Emotionele asceten
Een vrouwelijke manager van een platenfirma zei onlangs in het maandblad Elga dat zij het met 40 uur werken per week voor bekeken houdt. De rest is voor haar gezin. Ze kan zich dat permitteren omdat ze goed omringd is, kan delegeren, snel beslist en alleen vergadert wanneer dat nodig is. Heiligschennis ? Gebrek aan inzet ? Dat zal zeker een aantal mannelijke én vrouwelijke collega’s vinden.
In Japan, waar mannen sinds jaar en dag 10, 12 uur en meer per dag op kantoor doorbrengen, komt men nu tot de bevinding dat zo’n lange werkdagen niet noodzakelijk de rendabelste zijn. Het volume werk verhoogt immers niet met het aantal uren. Men blijft op kantoor onder druk, het hoort immers niet om op tijd naar huis te gaan, en men past het werkritme aan naar beneden toe. Desondanks blijven dergelijke lange werkdagen slopend. Op dit moment lopen in Japan 200 rechtszaken rond karoshi, dood door overwerk.
Arlie Russell Hochschild, professor in de sociologie in Berkeley, deed recent onderzoek naar de manier waarop Amerikaanse gezinnen hun tijd verdelen tussen thuis en werk. Hij kwam tot de bevinding dat het gezegde over het klokje dat nergens tikt zoals thuis, tegenwoordig niet meer vanzelfsprekend is.
Mensen belijden met woorden dat ze meer tijd aan hun gezin willen besteden, maar hun daden bewijzen het tegendeel. In bedrijven waar allerlei voorzieningen als parttime werk, ouderschapsverlof, soepele werktijden en thuiswerken voorhanden zijn, wordt daar nauwelijks gebruik van gemaakt.
In diepte-interviews stelde Hochschild vast dat mensen de werkplaats gebruiken om de steeds groeiende problemen thuis te ontvluchten. Koppels die elkaar nauwelijks zien en elkaar aflossen bij de kinderzorg, gebruiken tijdgebrek als alibi om relatieproblemen voor zich uit te schuiven en confrontaties uit de weg te gaan.
Het bedrijfsleven van zijn kant doet steeds meer zijn best om een aangename werkomgeving te scheppen. De als vrouwelijk betitelde nieuwe managementcultuur zorgt er onder meer voor dat mensen zich thuis voelen op het werk. Verwarring en grensvervaging tussen het privé- en het professionele domein zijn daarvan het gevolg.
In de gesprekken over thuis en de kinderen kwam steeds weer de quality time opduiken. De professor duidt die modieuze term ongenadig als het gebruik van professionele efficiëntie om het privé-leven te managen, zodat de werktijd gevrijwaard blijft. De verhalen over kinderen bleken helemaal niet te beantwoorden aan het ideaalbeeld uit de reclamespot. Er zijn geen guitige jongetjes die in 5 minuten ontbijten met snelle cornflakes en een opgeklopt kaasje, terwijl moeder al met haar autosleutels in de hand klaarstaat voor de ochtendsprint. Echte kinderen zijn lastig en hebben lak aan ouders die efficiënt met ze willen omgaan om zich zo snel mogelijk op hun werk te storten.
Volgens professor Hochschild zijn we bezig om het leven emotioneel te downsizen. Door onze eigen noden en die van onze gezinsleden opzij te schuiven, worden we gereduceerd tot emotionele asceten. Steeds meer vrouwen gebruiken het werk als vluchtheuvel, zoals mannen dat altijd al gedaan hebben.
Niet dat de professor ons terug naar de jaren ’50 wil sturen, toen alle moeders thuis bij de kinderen waren. Maar een wereld van werkverslaafden lijkt hem toch ook niet de oplossing. Mannen en vrouwen zouden volgens hem meer evenwicht moeten vinden. De vrouwelijke manager waarover sprake in het begin heeft het misschien wel bij het rechte eind.
Tessa Vermeiren
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier