Dit zijn de mooiste stadjes in Normandië

Van de statige badplaats Cabourg tot historische hoofdstad Rouen en van het glamoureuze Deauville tot het landelijke, fraai gelegen Lyons-la-Forêt: dit zijn de mooiste stadjes en dorpjes in Normandië.
Lees ook:
De mooiste dorpjes in Frankrijk
Bij de naam Bayeux denk je waarschijnlijk meteen aan het wereldberoemde tapijt dat hier al zo’n duizend jaar veilig bewaard en getoond wordt. Het zeventig meter lange wandkleed beeldt de Slag bij Hastings uit die in 1066 werd uitgevochten tussen Willem de Veroveraar en de Angelsaksische koning Harold. Het doek stamt waarschijnlijk uit 1068.
Maar Bayeux is meer dan dit bijzondere tapijt. Ook het middeleeuwse stadscentrum met de in 1077 gebouwde Notre Dame kathedraal is een wandeling waard. Sporen uit de Tweede Wereldoorlog zijn hier ook te vinden, in het Musée Mémorial de la Bataille de Normandie. Bayeux was de eerde stad die in 1944 werd bevrijd door de Geallieerden.
Een fragment van het vermaarde wandtapijt.
Rouen lijkt wel één groot historisch openluchtmuseum. Het is niet voor niets de hoofdstad van Normandië. De stad is ook onlosmakelijk verbonden met de Franse heldin Jeanne d’Arc die hier in 1431 op de brandstapel op de Oude Markt aan haar einde kwam.
Aan de vele kerken in de stad dankt Rouen de bijnaam ‘de stad met de honderd klokketorens’. Een van die torens behoort toe aan de prachtige gotische Notre Dame kathedraal. Wandel wat rond door het centrum tussen de kleurrijke vakwerkhuizen, langs de oevers van de Seine, over het rustige Malou kerkhof en spring zeker ook even binnen bij het Museum voor Schone Kunsten.
De ruïne van het robuuste Château Gaillard torent boven het stadje Les Andeleys uit. Dit kasteel werd in 1196 gebouwd in opdracht van Richard Leeuwenhart. Alhoewel de ruïne op zich al indrukwekkend is, krijg je er nog een schitterend uitzicht over Les Andeleys en de Seine als cadeautje bij.
Les Andeleys zelf is niet zo groot, maar zeker leuk om te bezoeken omdat de historishe sfeer er goed bewaard is gebleven.
.
Deauville ziet eruit als één grote filmlocatie. Er werden al heel wat films opgenomen en sinds 1975 heeft het kuststadje zijn eigen Amerikaanse filmfestival waar grote Hollywoodsterren naartoe komen.
Wat is er zo bijzonder aan Deauville? De architectuur met zo’n 550 beschermde gebouwen – hoofdzakelijk Anglo-Normandische villa’s – het glamoureuze imago, de zee en het strand zonder hoogbouw.
Trouville-sur-Mer ligt op een steenworp afstand van het mondaine Deauville, maar de sfeer is er helemaal anders: smalle straatjes, kleine vissershuisjes, een breed zandstrand met zicht op de statige huizen uit de tijd van de belle époque.
.
Het havenstadje Honfleur is weliswaar klein, maar toch een van de indrukwekkendste stadjes in Frankrijk. En daar zijn genoeg redenen voor: de geplaveide straten, de kleurrijke huizen, het mooie licht waar schilders als Claude Monet al lyrisch over waren, de Greniers à Sel (grote stenen gebouwen uit de zeventiende eeuw waarin zout werd bewaard) en de talrijke historische monumenten.
.
Etretat is vooral bekend om de merkwaardige witte kliffen die wel doen denken aan een olifant. Net als Honfleur heeft Etretat altijd schrijvers en kunstenaars aangetrokkken die afkomen op de schoonheid van deze kliffen en het speciale licht.
Het historische stadje zelf met als één van de blikvangers de houten overdekte markt is een extra reden om Etretat te bezoeken.
Wereldberoemd is dit stadje aan de Seine en dat heeft alles te maken met de impressionistische schilder Claude Monet. Hij woonde er tussen 1883 en 1926 en zorgde ervoor dat er meer kunstenaars kwamen wonen.
Het hoogtepunt van een bezoek aan Giverny is dan ook een bezoek aan zijn huis en tuin. Wanneer je door de tuin wandelt, zie je de watertuin met het Japanse bruggetje, de waterlelies en de blauwe regen die je kent van zijn schilderijen.
Mont Saint Michel is één van de belangrijkste toeristische attracities in Frankrijk. Het rotsachtige eiland net voor de Normandische kust met de imposante abdij, zie je al van ver boven de zee uittorenen. Het staat sinds 1975 op de Unesco lijst van werelderfgoederen.
De geschiedenis van het klooster gaat al terug tot de vijfde eeuw. Rondom het klooster liggen enkele steile trapstraatjes. Bij eb kan je naar het eilandje wandelen, bij vloed is het omringd door water, maar is het te bereiken via een brug.
Beuvron-en-Auge staat op de lijst met ‘Les Plus Beaux Villages de France‘ (de mooiste dorpjes in Frankrijk). Ook maakt het dorpje met zijn 17e-eeuwse vakwerkhuizen deel uit van de Cider Route.
In die huizen zijn kunst- en antiekwinkeltjes gevestigd en zaakjes waar ze lokale lekkernijen zoals calvados, cider, pommel, Camembert…. verkopen.
Ook Le Bec Hellouin behoort officieel tot de mooiste dorpjes in Frankrijk. Het is al sinds het jaar 1000 een religieus centrum. Dat heeft alles te maken met de Abdij Notre Dame du Bec. Dat is dan ook een van de monumenten die je hier zeker moet bezoeken.
Enkele andere religieuze bezienswaardigheden zijn de Sint Andreas kerk gebouwd in 1039 en het klooster St. Francoise. Het dorpje zelf is zeker ook leuk om doorheen te lopen: mooie straatjes met vakwerkhuizen en overal vrolijke bloemen.
Het kleine Lyons-la-Forêt ligt verscholen in een mooi beukenbos en telt nog geen duizend inwoners. Het mag zich een van de mooiste dorpjes in Frankrijk noemen. Kunstenaars als Maurice Ravel en Jean Renoir wisten dat al en vertoefden er graag.
Tussen de romantische vakwerkhuizen valt de overdekte markthal uit de achttiende eeuw op. Pik een terrasje en geniet van het fijne uitzicht en de gemoedelijke sfeer.
Ook Saint Ceneri le Gerei staat op de ljst van mooiste Franse dorpjes. Het dorpje ligt mooi verscholen in het Regionaal Natuurpark Normandië – Maine. Hier vind je geen vakwerkhuizen, maar stenen huizen met gekleurde luiken en een romantische brug over de rivier.
Je kan Saint Ceneri le Gerei best eens tegenkomen op een schilderij want verschillende kunstenaars – waaronder Gustave Courbet – verbleven er en vonden er inspiratie voor hun doeken.
Nog een dorp dat tot de mooiste in Frankrijk behoort. In het verleden was Barfleur een belangrijke havenstad. Dat is tegenwoordig niet meer zo, maar omdat alles er nog uitziet zoals toen kan je je zo inbeelden hoe het er in de Middeleeuwen aan toeging.
Zoek een mooi plekje om te zitten en geniet van het uitzicht over de zee, de vissers in hun bootjes en de kerk die op een middeleeuws fort lijkt en proef van de plaatselijk gevangen mosselen die bekendstaan om de uitstekende kwaliteit.
Veules-les-Roses is het vijfde en laatste dorpje in Normandië dat tot de mooiste in Frankrijk behoort. Het telt maar krap 600 inwoners en is genoemd naar de Veules, met een lengte van iets meer dan één kilometer de kortste rivier in Frankrijk.
Veules-les-Roses is een uiterst charmant kustplaatsje met boerderijen met rieten daken, fleurige tuinen en watermolens. Bijzonder is dat langs de rivier al zo’n 600 jaar waterkers verbouwd wordt.
Pont l’Éveque, bekend van de gelijknamige kaas, is een mooi stadje gelegen aan drie rivieren. Alhoewel Pont l’Éveque flink beschadigd raakte tijdens de Tweede Wereldoorlog, is er gelukkig ook het nodige bewaard gebleven.
Zo staan er nog historische vakwerkhuizen, de laatgotische Eglise Saint-Michel en La Joyeuse Prison, een gevangenis uit 1811.
Le Havre werd vroeger gezien als een grauwe industriestad, nu is het juist een toonbeeld van moderne architectuur. Dat heeft alles te maken met de Tweede Wereldoorlog. Aan het einde van de strijd werd het centrum van Le Havre bijna volledig plat gegooid. Architect Andre Perret kreeg daarna de opdracht om de stad snel op te bouwen. Maar ook andere beroemde architecten zoals Bellarmato, Oscar Niemeyer, Reichen & Robert en Jean Nouvel lieten er hun sporen achter.
De stad veroverde er een plaats op de Unesco lijst van werelderfgoederen mee. Le Havre is ook rijk aan musea. Het impressionisme werd hier immers geboren. Een van de musea die je in Le Havre eens zou moeten bezoeken is het Malraux Modern Art Museum.
Caen behoort tot de grotere steden in Normandië. De stad kreeg het zwaar te verduren tijdens de Tweede Wereldoorlog. Gelukkig overleefden heel wat historische monumenten de strijd of ze werden na de oorlog opnieuw gebouwd.
De geschiedenis van Caen gaat zo’n duizend jaar terug in de tijd. Het was de favoriete stad van Willem de Veroveraar die er twee abdijen liet bouwen: een Mannen- en een Vrouwenabdij. Tegenwoordig vind je in Caen een geslaagde combinatie van oud en nieuw, veel parken, een paardenrenbaan en verschillende interessante musea.
Lisieux is na Lourdes de belangrijkste bedevaartsplaats in Frankrijk. De heilige Theresia van het Kind Jezus leefde er in het klooster. Ter ere van Theresia werd er een grote basiliek aan de rand van de stad gebouwd.
Net zoals zoveel andere plaatsen in Normandië veranderde Lisieux in de Tweede Wereldoorlog in een grote brandende puinhoop. Onder andere de kathedraal Saint-Pierre overleefde het oorlogsgeweld.
Fécamp ligt op een schitterende locatie aan de Côte d’Albâtre omringd door witte kliffen. De beroemde likeur Bénédictine komt uit Fécamp en wordt er nog altijd gedistilleerd in het imposante Palais Bénédictine.
Bezoek in Fécamp ook de abdijkerk Saint Trinité, het paleis van de hertogen van Normandië en het museum dat het verhaal vertelt over de kabeljauwvisserij vanuit Fécamp in de wateren rond de Canadese provincie Newfoundland.
Dieppe heeft een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van Frankrijk. Dat komt door de strategische ligging aan het Kanaal tussen het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Het Kasteel van Dieppe was van groot belang tijdens de Honderdjarige Oorlog. Meer recentelijk speelde zich hier een drama af op 19 augustus 1942. De Geallieerden planden op die dag de eerste grote aanval – Operation Jubilée – in Normandië, maar die liep uit op een fiasco met vele gedode soldaten tot gevolg. Het verhaal over die funeste dag wordt uitgebreid uit de doeken gedaan in het Mémorial du 19 août 1942.
Vrolijker is de geschiedenis van Dieppe als oudste badplaats in Frankrijk. Al sinds begin 1800 vieren badgangers vakantie aan de stranden tussen de witte kliffen. Ook is Dieppe de belangrijkste stad voor de visserij op sint-jacobsschelpen. Je kan ze zelf proeven in de restaurantjes in de haven.
Cabourg is een statige badplaats met een heerlijk zandstrand, een autovrije promenade, elegante villa’s, weelderige tuinen, een Grand Hotel, paardenrenbaan, een reuzenrad en natuurlijk ontbreekt ook een Casino niet.
Voor de literatuurliefhebbers: Marcel Proust woonde er een tijd en vond er inspiratie voor zijn romancyclus ‘À la recherche du temps perdu’. Het fictieve plaatsje Balbec baseerde Proust op Cabourg. Om de schrijver te eren draagt de promenade zijn naam.
De naam Camembert doet natuurlijk meteen een belletje rinkelen: van de gelijknamige kaas. Hier kan je dan ook van dichtbij en stap voor stap zien hoe de beroemde kaas gemaakt wordt.
Groot is het dorpje Camembert niet – eigenlijk niet meer dan één straat – maar alleen al voor een foto met het naambordje is een uitstapje naar dit landelijke dorpje de moeite waard.
Bagnoles de l’Orne is het enige kuuroord in dit deel van Frankrijk. En bij een kuuroord hoort doorgaans een elegante, statige architectuur. In Bagnoles de l’Orne is dat niet anders.
Net zoals de meeste kuuroorden ligt ook Bagnoles de l’Orne in een prachtige, bosrijke omgeving. Behalve je er laten verwennen in een spa, kan je je vergapen aan de mooie 19e-eeuwse gebouwen en actief bezig zijn: wandelen, fietsen, golfen, paardrijden, een avonturenparcours afleggen, zwemmen….
Vanaf 1450 voeren schepen vanuit Granville helemaal naar het Canadese Newfoundland om daar kabeljauw te vangen. Later kreeg de kustplaats een slechte reputatie als piratenstad. Tegenwoordig is het eerst en vooral een fijne badstad met een mooi en ommuurd historisch centrum.
.
Anders dan de meeste plaatsen in Normandië is Alençon de geschiedenis zonder veel kleerscheuren doorgekomen. De met hout gedecoreerde huizen, de herenhuizen met ijzeren balkons, het robuuste Château des Ducs, de mooie kerken, de graanhalen en musea staan er allemaal uitstekend bij.
De stad met de bijnaam ‘La Belle Endormie’ (De Schone Slaapster) is bovendien nog altijd trots op het wereldberoemde kantwerk dat er al sinds de zestiende eeuw wordt gemaakt. Ook de heilige Theresia van Lisieux die in Alençon werd geboren, heeft nog altijd een speciaal plaatsje in de harten van de bewoners.
Arromanches is vooral bekend om de cruciale rol die de kustplaats in de bevrijding van Europa speelde. De Geallieerden wilden er aan het einde van de Tweede Wereldoorlog een kunstmatige haven aanleggen. De resten van deze haven zijn nog de getuigen van die zwaarbevochte periode. In een museum kan je zien hoe de haven er in die tijd uitzag.
Naast de oorlogsresten zijn indrukwekkende monumenten op de stranden neergezet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier