Groen, goedkoop en gezellig

We willen wel ecologisch wonen, maar kijken op tegen de hoge kosten. Een koppel jonge interieur-architecten bewijst dat het anders kan : met een minimaal budget, veel recuperatiemateriaal en veel inventiviteit renoveerden ze een oud huis.

Een mier is een echte opruimer”, zeggen Heidelien Bultynck en Steven Plas. “Een hardwerkend beestje dat allerlei materialen uit de natuur aansleept op zijn rug om zijn nest te maken. En dat is ook zo’n beetje wat wij voor ogen hebben : huizen verbouwen met natuurlijke materialen uit onze omgeving, zonder bijkomend afval te produceren. Vandaar dat we ons ontwerpbureau Mier doopten.”

Steven en Heidelien studeerden beiden interieurarchitectuur aan het Sint-Lucasinstituut in Gent. Net als de mier in de fabel van Jean de La Fontaine werkte het koppel drie jaar lang nijver aan hun ‘nest’, de verbouwing van het huis van Stevens grootouders. En daarbij gingen ze bijzonder creatief te werk. Nochtans volgden ze aanvankelijk de geijkte paden. “We zijn begonnen met onze zolder te renoveren”, vertelt Steven. “We wilden er een onafhankelijke wooneenheid van maken. Als pas afgestudeerden deden we een beroep op de kennis die we hadden meegekregen in onze opleiding. We pasten dus traditionele technieken toe en gebruikten materialen als gipsplaten en mdf. Het is best mooi geworden, maar de renovatie slokte wel meer dan de helft van ons budget op. De ruimte was ook onvoldoende geïsoleerd. Als we daarna de rest van het huis nog een degelijke facelift wilden geven, zouden we het anders moeten aanpakken, beseften we.”

Budgetmaterialen

Uit financiële noodzaak ging het koppel op zoek naar goedkopere bouwmaterialen. “Op eBay vonden we iemand die hout verkocht afkomstig van transportkisten”, vertelt Heidelien. “Wanneer goederen aankomen in de haven, zitten ze meestal verpakt in houten kratten. Voor de transportfirma’s is het vaak goedkoper om ze in de haven achter te laten dan om ze leeg weer mee te nemen en te hergebruiken. Heel wat mensen verzamelen die kisten, verzagen ze en verkopen ze door als brandhout. Wij gebruikten het om de muren van het middenblok, dat badkamer en slaapkamer bevat, mee af te werken. Ook de kasten in onze keuken, met binnenwerk van bij Ikea, zijn ermee bekleed. Ze kosten ongeveer een derde van het hout dat je in de doe-het-zelfzaken koopt.” Nadeel is wel dat het vrij ruw is, je moet het nog behandelen. Heidelien en Steven schuurden het eerst af en brachten er daarna een laagje olie op aan. Dat maakt het beter bestand tegen vlekken. De olie geeft het hout bovendien een mooie, warme kleur.

Ander budgetmateriaal dat overal in het huis terugkeert : getrommelde blauwe hardsteen. “Voor onze vloer hebben we tegels gekozen die normaalgezien dienen voor opritten”, vertelt Steven. “Het zijn goedkope tegels van arduin die je ook vindt in doe-het-zelfzaken. Ze zijn twintig tot dertig euro goedkoper dan de gangbare vloertegels van blauwe hardsteen.” De tegels zijn, net als het hout, behandeld met olie. Het effect is vergelijkbaar met een gezoete afwerking : de blauwe hardsteen krijgt een diepere kleur en is beter bestand tegen vuil.

Planten voor schone lucht

Tijdens hun zoektocht naar alternatieve materialen, gingen Steven en Heidelien zich meer en meer interesseren voor de ecologische kant van het verhaal, en voor het effect van bouwmaterialen op onze gezondheid. “Ik heb zelf wat last van astma”, vertelt Heidelien. “Een van de mogelijke oorzaken van problemen aan de luchtwegen is de manier waarop de huizen uit de jaren zeventig geïsoleerd werden. Vaak kwamen daar schadelijke producten aan te pas.”

Om hun eigen huis warm te houden, ging het koppel op zoek naar gezonde en ecologische alternatieven. Ze kwamen onder meer uit bij stro, afkomstig uit de stal van Stevens vader. De zijgevel kreeg een nog originelere isolatielaag mee : afgedankte kleren. “De meeste mensen verklaarden ons gek”, zegt Steven. “Ze dachten dat dat allemaal zou rotten of beschimmelen. Maar die vrees bleek ongegrond. De kleren ruiken vandaag nog altijd even fris als een jaar geleden. Soms moet je gewoon gaan voor een idee, en je niet laten afschrikken door alle negatieve commentaar die je krijgt op je plannen. Anders krijgen vernieuwende ideeën nooit een kans.”

Een goed geïsoleerd huis heeft natuurlijk ook een goede ventilatie nodig. Steven : “De meest voor de hand liggende oplossing was balansventilatie met warmterecuperatie, waarbij de warmte van de afgevoerde lucht niet verloren gaat. Zo’n systeem paste helaas niet in ons budget. We hebben er in de plaats voor gekozen om niet te ventileren : pieken in de luchtvochtigheid worden gebufferd door de grote hoeveelheden hout. Voor de luchtzuivering zorgen grote bakken met huiskamerplanten. In de jaren tachtig deed de Nasa onderzoek naar mogelijkheden om op Mars te leven onder een soort van koepel. Ze kwamen tot de conclusie dat sommige planten de lucht in een gesloten systeem kunnen zuiveren. Wij gebruiken die kennis nu om de lucht in ons eigen huis schoon te houden. Vooral ficus, klimop en de meeste palmsoorten lenen zich daar goed voor.”

Regenwaterput

Ook de inrichting van het huis gebeurde met een minimum aan middelen en een maximum aan inventiviteit. “We hebben geen enkel nieuw meubel staan”, zegt Heidelien. “De stoelen vonden we op de rommelmarkt of in kringloopcentra. Soms brengen we ook een bezoekje aan gebouwen die gesloopt worden. Vaak valt daar nog heel wat moois te rapen. Onze tafel maakten we zelf met recuperatiehout. Losstaande kasten hebben we ook al niet : al onze bergruimte zit ingewerkt in de wanden.”

Zelfs gordijnen zijn niet nodig. De woning is zo ingericht dat de publieke delen, zoals de werkruimte, vooraan liggen op het zuiden. De zon kan daar ongehinderd binnenschijnen. In het midden van het huis ligt een centraal blok met de ‘donkere ruimtes’ : de slaap- en badkamer. Om hier toch wat licht binnen te laten, zonder te moeten inboeten aan privacy, zit een aquarium ingewerkt in de muur naar de straatkant. “Als het zonlicht door het water schijnt, zorgt dat voor een heel bijzonder effect”, zegt Steven. In de muur van de slaapkamer werd dan weer een kijkgaatje ingebouwd. Steven : “Op de donkerste dag van het jaar valt het zonlicht hier mooi binnen. Dan is de slaapkamer de lichtste ruimte van het huis.” De zijkanten van het kijkgat zijn bekleed met spiegels die het zonlicht extra weerkaatsen. “Soms worden we wakker met kleine regenboogjes : het gevolg van de zonnestralen die op de afgeschuinde kanten van de spiegel vallen.”

Helemaal achteraan, afgeschermd van de straatkant door het centrale blok, ligt de zithoek met uitzicht op de tuin. “Dit is ons lievelingsplekje”, vertelt Heidelien. “Hier kijken we graag naar de vogels en vlinders, aangelokt door onze prairietuin met wilde bloemen. Zelfs als het regent, is de tuin leuk om naar te kijken. Het water van de dakgoot loopt dan via waterspuwers in onze ‘wadi’ : onze verzamelput voor regenwater. We gebruiken het om het toilet mee door te spoelen, om onze kleren mee te wassen en om onze vaat te doen. We hebben maar één kraantje in huis dat aangesloten is op de stadsleiding. Het water van die kraan gebruiken we om van te drinken en om mee te koken.”

Of ze hier denken oud te worden ? “We wonen hier in elk geval heel graag”, zegt Steven. “En het huis zit eenvoudig in elkaar. Je kunt het gemakkelijk aanpassen, het kan met ons mee evolueren. Maar ik zou het ook niet erg vinden om nog eens van nul af aan te beginnen, en nieuwe oplossingen te zoeken voor nieuwe problemen.”

Door Semtext – Foto’s Tim Van de Velde

“We hebben maar één kraantje met leidingwater. Dat water gebruiken we om van te drinken en om mee te koken.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content