De naturistencamping uitgetest: hoe doe je dat, in je blootje tussen wildvreemden?
Naturistencampings hebben de wind in de zeilen dankzij de interesse in natuurreizen en authentieke vakanties. Maar hoe gaat dat dan, zo in je blootje tussen wildvreemden? Is het één grote vleeskeuring? Onze man trok zijn stoute schoenen aan – en zijn kleren uit.
Een broeierige zomerdag in de Provençaalse Gard, enkele dagen voor de vakantie-uittocht in de Franse buurlanden. Aan de receptie van het Domaine de la Sablière, een van Europa’s grootste naturistencampings, staan rond het middaguur een tiental gasten netjes in de rij om in te checken. Ze staan voor mijn ogen te smelten en zijn vast ongeduldig om hun kleren van zich af te gooien. Toch laten ze me zonder morren voordringen. Die dag zit mijn verblijf er alweer op, en de tgv naar Brussel wacht niet.
Dat ik het receptiegebouw stommelings ben binnengevallen is nog het minst komische aspect van het tafereel. Zo gekleed als het gezelschap in de ruimte namelijk is, zo naakt ben ik zelf. Op dit kruispunt van de geklede en de naakte wereld kijkt niemand er echter van op. Na een weekje naturisme ben ik me ook van geen kwaad bewust: buiten én binnen is het 38 graden, en dus heb ik me voorgenomen om pas aan de slagboom van het domein weer vestimentaire zorgen toe te laten, FawltyTowers-achtige toestanden of niet.
De taferelen wennen razendsnel: naakt rondlopen is niet bijzonder als iedereen het doet
Toevluchtsoord
‘Terug naar de natuur’ is in La Sablière een understatement. Bij de eerste kennismaking is de grootste verrassing niet dat iedereen in zijn blootje loopt, maar het dichtbeboste landschap van de camping: zeventig hectare beschermde natuur in de Cèze-vallei. Eindeloze vergezichten, steile hellingen die naar een uitgestrekt rivierstrand honderdzestig meter lager leiden, meer groen en kalkrotsen dan in Jurassic Park – ik raak er niet op uitgekeken.
De voordien onbewoonbare site in Saint-Privat-de-Champclos is het levenswerk van Gabrielle Céspèdes, die net als haar inmiddels overleden echtgenoot Philippe opgroeide in Nîmes en eind jaren zestig verliefd werd op de plek. ‘We waren fervente wildkampeerders en trokken elk weekend naar de Cevennen’, vertelt de uitbaatster me bij een welkomstdrankje. Mijn kleren zijn op dat moment al lang uit, maar daarover straks meer.
Het duo bouwde een échappatoire in hout en verbleef er jarenlang zonder elektriciteit of stromend water. Mettertijd ontstond het idee voor een naturistencamping, per slot van rekening was het conservatief opgevoede koppel hier niets anders gewoon. Bij de opening in 1975 waren er 33 kampeerplaatsen met eenvoudige gemeenschappelijke voorzieningen, nu herbergen de zorgvuldig bewaarde bossen er ruim vijfhonderd, waarvan de helft met goed uitgeruste chalets, stacaravans en bungalowtenten. ‘Ons doel was altijd om de natuur te beschermen, niet om haar te vernietigen’, zegt de voormalige boekhoudster over de stapsgewijze uitbreiding, die de camping een Green Key-certificaat opleverde.
De stilte op het domein is haast onwezenlijk. Nochtans verblijven hier in het hoogseizoen dagelijks drie- tot vierhonderd families, goed voor zo’n 1500 vakantiegangers. Hoofdzakelijk uit Frankrijk, al zitten de Belgen en Nederlanders hen kort op de hielen. ‘We waren ze een tijdje kwijtgespeeld, maar de interesse bij jonge gezinnen neemt toe’, zegt Gaby. Al hebben de nieuwkomers wel een andere instelling: ‘Vroeger wilden naturisten gewoon in de natuur kamperen en staken ze zelf de handen uit de mouwen, nu willen de meesten in de eerste plaats genieten. Ze komen voor de natuur, de rust, de wandelroutes en vergeten sensaties, maar ze willen ook comfort en zorgeloosheid in een omgeving waar alles voorhanden is.’ Glamping is dus niet veraf: drie zwembaden, een sauna, beautysalon en fitnessruimte, twee restaurants en een snackbar, een dagelijks aangevulde superette – back to basics is hier geen verplichting.
Tennissen zonder kleren
Naturisme en privacy lijken dan een moeilijke match, het tegendeel blijkt waar. De chalets en kampeerplaatsen liggen verscholen in het groen, ik moet dus niet voor de ogen van de wereld met de billen en de rest bloot. Toch ben ik blij dat ik voor de korte pijn heb gekozen en nog voor het uitpakken – allemaal kleren die ik de volgende dagen niet zal bekijken – in mijn blootje sta. Niets trekt meer de aandacht op een naturistencamping dan iemand die gekleed rondloopt.
‘Voor onzekere pubers en ongestelde vrouwen maken we een uitzondering,’ zegt Gaby, ‘net als voor activiteiten en medische aandoeningen die kleding vereisen.’ Op dansavonden is textiel zelfs verplicht. Verder is de regel echter dat je naakt rondloopt zolang het weer dat toelaat. Zelfs in het restaurant, de gym en op andere plekken waar kleding optioneel is, kan ik de pareo’s en bermuda’s op één hand tellen.
Gelukkig maar, zegt Eva, een Gentse veertiger die de volgende ochtend een gesprek aanknoopt. ‘Sinds een ex-lief me over de streep trok, bezoek ik uitsluitend naturistencampings, maar als vrouw moet ik toch elke keer een zekere schroom overwinnen. Dat lukt voor mij alleen maar als iedereen het spel meespeelt.’ Of toch bijna iedereen, want de arbeidswetgeving verplicht obers en ander personeel om gekleed te zijn.
Al gauw waan ik me dan ook in een andere wereld: een waarin mensen in hun blootje tennissen, fietsen en tafelen, al komt er bij die laatste activiteiten wel een handdoekje aan te pas. De taferelen wennen razendsnel, en dat is niet verwonderlijk: naakt rondlopen is niet bijzonder als iedereen het doet en verlost je van een hoop gedoe. ’s Ochtends niet moeten nadenken over je kleding, meteen van je bed en de douche naar buiten kunnen stappen: het gevoel van vrijheid en onthechting is verslavend. Net alsof alles net een stukje intenser wordt. Een zuchtje wind op je huid voelen, ’s avonds naar de sterrenhemel turen – naakt stellen je zintuigen zich er eens zo hard voor open.
Bloot is iedereen gelijk
Wat ook meteen opvalt is hoe open en sociaal mensen zijn eens ze uit hun schulp van katoen en linnen kruipen. Niemand loopt elkaar hier voorbij zonder de ander te begroeten, en aan het zwembad duik ik van het ene gesprek in het andere. ‘Op een naturistencamping laat je je sociale status achter in de vestiaire’, had Gaby me verteld, en ik begrijp snel wat ze bedoelt. Bouwvakker, advocaat, kunstenaar of leraar, hetero of niet, links of rechts: zonder kleding heb je er helemáál het raden naar.
‘Om te pronken ben je hier aan het verkeerde adres’, beaamt Didier, een Antwerpenaar uit het bankwezen die met zijn vrouw in een eenvoudige tweedehandscaravan verblijft en zijn vakantie een vorm van rebellie noemt. ‘Er verzorgd en modieus bijlopen, je zorgen maken over wat ‘de mensen’ zouden kunnen denken, vermijden dat je een foute indruk maakt: hier moet dat allemaal niet.’ Hij is ervan overtuigd dat naturisten socialer en toleranter zijn dan andere vakantiegangers: ‘Zonder uiterlijk vertoon neem je elkaar zoals je bent, zonder vooroordelen. Op een textielcamping weet ik nauwelijks wie mijn buren zijn, hier maken we vrienden in de gemeenschappelijke douche en zouden we elke avond bij een ander gezin kunnen eten.’
Naturisme is als een warm bad van respect en tolerantie. Niemand wordt uitgelachen, en niemand staart
Dé naturist bestaat trouwens niet, benadrukt Didier. ‘Sommigen hebben genoeg aan een tentje en trekken elke dag de natuur in, anderen verlangen naar luxe en liggen urenlang aan het zwembad. Daar word je hier niet op aangekeken: bloot is iedereen gelijk.’ Zelf ben ik bij deze temperaturen vooral van het luie type. Pottenbakken, botanische wandelingen, de kookworkshops: het hele activiteitenprogramma gaat aan me voorbij. Laat staan dat ik ga boogschieten of petanquen – klassiekers onder naturisten. 41 graden: het enige wat nog net lukt, is pendelen tussen het zwembad, ijskoude douches in mijn chalet en het koelvak in de supermarkt. Een rayon met fijne vleeswaren: dat verkwikt.
De naakte waarheid
‘Je gaat het toch niet alleen maar over blootlopen hebben?’ krijg ik meermaals te horen. Die naaktheid is maar een detail, benadrukken velen, naturisme gaat vooral om respect voor jezelf en je omgeving. Tegelijk kan ik me La Sablière moeilijk als een geklede camping voorstellen: het verschil met andere vakantieoorden en het leven van elke dag is gigantisch, de buitenwereld zo veraf – dat kan niet aan het paradijselijke kader alleen liggen. Bovendien willen velen niet eens meer denken aan een textielvakantie. ‘Ik heb het vorig jaar nog één keer geprobeerd,’ bekent een dertigjarige verkoopster uit Tilburg, ‘een strandvakantie aan de Costa Brava met vrienden. Goed gezelschap en een mooie omgeving, maar echt op adem komen en herbronnen, los van alles? Echt niet.’
Er valt iets voor te zeggen dat naturisme selectief blind maakt. Hangborsten, bierbuiken, spataders en grove littekens, een verrimpeld vel of eerder melkwit als het mijne: niemand kijkt ervan op in La Sablière, en van atletisch gebouwde lichamen al evenmin. ‘Ik voel me nooit bekeken of gekeurd’, zegt de Nederlandse, die zelf aan de vollere kant is. ‘Hier ben je zoals je bent, iedereen mag er zijn. Op een textielstrand bedek je alles netjes, maar net daar heb je die druk van het lichamelijke en schoonheidsidealen. Wat je verhult is minstens zo interessant als wat je toont, en uiteraard wil je dan een badpak dat je staat. Daar gaan mensen dus kijken.’
Ze lacht als ik zeg dat de naakte waarheid deugd doet. Al die perfect onperfecte mensen bij elkaar in een sfeer van vertrouwen, zonder schaamte en complexen, zonder afkeurende blikken of kritiek: het maakt een mens op slag milder voor zichzelf. Of hoe een naturistencamping ook een beetje een reis naar je lijf is. ‘Dat heb ik dus ook. Naturisme heeft me meer vertrouwd gemaakt met mijn lichaam en geholpen om er toch tevreden mee te zijn. Thuis slaat de onzekerheid nog weleens toe, hier zit ik gewoon lekker in mijn vel.’
Waarna we ik-weet-niet-hoe bij het gemiddelde mannelijke geslacht op de camping belanden – ontnuchterend klein, vinden we allebei – en het verschil tussen kijken en gluren. ‘Naturisme is als een warm bad van respect en tolerantie. Niemand wordt uitgelachen, en niemand staart. Opgewonden raak je er al helemaal niet van: allemaal naakte mensen bij elkaar, bloot vlees zonder opsmuk, dat is zo prikkelend als een medisch onderzoek. Maar we moeten niet flauw doen: een man met een mooie kont, die spot ik ook.’ Gelukkig maar, ik begon stilaan te vrezen dat naturisten de nieuwe puriteinen waren.
Naturist in de kast
Zo makkelijk en gepassioneerd als vakantiegangers hun verhaal delen – ‘Naturisme bevordert het samenleven, je kunt het niet genoeg promoten’ – zo terughoudend zijn velen erover in hun eigen omgeving. Collega’s en vrienden zouden het toch niet begrijpen, klinkt het, anderen vrezen regelrechte afkeuring of zien op tegen de flauwe moppen. Sommige habitués op de camping delen hun vakantiebestemming niet eens met hun kinderen, ook al zijn ze met pensioen en hun kroost volwassen. Naturisten in de kast in 2019? Het lijkt me eerder de regel dan de uitzondering.
‘Vroeger was de aanvaarding groter’, denkt de echtgenote van Didier. ‘Nu wordt naakt van de sociale media en uit kunstexpo’s geweerd, en wordt het zelfs een taboe onder kinderen. Velen kunnen zich bij een mannen- of een vrouwenlichaam niets anders voorstellen dan een gefotoshopt modellenlijf of een pornobom. Dan is het niet vreemd dat naakt mensen onzeker maakt en meteen aan seks doet denken.’ Uitleggen dat naturisme niets te maken heeft met exhibitionisme en voyeurisme zet weinig zoden aan de dijk, denkt haar man. ‘Op een camping als deze heerst meer discretie en sociale controle dan in andere vakantieparken, maar daar kunnen mensen zich weinig bij voorstellen. Je moet het meemaken om het te geloven.’
Een ervaring die fysiek en mentaal zo heilzaam is en tegelijk nog zo veel weerstand oproept: op weg naar huis kan ik er met mijn hoofd niet bij. De trein rukt me met driehonderd kilometer per uur uit een volmaakte droom. ‘Naturisme verandert niet alleen je zelfbeeld,’ had Gaby me gewaarschuwd, ‘maar ook hoe je naar de wereld kijkt’. Slalommend in een veel te strakke bermuda tussen de mensenmassa in het station van Lyon besef ik dat elk woord daarvan klopt.
Het Domaine de la Sablière is geopend van begin april tot eind september. Soloreizigers hebben een lidkaart van de Belgische of Franse naturistenfederatie nodig. villagesabliere.com, nl.france4naturisme.com, naturisme.be, ffn-naturisme.com
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier