Van Abbey Road tot Graceland: tien albums genoemd naar echte plaatsen

De foto op de albumhoes van Abbey Road (1969) laat The Beatles zien op het zebrapad voor de Abbey Road Studios in Londen. Het album is dan ook genoemd naar de straat in de wijk Camden waar het zebrapad zich bevindt. Het idee voor deze platenhoes kwam van Paul McCartney. Naar verluidt kreeg de fotograaf slechts tien minuten om het beroemde portret van de vier overstekende muzikanten te maken.

Nashville Skyline (1969) was niet het eerste album van Bob Dylan dat werd opgenomen in Nashville, hoofdstad van de Amerikaanse staat Tennessee en ook wel bekend als de hoofdstad van de countrymuziek. Zijn vorige twee albums, ‘Blonde On Blonde’ en ‘John Wesley Harding’, werden daar ook opgenomen. Wel was het de eerste keer dat Dylan de countrymuziek volledig omarmde en zich daarom in de Nashville-gemeenschap integreerde.

Het zevende album van de Amerikaanse indierockband Bright Eyes is vernoemd naar het stadje Cassadaga in Florida, dat bekendstaat als ‘Psychische hoofdstad van de wereld’. Zanger en gitarist Conor Oberst bracht er enige tijd door in het ‘Cassadaga Spiritualist Camp’ en besloot om zijn album uitgebracht in 2007 ernaar te vernoemen. In Cassadaga (Seneca-Indisch voor ‘water onder de rotsen’) leeft nog steeds een kleine gemeenschap van mediums en aanhangers van het spiritisme.

Blue Slide Park (2011) is het debuutalbum van de Amerikaanse rapper Mac Miller. De titel verwijst naar een specifiek gedeelte van het Frick Park in Pittsburgh, Pennsylvania. Een deel van de videoclip voor ‘Frick Park Market’ werd gefilmd in de speeltuin dichtbij de school waar hij als kind naartoe ging. Nadat de rapper een jaar geleden overleed, werd ‘Blue Slide Park’ als zoekterm veranderd in ‘Mac Miller’s Blue Slide Park’.

Graceland is het zevende studioalbum van de Amerikaanse folkmuzikant Paul Simon, uitgebracht in 1986. Bij de creatie van zijn album bleef Simon steeds maar ‘I’m going to Graceland’ zingen, ook al wilde hij niet dat het een nummer over Elvis Presley werd. Toch besloot hij om een roadtrip te maken naar het landgoed waar Elvis tot aan zijn dood woonde en ook begraven ligt. Bij het lezen van het grafopschrift brak Simon naar eigen zeggen in tranen uit.

De Britse band Portishead werd bij zijn ontstaan in 1991 vernoemd naar het gelijknamige stadje nabij Bristol, waar het drietal Geoff Barrow, Adrian Utley en Beth Gibbons opgroeiden. De kuststad in het zuiden van het Verenigd Koninkrijk heeft een lange geschiedenis als vissershaven. Bovendien is er een openbare kunstroute die je langs galerijen, historische gebouwen en openbare tuinen voert. Ook het tweede album van de groep kreeg de naam ‘Portishead’ (1992). Hoewel de groep beschouwd wordt als een van de pioniers van de triphopmuziek, heeft Barrow liever niet dat zijn muziek tot dit genre gerekend wordt.

Het tweede muzikaal avontuur van Andre 3000 en Big Boi verwijst naar Atlanta, waar beide rappers opgroeiden. De woordspeling roept het geïsoleerde gevoel op dat ze hadden in hun thuisstad, afgesneden van de rest van de Amerikaanse cultuur. André Benjamin en Antwan Patton ontmoetten elkaar in de late jaren 80 op de middelbare school. Ze kwamen elkaar geregeld tegen in rap battles en waren zo onder de indruk van elkaars kwaliteiten dat ze hun eigen hiphopgroep OutKast begonnen.

Van 1998 tot 2004 nam de experimentele noiserockband Sonic Youth vier albums op in zijn eigen Echo Canyon Studios in New York City. Het derde album, Murray Street (2002), is na de aanslagen van 9/11 vernoemd naar de straat waar de studio zich bevond. Een motor van een van de vliegtuigen die de torens raakte, stortte neer in het midden van Murray Street op die gruwelijke septemberochtend in 2011.

Michigan – voluit ‘Sufjan Stevens Presents… Greetings from Michigan, the Great Lake State’ op de hoes – is het derde studioalbum van de Amerikaanse singer-songwriter Sufjan Stevens. De plaat bevat nummers die verwijzen naar mensen, evenementen en plaatsen uit de Amerikaanse staat Michigan. Zo zingt hij bijvoorbeeld ‘I’ve seen my wife at the K-Mart’ (een winkel) in de song getiteld ‘The Upper Peninsula’, het Bovenschiereiland van Michigan. Het was het eerste album van wat Stevens zijn ’50 Staten-project’ noemde, waarmee hij van plan was om vijftig albums uit te brengen geïnspireerd door elke Amerikaanse staat.

‘Dusty in Memphis’ uit 1969 werd een klassieker van Dusty Springfield, de populaire Britse zangeres uit de jaren zestig die de bijnaam ‘The Queen of White Soul’ kreeg. Zoals de titel aangeeft, werd het album grotendeels opgenomen in Memphis, de grootste stad van de Amerikaanse staat Tennessee. De instrumenten werden opgenomen in de American Sound Studios in Memphis, maar voor de zangopnames trok Springfield naar New York City, nadat haar eerste vocale opnamesessies onbevredigend waren gebleken.