SLACHTING

Voor liefhebbers van waargebeurde moordzaken, is “Sister My Sister” beslist een kolfje naar de hand. De prent vertelt het bizarre verhaal van twee jonge zussen, die in de jaren dertig in Le Mans waren tewerkgesteld als inwonende meid en zich op barbaarse manier tegen hun werkgevers keerden. De clou van de plot weggeven, is voor een keertje gewettigd : de film opent immers met beelden van de slachting van de vrouw en dochter des huizes. Bovendien is het verhaal bekend : het lag ook al aan de basis van het toneelstuk “Les Bonnes” (1946) van Jean Genet en filmmaker Nico Papatakis inspireerde zich voor “Les Abysses” op hetzelfde materiaal (over de ongedenkwaardige Genet-verfilming uit 1975, met Glenda Jackson en Susannah York zullen we maar zwijgen). Zelfs de recente Claude Chabrol-film “La Cérémonie” lijkt via een omweg (een adaptatie van een Engelse roman van Ruth Rendell) ook weer bij dit bloedige fait-divers te belanden.

“Sister My Sister” is dan weer een verfilming van het toneelstuk “My Sister In ThisHouse” van de Amerikaanse schrijfster Wendy Kesselman, die ook voor het scenario tekende. De prent werd geregisseerd door de Amerikaanse Nancy Meckler, die in Londen het stuk al op de planken bracht.

Met zulke voorgeschiedenis kun je “Sister My Sister” bezwaarlijk origineel noemen, maar dank zij de voortreffelijke rekonstruktie en vooral de prima vertolking van de twee meisjes die finaal aan het moorden slaan, werd het toch geen opgewarmde kost. In zorgvuldig geobserveerde claustrofobische tonelen zien we hoe de twee zusjes langzamerhand naar een kookpunt worden gedreven. Lijdzaam en gedwee laten ze zich kommanderen en vernederen door de tirannieke Madame Danzard. Korte flash-backs van een dominerende moeder en een liefdeloos verblijf onder nonnen, verduidelijken dat de meisjes niets anders gewend zijn. Hun wankel evenwicht geraakt pas verstoord als Christine en Lea, die op hun kleine zolderkamertje hetzelfde bed delen, zich ook lichamelijk tot elkaar aangetrokken voelen. Met karige maar rake middelen, aksentueert de regisseuse hoe hun isolement hun intense intimiteit in de hand werkt. Ze komen haast nooit het huis uit en bij een bezoek aan de fotograaf verschijnt de man en buitenstaander niet in beeld.

In het nauw gedreven nadat hun incestueuze passie wordt ontdekt, zien de meisjes geen andere uitweg dan hun wanhopige razernij af te reageren op hun kwelgeesten. Joely Richardson als de oudere, beschermende zus en Jodhi May als het niet zo onschuldig jonge zusje, dat vol verbazing de enge wereld rondom zich gadeslaat, brengen rijkgeschakeerde vertolkingen en leggen feilloos de psychoseksuele dynamiek bloot, die tot hun ineenstorting leidt. De vijand komt er minder genuanceerd uit te voorschijn : Julie Walters zet een karikatuur neer als Madame Danzard, die zo egocentrisch is dat ze bij de verjaardagstaart van haar onaantrekkelijke dochter zelf maar de kaarsjes uitblaast.

* * “Sister My Sister” van Nancy Meckler, met Julie Walters, Joely Richardson, Jodhi May, Sophie Thursfield.

GEWROET

Dat “film” en “Nederland” twee onverenigbare begrippen zijn, wordt andermaal met verve gedemonstreerd in de groteske Harry Mulisch-verfilming “Hoogste Tijd”. Rijk de Gooyer, die de perfekte kop heeft voor de gemene filmrollen waaraan hij zijn reputatie dankt, moet nu een tragische figuur inkarneren helaas niet het enige potsierlijke aan deze film van Frans Weisz.

“Hoogste Tijd” gaat over een bejaarde variété-artiest die aan het einde van zijn leven plotseling gevraagd wordt om de moeilijke hoofdrol te spelen in een serieus en artistiek toneelstuk. Terwijl hij met de rol worstelt, wordt hij middels traumatische herinneringen ook gekonfronteerd met zijn fout oorlogsverleden. Zijn pogingen om met dit verleden in het reine te komen, zijn gelardeerd met pretentieuze allusies op Shakespeares “The Tempest”, Orpheus’ afdaling in de onderwereld en de Faust-myte. “Hoogste Tijd” wil echter bovenal een bespiegeling zijn over waarheid en leugen van het akteren, maar is niet meer dan een verzameling platitudes. Het hopeloos gewroet in het schuldig gemoed en het vermoeiend gegoochel met allerlei visuele en dramatische associaties levert een verwarde konstruktie op die in het land van herkomst als hoogst ingenieus werd ervaren, maar in feite even stuntelig als volstrekt fantazieloos is. De film wordt gestaag belachelijker : tegen de tijd dat de krampachtige flash-backs ons naar de grote onthulling voeren (wat iets te maken heeft met blonde nazi’s en fellatio) wanen we ons in een kruising tussen “The Twilight Zone” en “‘Allo ‘Allo”. Zoals wel vaker in de Nederlandse film is het gedrag van de personages zo ongerijmd en ongewild surrealistisch dat “Hoogste Tijd” zich meermaals in een parallel universum lijkt af te spelen.

– “Hoogste Tijd” van Frans Weisz, met Rijk De Gooyer, Kitty Courbois, Josse De Pauw, Michael Pas, Willem Nijholt.

VIDEO MONSTER

Kenners zijn het erover eens dat Ty Cobb de grootste baseball-speler is die Amerika ooit heeft gekend. Scenarist-regisseur Ron Shelton (die al de baseball-komedie “Bull Durham” maakte) is niet in de eerste plaats geïnteresseerd in de rekords en de taktieken van een atleet die honkbal als een manier van oorlogvoeren zag. Gezien deze oer-Amerikaanse sport in Europa als box office-vergif wordt gezien, werd “Cobb” in ons land niet eens uitgebracht in de bioskoop. U kan nu op video met eigen ogen vaststellen wat u gemist hebt : een van de sterkste karakterstudies van de laatste jaren én de beste vertolking van Tommy Lee Jones, in wiens latere carrière er toch al geen tekort is aan opmerkelijke prestaties. Afgezien van een paar flash-backs en een “Citizen Kane”-achtige namaak-newsreel-sekwentie, zitten er in de film geen scènes op het veld. Shelton koncentreert zich op het laatste levensjaar van Cobb. De voormalige sportheld is dan een tweeënzeventigjarige, paranoïde en dronken kluizenaar, die wanhopig strijd levert tegen kanker en een hoop andere kwalen. Maar hij vecht vooral voor de wijze waarop hij in de geschiedenis zal voortleven. De eerste honkbalsuperster was ook al tijdens zijn hoogdagen een racistische herrieschopper en bijna psychotische geweldenaar, die even entoesiast zowel vrouw en kinderen als tegenstanders in elkaar sloeg. Door iedereen verlaten, wacht hij verbitterd zijn einde af. De spookschrijver (Robert Wuhl), die hij in 1960 inhuurt om zijn levensverhaal te noteren, verzet zich echter tegen het in stand houden van de myte van de grote atleet. In ’t geniep werkt hij aan een ongekuiste versie van de Cobb-biografie, waarin hij de waarheid wil vertellen, wat totaal haaks staat op Cobbs geloof dat de Amerikaanse kindertjes helden nodig hebben.

Deze pijnlijk lucide bespiegeling over het monster achter de held is in het O.J. Simpson-tijdperk betekenisvoller dan ooit, maar afgezien van deze pertinente boodschap, is dit ook een schitterend filmdrama. Cobbs laatste stuiptrekkingen (onder meer een autoritje tijdens een sneeuwstorm in Nevada, een braspartij in een nightclub) worden door Shelton meeslepend in beeld gezet ; het motief van de biograaf die gedwongen wordt zijn onderwerp te verraden, levert een boeiend gewetensdrama op ; en vooral Jones vat in zijn onthutsend onsentimentele vertolking de hopeloze kontradikties van een man, die tot zijn laatste snik wordt geplaagd door demonen, geen enkele spijt betoont over zijn (wan)daden en maar om één ding is bekommerd, nl. als een held de geschiedenis ingaan.

* * * “Cobb” (Warner Home Video).

TELEX

– Ook op het vlak van de interaktiviteit laat de entertainment-gigant Disney zich niet onbetuigd. Als prelude op de Belgische release van de nieuwste tekenfilm “Pocahontas” (vanaf 22 november in de bioskoop) loopt in Metropolis in Antwerpen van 16 tot 20 november de rondreizende tentoonstelling “Disney’s Pocahontas Animatie Avontuur”. Behalve computer en Internet-informatie over de Disney-tekenfilms, omvat de attraktie ook een “Interaktieve Animatie Kiosk” waarin de moeizame totstandkoming van een tekenfilm stap voor stap wordt uitgelegd. De toegang is gratis.

– “Honderd Jaar Italiaanse Komedie” wordt van 15 tot 28 november gevierd in de UGC-Acropole-bioskopen in Brussel. Op het programma : bijna vijftig films uit dit Italiaans genre bij uitstek, van pareltjes uit de stille film tot de populaire blijspelen van Dino Risi, Mario Monicelli en Nanni Moretti. tel. (02) 223.20.20.

– Het Koninklijk Filmarchief en de Filmharmonische Vereniging zochten zes Belgische komponisten aan om een score te schrijven voor een “primitieve” film uit de beginjaren van de cinema of een avant-garde-experiment uit de jaren twintig. Het ongetwijfeld boeiende resultaat valt te beluisteren én te bekijken tijdens een uniek filmkoncert op 18 november (20 u.30) in het Lunateater in Brussel. Info : (02) 511.34.33. Reserveren : (02) 507.82.00.

PATRICK DUYNSLAEGHER

“Sister My Sister” : bloedig fait-divers.

Disney interaktief.

TOP-10 VIDEO

Een selektie van de beste videocassettes van de maand. (H = huurvideo ; K = koopvideo)

1. Cobb : zie bespreking. (H, Warner Home Video)

2. Casablanca : tijdloze romantische klassieker (uit 1942) en absolute triomf van het Hollywoodse studiosysteem. Een must in elke privé-videokollektie ! (K, MGM/UA).

3. The Jungle Book : leuke, swingende Disney-versie uit 1967 van de Kipling-klassieker. (H, Disney)

4. Through the Olive Trees : een meesterlijk Perzisch miniatuurtje van de grote Abbas Kiarostami. (K, The Collection)

5. The Magnificent Seven : een half dozijn akteurs (onder wie Steve McQueen en Charles Bronson) werden grote aktiesterren met deze gespierde avonturenfilm uit 1960, waarin enkele stoere individualisten de handen in elkaar slaan om een Mexicaans stadje te redden van plunderende bandieten. Knappe regie van John Sturges. (K, Warner Home Video)

6. Six Degrees of Separation : prima filmversie door Fred Schepisi van het vlijmscherpe, satirische toneelstuk over de Newyorkse kulturele elite. (H, MGM/UA)

7. Goldfinger : Sean Connery in het allerbeste 007-avontuur (uit 1964). Naar aanleiding van Bonds bioskoop-come-back met “Golden Eye” wordt de hele serie in nieuwe verpakking te koop aangeboden. (K, MGM/UA)

8. Nightmare Before Christmas : bizar Halloween-sprookje in briljante “stop motion”-animatie, geproduceerd en verzonnen door Tim Burton. (K, Touchstone)

9. Roots : de legendarische tv-serie over de Amerikaanse slavernij in zes banden. Kijk uit naar gastrol van O.J. Simpson ! (K, Warner Home Video)

10. The Browning Version : de tweede filmversie van een toneelstuk van Terence Rattigan over een leraar, die zijn mislukt leven onder ogen ziet, wordt gered door magistrale vertolking van Albert Finney. (H, CIC)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content