hier regelmatig af. Of we doen mee aan zogenoemde alley cats in steden. Die van Doornik bijvoorbeeld is belangrijk, maar ook in Brussel of Antwerpen zijn er wedstrijden waarin je om het snelst een parcours door de stad of een park moet afleggen. Wij zijn nochtans defensieve fietsers, we moeten wel, we hebben geen remmen.”

Heeft op zijn appartement drie fietsen staan : “Een zelfgemaakte fixie om bike polo mee te spelen, een vintage model uit de jaren zestig en deze nieuwe.”

Door Leen creve – Foto’s michel vaerewijck