Hoe Carnaby Street (opnieuw) aan zijn mojo kwam

© Wim Denolf

Eind jaren zestig werd een onbeduidende Londense straat een hotspot voor rebelse jongerenmode. De halve muziekwereld deed er zijn inkopen. Toen kwamen de toeristen.

“Everywhere the Carnabetian army marches on, each one a dedicated follower of fashion” zongen The Kinks in 1965. Tegen die tijd konden zeker Britse fashionistas Carnaby Street met de ogen dicht aanduiden op de kaart. Nochtans stond de 17de eeuwse straat op loopafstand van Oxford Circus lange tijd in de schaduw van de theaterzalen en uitgaansplekken elders in Soho. Een pesthuis (een van de eerste in de stad), naaiateliers van de kleermakers in het naburige Saville Row, goedkope, maar ook armzalige woningen: veel meer vertelden de geschiedenisboeken niet over “Carnaby Village”.

Verwijfd

Hoe Carnaby Street (opnieuw) aan zijn mojo kwam
© Wim Denolf

De eerste kledingwinkel in de buurt opende in ’54. Vince in Newburgh Street – toen een pionier in beatnikmode, nu een Levi’s Vintage-shop – was een mannenwinkel van Bill Green, een fotograaf van spierbundels en worstelaars die zelf de (homo-erotische) outfits van zijn modellen verzorgde. Later trokken zijn kleurrijke, volgens de goegemeente “verwijfde” ontwerpen in stoffen als fluweel en zijde en strakke jeans klanten als Pablo Picasso en Sean Connery. Die laatste, toen nog een beginnend acteur, poseerde ook voor de krantenadvertenties van Vince, als een matroos uit Jean Genets Querelle.

De echte doorbraak volgde pas in ’58, na de opening van His Clothes. Eigenaar John Stephen, later afwisselend “The King of Carnaby Street”, “The £1 Million Mod” en “The Modfather” genoemd, was een schoolverlater uit Glasgow die vervolgens in de leer ging als lasser in de scheepsbouw – een job die destijds moeilijk te rijmen viel met zijn geaardheid, noch met zijn zwak voor verfijnde mannenmode.

De echte doorbraak volgde pas in ’58, na de opening van His Clothes.

De Schot verhuisde op zijn achttiende naar Londen, waar hij aanvankelijk de kost verdiende als ober en winkelassistent. Dankzij de import van Amerikaanse jeans kon hij zich enkele jaren later echter al een Rolls Royce veroorloven en een eigen zaak. En ook His Clothes sloeg in als een bom. Een knalgeel interieur, trendy muziek en personeel, een goedkoop aanbod met vernieuwende stoffen, pasvormen en details, veel lekstokkleuren en bloemmotieven: His Clothes was een Topman avant la lettre. “Het maakte niet uit hoe snel alles uit elkaar viel”, zou jazzartiest George Melly later zeggen. “Het doel was van de stukken was niet om duurzaam te zijn, maar om te verblinden”.

Hoe Carnaby Street (opnieuw) aan zijn mojo kwam
© Wim Denolf

Stephens destijds flamboyante smaak sloeg al gauw aan bij de stijlbewuste Mods, maar ook bij artiesten als de Rolling Stones, The Kinks en Jimi Hendrix. Voor een tv-optreden van Cliff Richard maakte hij last minute dan weer een sweater uit een deken in mohair. “Stephen bedacht een look voor jonge mannen die uitbundig, zwierig en plezant was”, vatte mede-uitvindster van de minirok en de hotpants Mary Quant zijn “peacock revolution” samen. De stijlbreuk met de traditionele Britse tailors was groot.

Filmset

Eens het vernieuwende concept van His Clothes en de oprukkende jongerenmarkt – de eerste tieners met een eigen besteedbaar inkomen – hun leefbaarheid bewezen hadden, was er geen houden aan. Begin jaren zestig opende de ene winkel na de andere en werd Carnaby Street een hotspot voor rebelse jongerenmode. Welgestelde jongelui shopten in King’s Road, de arbeiders- en lagere middenklasse in Soho.

“Carnaby Street leek op een filmset, heel anders dan de identieke look van andere Londense buurten”, schreef Biba-oprichtster Barbara Hulanicki jaren geleden in The Financial Times. “Er hingen Britse vlaggen aan de gevels, er stonden kledingrekken buiten, er schalde muziek en er hing een energie in de lucht zoals nergens anders.”

Jachtluipaard

Mods, hippies en andere jongeren vonden in en rond Carnaby Street dandyspullen, parka’s, afgewassen denim, bell-bottoms en andere betaalbare spullen. Zo specialiseerde I Was Lord Kitchener’s Valet zich in military wear en Union Jack-hemden (de etalage van de zaak inspireerde ontwerper Peter Blake en The Beatles voor de hoes van Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band) en was Mates een van de eerste unisekswinkels. Bezoekers van de buurt konden ook gewoon hun ogen de kost geven: winkelgevels met psychedelische murals, levende modellen in de vitrine, overal viel wel iets te zien.

Hoe Carnaby Street (opnieuw) aan zijn mojo kwam
© Wim Denolf

Tom Cat vierde zijn opening in ’66 door Tom Jones en Casino Royale-actrice op pad te sturen met een jachtluipaard, en je kon er wel meer celebrities spotten. Jimi Hendrix, Twiggy, Brigitte Bardot, Elton John, The Who, de Stones en de Beatles: de lijst met bekende (toen nog niet van gewone stervelingen afgeschermde) “Carnabetians” is eindeloos. Modhelden The Small Faces tekenden ter plaatse een platencontract in ’65, Paul McCartney ontmoette er in ’67 zijn latere echtgenote Linda Eastman in een bar. De plek in kwestie, The Bag O’ Bails in Kingly Street, sloot een jaar later weliswaar zijn deuren en heropende pas in 2013 als private members club.

Swinging London

Carnaby Street was ook een van de hubs van de Britse muziekpers. Het in ’52 opgerichte New Music Express had er een kantoor, later volgden onder meer Smash Hits en The Face.

De wereldwijde faam van de buurt is echter te danken aan Time, dat in april ’66 zijn cover wijdde aan “swinging London” en Carnaby Street het epicentrum van de hype noemde. Het artikel had effect: eind jaren zestig was de straat qua bezoekersaantallen de tweede toeristische trekpleister van de stad, na Buckingham Palace.

We hadden dan geen internet, dankzij de muziek bereikte de revolutie van de jongerenmode toch de Vlaamse jeugd.

“Elke jongere wilde naar Carnaby Street”, zegt styliste Linda Van Waesberge, die net geen achttien was toen ze Carnaby Street kort na de publicatie in Time voor het eerst bezocht. “In België was plezante jongerenmode toen niet of nauwelijks te vinden. Een handvol kleine winkels ging in Carnaby Street wel spullen kopen, maar over het algemeen was het aanbod hier verschrikkelijk braaf en saai. Maar we wisten wat er in Carnaby Street leefde. We hadden dan geen internet, dankzij de muziek bereikte de revolutie van de jongerenmode toch de Vlaamse jeugd. Ik herinner me nog levendig de reacties op een korte gele jurk en plateauzolen die ik in Londen gekocht had – de mensen vielen net niet van hun fiets (lacht).”

Sid en Nancy

Wegens de drukte werd “Carnaby Village” in ’73 grotendeels verkeersvrij gemaakt. Al was het hoogtepunt van de hype volgens velen toen al voorbij. De verfrissende aanpak van de winkeliers en hun aanbod vonden langzaamaan hun weg naar de grote shoppingstraten, en met de toeristenstroom verarmde het aanbod.

Bovendien raakte Groot-Brittannië in de jaren zeventig in de ban van punk en gothic. “Toeristen stroomden toe in de verwachting dat ze Keith Richards zouden zien met een bontjas en een psychedelische bril, gevolgd door slanke meisjes in minrokjes en vilthoeden”, schreef Q-muziekjournaliste Mark Ellen. “In plaats daarvan vonden ze mod revivalwinkels en punkzaken vol gescheurde plastic broeken, geruite heupdoeken en Sid en Nancy T-shirts”.

Mix

Hoe Carnaby Street (opnieuw) aan zijn mojo kwam
© Wim Denolf

Rebels is Carnaby Street anno 2017 niet meer. Maar een tourist trap is de jaarlijks door 44 miljoen mensen bezochte buurt evenmin. Daar maakte vastgoedinvesteerder Shaftesbury, eigenaar van de meeste panden in Carnaby Village, vanaf de jaren negentig komaf mee.

De dertien straatjes van de buurt mikken nu ook op foodies (zaterdag 3 juni vindt trouwens de jaarlijkse Carnaby Street Eat plaats, met goedkope proeverijen al fresco), terwijl fashionistas zich mogen verwachten aan een evenwichtige mix van bekende streetstyle en denimmerken als Diesel, Replay, Scotch & Soda, American Apparel, Dr. Martens, Puma, Vans en Camper en kleine, onafhankelijke boetieks – ruim honderd in totaal.

De kaart van de winkelbuurt evolueert voortdurend. De afgelopen twaalf maanden alleen al openden onder meer het Spaanse mannenlabel Scalpers, outdoormerk The North Face en de Amerikaanse mocassinspecialist GH Bass een winkel in de buurt. In de beautysector waren er onder meer openingen van het Californische Urban Decay en Estée Edit, het toegankelijkere millennialmerk van de groep Estée Lauder. Het verkeersvrije karakter van de buurt en de korte afstanden vergroten enkel de winkelpret.

Typisch Brits

Aan Britse heritagemerken en banden met de muziekwereld is geen gebrek.

Aan Britse heritagemerken en banden met de muziekwereld is geen gebrek. Naast bekende namen als Ben Sherman, Fred Perry en Barbour kun je er onder meer terecht bij Baracuta (14a Newburgh Street), een label uit Manchester dat sinds 1937 bekend staat om zijn Harrington jackets, gedragen door de mods en iconen als Elvis Presley, Steve McQueen en James Dean. Ook de scherp gesneden pakken van Sherry’s (63 Broadwick Street) en The Face (1 Marlborough Court) zitten al sinds de jaren zestig rasechte mods als gegoten.

The Great Frog
The Great Frog© Wim Denolf

Liefhebbers van Brits maatwerk en opvallende sokken of dassen kunnen dan weer terecht bij Peckham Rye (11 Newburgh Street) en Mark Powell (2 Marshall Street), bekend dankzij klanten als Paul Weller, Mick Jagger, David Bowie en Bryan Ferry. The Great Frog (10 Ganton Street) van zijn kant maakt sinds 1972 ringen met dooskoppen of klauwen en andere rock-‘n-roll juwelen. Onder meer Slash, Deborah Harry en Metallica deden er al hun inkopen.

De band met de muziekwereld is het sterkst bij Pretty Green (57 Carnaby Street), een op de modcultuur geïnspireerd kledinglabel dat in 2008 werd opgericht door Liam Gallagher van Oasis. De parka’s, blousons, hemden en polo’s lijken recht uit zijn kledingkast te komen. Uit een ander vaatje tappen Billionaire Boys Club en Ice Cream (36 Marshall Street), de in 2005 opgerichte streetwearlabels van Pharrell Williams, de Japanse dj, producer en ontwerper Nigo en later ook Jay Z. Mode- en muziektrends mogen dan veranderen, onbeduidend wordt Carnaby Street niet meer.

Praktisch: Met de Eurostar reis je in pakweg twee uur van Brussel naar hartje Londen. Tickets zijn beschikbaar vanaf 39 euro voor een enkel reis vanuit Brussel en vanaf 50 euro vanuit elk ander Belgisch station. Raadpleeg het online platform Eurostar Snap snap.eurostar.com voor de goedkoopste tickets.

Overnachten: Knack Weekend verbleef in het luxueuze Courthouse Hotel (19-21 Great Marlborough Street), met directe toegang tot Carnaby Street. Pluspunten zijn onder meer het binnenzwembad, wellnesscentrum met sauna en fitnessruimte en het uitgebreide ontbijtbuffet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content