Weggebruikers gaan sinds jaar en dag gebukt onder de toenemende verkeersdruk en de overheid blijkt niet bij machte het mobiliteitsprobleem op te lossen. Ook autofabrikanten reageren niet erg geïnspireerd, al is de komst van de Smart een stap in de goede richting. Maar ook die compacte auto staat stil in de file, daarom lijkt de aanpak van BMW iets zinvoller. Tien jaar geleden al werkte de Beierse constructeur in samenwerking met de lokale overheden een mobiliteitsplan uit voor München. Een onderzoek had toen uitgewezen dat 80 procent van de rondrijdende automobilisten eigenlijk alleen maar op zoek was naar een vrije parkeerplaats.

Omdat motorfietsen zich soepeler door het verkeer bewegen (en omdat BMW motoren fabriceert), wil de fabrikant de automobilist nu winnen voor de tweewieler om aan de files te ontsnappen. Daarom moest de motor aantrekkelijker gemaakt worden. Want motorrijders zijn kwetsbaar, moeten een helm dragen en worden blootgesteld aan de weersomstandigheden, wat velen afschrikt.

In 1990 werd een alternatief voorgesteld door BMW Technik, de denktank van het bedrijf. Uit dat idee groeide uiteindelijk de C1, waarvan de voorloper al in 1992 aan het publiek werd voorgesteld. Dat het uiteindelijk nog eens acht jaar zou duren voor de alternatieve motor rijp was voor productie, heeft alles te maken met de ambitieuze uitdaging. Het Beierse ontwerpteam wilde het rijplezier verhogen door de rijder zonder helm op pad te sturen. Om het voertuig de veiligheid van een auto te geven, wordt het voorzien van een voorruit en van een dakje. Het beschermende frame met schouderbeugels fungeert als veiligheidskooi; de zit krijgt een hoge rug en twee gekruiste veiligheidsgordels; twee laterale stootblokjes en een schokabsorberende bumper in het voorspatbord maken het veiligheidsplan rond.

De tests bleken zo overtuigend dat eerst de Duitse en later ook de Franse, Spaanse, Italiaanse, Zwitserse en Oostenrijkse wetgevers ervan overtuigd konden worden om het rijden zonder helm te tolereren.

De eerste minuten op de C1 vallen niet echt mee. Door de hoge opbouw voelt de C1 bij lage snelheid onstabiel aan, maar dat went. Bij de voorstelling ging een handvol nieuwbakken motorrijders in de eerste bocht al tegen de vlakte. Zonder schrammen overigens, de stootblokjes en de beschermende kooi hadden hun nut bewezen. Toch schrokken we even, want een val ziet er altijd dramatisch uit. ’s Avonds crashte de ontwerper van de C1 zelf, met opzet.

Intussen waren we als proefrijders enthousiast geraakt over de volautomatische viertakt eencilinder en zijn soepele wendbaarheid in het stadsverkeer van Marbella. We glipten fluitend door de files. Met 80 km/uur is de C1 de belichaming van de ultieme mobiliteit: behoorlijk snel en met veel vrijheid voor de rijder. Volgens de ontwerpers zit die even veilig als een passagier in een auto, en om ons daarvan te overtuigen werden video’s getoond van crashtests. Vreselijk om aan te zien, maar geruststellend door de veilige afloop ervan: zelfs bij een frontale botsing zorgt de Telelever-voorwielophanging voor een gecontroleerde schokabsorptie.

Ook goed nieuws is het gemiddelde verbruik (2,9 liter/100 km), de aanwezigheid van een drietrapscatalysator en ABS. De lijst van opties bevat een verwarmde stoel en dito handvatten, een leeslamp, een open dakje en een koffer achterop. Minder positief vonden we het motorlawaai dat de pret enigszins bedierf, maar dat was dan ook het enige nadeel.

Op de prijs hebben we als niet-motorrijder niet zo’n goede kijk. Voor de basisversie wordt straks, als de Belgische wetgever rond de maand juni zijn fiat geeft voor het rijden zonder helm, zo’n 240.000 frank gevraagd. De C1 Family’s Friend met afsluitbare bagagekoffer moet 261.500 frank kosten, de compleet uitgeruste, chique Executive al 272.500 frank.

Voorlopig is de laatste vraag: willen de verzekeraars rekening houden met de superieure veiligheid en rekenen ze meteen een lagere premie aan? We houden u op de hoogte.

PIERRE DARGE