Reacties : jp.mulders@skynet.be

Voor de fans : zopas is bij Roularta Books ‘De halveringstijd van liefde’ verschenen, een bundeling van de 66 beste columns van Jean-Paul Mulders uit Weekend Knack en De Morgen (15,90 euro).

Stel u een scenario voor van pakweg Pieter Aspe,” toetert de recensie, “onder handen genomen door achtereenvolgens een scriptdokter, Umberto Eco, Paul Auster en MichelHouellebecq in een zeldzame optimistische bui, en u krijgt min of meer een idee van wat voor een boek Stefan Hertmans geschreven heeft.” Het openingsstuk van De Morgen Boeken geeft de achterflap van Harder dan sneeuw qua wervingskracht het nakijken. Collega Jeroen De Preter verdient voor dit prachtartikel niet het karige loon van de dagbladjournalist maar de comfortabeler tarieven die de copywriter vangt. Zelden bekroop mij na het lezen van een recensie zoveel zin om vierklauwens naar de boekhandel te snellen. De omschrijving “literaire thriller van wereldniveau” maakt mij helemaal klaar.

Nog voor ik het boek heb gelezen, ben ik al geneigd de diepe buiging te maken waarom de recensent in zijn slotzin verzoekt. Heeft Vlaanderen dan eindelijk een Nobelprijswinnaar voortgebracht ? Enkele dagen lang durf ik dat te hopen. Mijn enthousiasme slaat om in ergernis als ik later die week in De Standaard een recensie van hetzelfde boek zie. CyrilleOffermans noemt dat “een mislukte thriller”. Hij geeft hem één futloze ster. Terwijl Harder dan sneeuw er volgens De Preter minstens vier en een halve verdient. Daar sta je dan, verbouwereerd als Winston Smith die aan zijn spatader krabt, nadat hij te horen kreeg dat twee plus twee vijf is geworden.

Dan maar zelf dat boek lezen. Bevestigd zien dat Hertmans als geen ander zowel sprankelende als tamme gedachten met woorden weet te vangen. Vaststellen dat sommige passages û het sterven van de moeder û zo aangrijpend verwoord zijn dat ik ze wel een tweede keer moét lezen. Maar er is ook heel wat waarover mijn lezersoog struikelt. Het feit dat er zoveel wordt gemummeld in het boek, om maar iets te zeggen. Dat woord duikt met dezelfde frequentie op als de “grote, roodharige man” uit de kast wordt getrokken telkens als er weer iets onoplosbaars gebeurt. Hertmans intrigeert mij met mysterieuze poederbolletjes. Hij slaat mij om de oren met afgehakte handjes en complottheorieën over Kazharen en hun etnische bom. Dat alles moet een belezenheid suggereren die er geen is omdat die û Google is God û door elke zot met een ADSL-verbinding bijeengeharkt kan worden. “Hertmans slaagt erin om zogoed als alle grote wereldproblemen van deze tijd in kaart te brengen en waar nodig van commentaar te voorzien”, ronkt collega De Preter niettemin. Dan toch met de diepgang van een scheurkalender, denk ik geprikkeld. 250 pagina’s lang word ik nieuwsgierig gehouden, om dan uiteindelijk op mijn honger te blijven zitten. Stilistisch camoufleert Hertmans dit behendig. Toch krijg ik het gevoel gefopt te zijn û door de schrijver maar vooral door zijn recensent. “Zou Hertmans voor een bak bier hebben gewed dat hij die hele Vlaamse thrillerscene in één keer kon wegblazen ?” vraagt De Preter zich in zijn artikel af. Zou De Preter voor een bak bier hebben gewed, stel ik mij op mijn beurt de vraag, dat hij Hertmans in één klap naar de kop van de bestsellerlijstjes kon schrijven ? Met een recensie als deze, en het daaropvolgende tumult, moet dat ongetwijfeld lukken. Met wereldniveau heeft dat niet veel te maken. Evenmin als met mislukt. De lezer is de lemming die naar de boekhandel wordt gejaagd.

Natuurlijk is kritiek geen exacte wetenschap. Een zin bevriest niet bij nul graden, evenmin als ze op kooktemperatuur verdampt. Smaken kunnen nu eenmaal verschillen. Maar dat hetzelfde boek in de ene kwaliteitskrant “een wereldthriller” wordt genoemd en in de andere een “mislukking”, riekt als een ei dat te lang in de kip heeft gezeten. Als kritiek waterscheidend wil zijn, zoals dat zo mooi heet, dan zorgt hij hier vooral voor natte voeten en ondergelopen kelders.

De ervaren collega’s die ik daarover aanspreek, maken zich er gemakkelijk vanaf. ” La critique, c’est une personne”, zegt iemand elegant. Natuurlijk vertolkt zo’n recensie maar de stem van één lezer, pruttel ik tegen. Maar dan wel een die, als medewerker van een literaire Test-Aankoop, de pretentie heeft tienduizenden anderen te beïnvloeden. “Vriendjes”, mummelen ze als ik aandring, “en vetes”. Ze halen de schouders op en nippen van hun frisse chablis. “Dat is toch algemeen geweten ?” Ze springen in hun auto’s en laten mij achter met mijn verontwaardiging. Dezelfde die ik als kind al kende, toen Sinterklaas verdacht veel leek op Valère, onze tandenloze bovenbuurman die zich baard en snor had opgeplakt om voor niks te kunnen boemelen. Staf en mijter konden niet verbergen dat hij onder zijn kazuifel witte sportsokken droeg, met fletsgele strepen, en dat er uit zijn benen dikke rosse haren kwamen die je bij voetballers verwachtte.

P.S. : Intussen verscheen ook een recensie in De Tijd. Daarin irriteert het de recensent, ook een Jeroen, onder meer dat “alles in Hertmans’ boek zweeft en fladdert”. Een beoordeling met sterre- tjes zag ik daar helaas niet bij.

JEAN-PAUL MULDERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content