Een interieur dat lijkt op een kraakpand met graffiti op de muur en veel spullen met een hoog kringloopgehalte. Voor Eric De Queker, het creatieve brein achter het concept, is dit een installatie vol nostalgie.

Voor meer informatie : www.ericdequeker.be

Toen ik voor het eerst binnenstapte in deze flat, dacht ik werkelijk op een filmset te zijn beland. Het gebeurde op een namiddag en Eric De Queker had het interieur ietwat verduisterd. Overal brandden kaarsen, alsof het avond was. “Dit ís ook een avondinterieur”, legde hij meteen uit. “Eigenlijk hoeft hier geen licht binnen te komen.” Die sfeer past inderdaad bij de warme basisdecoratie van het appartement, dat nu helemaal in art-decostijl is uitgevoerd. Vroeger hebben we de interbellumflat van Eric al eens in Weekend Knack gepubliceerd, maar dan met een eerder strakke aankleding. Intussen onderging de woning een onwaarschijnlijke gedaanteverwisseling. Dit mag dan wel geen decor zijn voor een film, Eric heeft de inrichting wel min of meer opgevat als een soort installatie die zijn nieuwe visie illustreert. “Mijn vroegere interieur was minimalistischer. Dat paste bij de tijdgeest en was deels een gevolg van het feit dat ik toen veel contact had met wijlen architect Jean De Meulder. Maar de tijden zijn veranderd, het minimalisme is totaal uitgemolken. We zijn aan iets anders toe, il faut que ça bouge. Wat men ‘het moderne interieur’ noemt is saai, sober en te serieus. Het is tijd voor meer kleur, plezier, gekheid en waarom zelfs niet een klein beetje kitsch ? Je moet niet alles zo serieus nemen.”

Eric heeft de laatste jaren veel gereisd en verkende de meest uiteenlopende kringen. “Zo heb ik de kraakpandcultuur leren kennen. Ik voelde me trouwens altijd al aangetrokken tot het straatleven. Toen ik destijds naar New York ging, bezocht ik niet alleen de chique galeries, maar ging ook de undergroundcultuur verkennen. Het is te gek wat je daar allemaal ontdekt. En daar zie je inderdaad de weerspiegeling van in mijn interieur.” Vroeger liet hij deze invloeden niet direct toe, nu laat hij ze de vrije loop. “Sommige mensen begrijpen dat niet. Ze vinden die met graffiti bespoten muren choquerend. Maar ik wil geen voorspelbaar interieur. Het is precies daartegen dat ik me verzet. Hoeveel mooie interieurs komen niet rechtstreeks uit een showroom ? Hier stikt het van de trouvailles.”

Eric De Queker vindt overal wel wat, van oud design tot porselein uit grootmoeders tijd. Hij brengt alles spontaan mee naar huis, waar het meteen een plaats vindt. Op die manier ontstaat er toch een verrassende harmonie. “Kitsch heeft iets fascinerends, zelfs erotiserends. Mensen zijn er een beetje bang voor. Maar het geeft ook warmte. Het is lieflijk en tegelijk wat nostalgisch.” Zonder dat het interieur er oubollig door wordt, integendeel. De melting pot heeft iets verbazend actueels en houdt bovendien enkele verrassingen in : zo hangt er bijvoorbeeld ook werk van enkele gerenommeerde hedendaagse kunstenaars als Michelangelo Pistoletto, Bruce Norman en Robert Harms.

Je kan Eric De Queker best vergelijken met de beroemde Facteur Cheval die eind negentiende eeuw in het Zuid-Franse Hauterives zijn Palais Idéal bouwde met de stenen die hij op zijn dagelijkse ronde meebracht naar huis. Ook hij realiseerde zijn eigen sprookje wars van alle architectuurtrends. Net zo is het interieur van Eric een folie. Hij hoopt trouwens meer van dit soort interieurs te realiseren, bijvoorbeeld voor een hotel, bar of restaurant. Dat lijkt me een leuk idee.

A feel good world

“Je had mijn Playmobiel-collectie eens moeten zien”, vertelt Eric De Queker over zijn jeugdjaren. “Als kind al heb ik daar een volledige interieurinrichting mee gemaakt.” Op zijn twintigste had hij zijn eigen flat : een triplex appartement in een oude graansilo. Zijn passie kreeg nog meer vaart na een jarenlange samenwerking met wijlen Jean De Meulder, in ons land een van dé toonaangevende interieurdesigners van het laatste kwart van de twintigste eeuw. In ’97 startte Eric een eigen designlabel op : DQ. Na een deelname aan het Parijse interieursalon Maison&Objet, waar hij onder andere de Prix de la Découverte wegkaapte, wordt zijn collectie zowel verkocht op Fith Avenue in New York als op Fullham Road in Londen en de rue du Bac in Parijs. Zijn specialiteit : leder. Hij voert allerlei interieurelementen in dit materiaal uit, zoals poefs, tapijten en placemats. In Antwerpen opende Eric De Queker ook een kleine zaak die ondertussen gestopt is. Nadien ging hij nog een tijdje aan de slag bij Axel Vervoordt. De opgewekte Eric heeft als credo : making it a feel good world.

Door Piet Swimberghe / Foto’s Jan Verlinde

Het is tijd voor meer kleur, plezier, gekheid en waarom zelfs niet een beetje kitsch ? Kitsch heeft iets fascinerends, zelfs erotiserends. Mensen zijn er een beetje bang voor. Maar het geeft ook warmte.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content