Julie Brown was Amerikaans tenniskampioene, lerares, stewardess en trok met Dixie Dansercoer naar Antarctica en later door het leven. Een gesprek over motivatie, harmonie, volle en halfvolle borden.

Pierre Darge / Foto Lieve Blancquaert

“Thuis was ik totaal verschillend van de vier andere kinderen in het gezin. Ik was de avontuurlijke, de tennis player en de cheerleader, and I loved school. Of misschien toch een beetje rebels, but not for the sake of being a rebel.

U hoorde een andere muziek?

Julie Brown: Zeker, maar pas later heb ik die eigen muziek ook kunnen beleven. Ik kom uit een heel klein stadje in Ohio, kreeg een zeer mooie opvoeding op het platteland. Omgeven door mensen met een werkethiek, maar zo conservatief! In een soort Bible Belt, niet zo streng als de baptisten in het Zuiden, maar wel presbyteriaans, methodist, protestant. Thuis heb ik nooit alcohol gezien, aan tafel dronken we melk, ijswater of lemonade.

Niet meteen de ideale omgeving om dat anders zijn te ontplooien.

Natuurlijk niet en dus las ik alle boeken die ik kon vastkrijgen – omdat lezen mijn voorbereiding op het leven was. Ik herinner me nog de eerste lectuur van Joseph Conrads Heart of darkness of Secret sharer. Of Dove van Robin Lee Graham, over een zestienjarige jongen die solo in een boot rond de wereld zeilde. Ik denk dat hij slechts dat ene boek heeft geschreven, pas twintig was toen hij de reis achter de rug had, getrouwd en met een baby op komst. Samen met zijn gezin is hij naar het wilde Montana getrokken en ik geloof dat hij daar verder gebleven is.

Julie Browns echte leven begon als lerares Engels en geschiedenis in de Junior High School van Bowling Green, Ohio. “Ik was zo jong en naïef, kreeg meteen te maken met kinderen met sociale problemen. Twintig op de dool geraakte scholieren, die meestal wel eerlijk waren, maar thuis tegen problemen met drugs of alcohol opkeken. Uit gezinnen kwamen met seksuele problemen, misbruik en incest. Daar ontdekte ik dat ik een sociale rol had, dat de vakken bijkomstig waren. Ik werd er met mijn neus op de problemen van mijn eigen maatschappij gedrukt, en ging eronderdoor: na drie jaar was ik helemaal uitgeblust. Een vriendin trok me daar weg. ‘Ga een jaartje vliegen’, was haar boodschap en dat sprak me wel aan.”

“Niet dat ik van die problemen wilde weglopen, maar ik ervoer dat schoolwereldje als beklemmend klein en ik snakte naar lucht en vrijheid die me wat ademruimte zouden geven, mijn horizon zouden verbreden zodat ik later een betere lerares kon worden. Maar uiteindelijk voerde het leven me in een heel andere richting mee.”

Dertien jaar lang vloog Julie Brown als stewardess met Delta Airlines en kwam dan met haar voeten terug op de grond. “En weer leerde ik bij. Ik voel me een menselijke mens met een positieve instelling en die ervaring wilde ik overbrengen op de passagiers – terwijl ik tegelijkertijd mijn plaats moest kennen: die van een dienster. In de lucht heb ik allerlei mensen leren kennen, Afrikaanse kinderen zonder benen, die geëvacueerd werden, bekende vedettes, maar toch allemaal maar mensen. Ik ontdekte dat ook de bekende politicus stinkvoeten had en de succesrijke zangeres een slechte adem. En op een dag liep ik in de cabine tegen een andere steward aan, ene Dixie, niet de man van de expedities, wel een leuke, grappige steward die met een wonderlijk lichte tred door het leven stapte en vond dat het leven goed was. Zelf zat ik in een moeilijke periode en ik raakte ondersteboven van zijn charme en van zijn eenvoud.”

Kort daarop leerde Julie Brown niet alleen de charme maar vooral het doorzettingsvermogen van Dansercoer kennen. “Ik ben ook een doorzetter, maar er is geen vergelijking mogelijk. Dixie weet dat hij bepaalde dingen moet doen in het leven, want dat hij anders niet te harden is voor de mensen rondom hem. Ik ervaar dat niet eens als egoïstisch omdat ik dat gevoel maar al te goed ken. Toen we gingen samenwonen, waren we het erover eens dat je je eigen passies niet mag onderdrukken. En Dixie is een en al passie, hij is als bruisend water en daar kan ik helemaal achter staan, omdat ik hou van mensen met determination. Tenminste zolang die niet gevaarlijk is voor anderen en het doel positief is.”

“Natuurlijk was het in het begin moeilijk. Ik had nooit kinderen gehad en kreeg er nu ineens drie actieve bij. Maar ik ervoer dat niet als een last, omdat het prachtige, toffe kinderen zijn en de liefde voor de papa zo groot is. Als de mensen me nu aanspreken over dat eerste kindje in mijn buik, heb ik meer het gevoel dat het om mijn vierde gaat. Eigen bloed of niet, het maakt niks uit. Mijn vader was ook een geadopteerd kind en misschien is dat voor mij een voorbeeld geweest.”

Julie Brown stapte niet alleen een nieuwe wereld binnen, ze ging Nederlands en Frans studeren, en leerde een hoop van een doorzetter die bergen beklom en grenzen verlegde.

“Dixie leerde me vooral te relativeren, een probleem in zijn juiste context te plaatsen. Hij leerde me in te zien dat de meeste van de zogenaamde problemen over veertig jaar geen enkel belang meer hebben. Dat je bij elk probleem de vraag dient te stellen of je er ooit nog wilt over nadenken en dat je bij kleine problemen beter niet kunt blijven stilstaan.”

Hij hielp u uzelf te zijn?

Niet echt, want ik was mezelf al. Maar hij was de eerste mens in mijn leven die niet bang was van iemand die zo onafhankelijk was, zo vol passies en eigen ideeën. Bovendien luisterde hij geïnteresseerd en heb ik hem nooit iets horen veroordelen.

Toen Dixie Dansercoer in 2000 met Rudy Van Snick naar Antarctica trok om er de Mount Vinson te beklimmen, besloot Julie de training mee te maken en het duo te vergezellen. Maar de berg bleek taaier dan gedacht en bij een steile ijsmuur moest de debutante afhaken. Drie dagen en twee nachten bleef ze in een tentje alleen op het ijs achter, terwijl de klimmers doorstootten naar de top. In De Kleuren van Wit, dat ze na hun terugkeer samen schreven, noteerde Julie: Ik heb me nog nooit zo eenzaam gevoeld. Er is geen levende ziel te bespeuren. Niemand. Toen we vanmorgen aan de ijsmuur begonnen, wist ik dat dit te steil voor me was… Het was moeilijk Dixie zo vlotjes te zien vertrekken, wetende dat ik hier nu vastzit voor de volgende drie dagen.

Hij was zo gefocust op de berg, dat hij u een klein beetje leek te vergeten.

( lachend) Niet zomaar een klein beetje. Maar achteraf herinner ik me alleen positieve dingen. Al zag het er de eerste ogenblikken niet rooskleurig uit: ik was bang, alleen, en kwaad. Het was een verwarrende ervaring en daar heb ik zo eerlijk mogelijk over geschreven. De man die mijn eigen man was, had geen moment angst en zei: ‘Kijk, je bent sterk en getraind, het lukt je hier wel alleen.’ En hij was weg, zo snel… Ik was daar als debutante en dat hij zoveel vertrouwen in me had, was verwarrend. Hij zei nog: ‘Er is geen gevaar, er zijn geen wilde dieren.’ Maar psychologisch bleek het wel moeilijk en zwaar, voor beiden. Achteraf zie ik die drie dagen alleen op het ijs als een cadeautje. Een situatie die me ontzettend sterk heeft gemaakt, omdat je al snel ervaart dat je niet zo’n slecht gezelschap bent.

Ik raakte nooit in paniek – dat zou pas gevaarlijk zijn – maar worstelde met al die verwarrende emoties. Ik wou dat ik kon zeggen ‘O, maar het was niks.’ Niemand gelooft dat, en het was ook echt moeilijk en ik was zeker en vast eenzaam, maar het allermoeilijkste was de kritiek van anderen bij de terugkeer in het basiskamp. De Amerikaanse klimmers vonden dat ik in de steek gelaten was, dat de hele situatie onverantwoord was. Ik kon ze begrijpen, maar voelde het niet zo aan.

Het was ons beider beslissing, maar die kwam hard aan omdat mijn eerste dag op het ijs ook de eerste dag zonder zon was, en ik in de verte zwarte wolken zag komen aandrijven. Uiteindelijk bleef de storm lager tegen de berg hangen, zodat ik in mijn eentje van mijn eerste storm gespaard bleef. Later bleek dat vijf klimmers uit Singapore de situatie dan weer perfect begrepen, die hebben me nog een hartje geschonken voor mijn courage. Die waren gewoon blij dat Dixie de top had gehaald en dat ik mijn eigen positieve ervaring had doorgemaakt.

Toch legt Dixie de lat wel extreem hoog…

Nee, dat vind ik niet, al is er altijd een risico. Nu ik Dixie beter ken, voel ik me heel comfortabel bij zijn uitdagingen, terwijl ik in het begin veel vragen had. Maar ik heb hem bezig gezien en ik vind hem een zeer veilige klimmer, die precies weet waar de grens ligt.

Mannen willen almaar hoger klimmen en verder springen…

Ik heb daar zo mijn eigen, niet-wetenschappelijke theorie over die zegt dat het allemaal met de hormonal drive te maken heeft, en bij mannen staat die wat agressiever afgesteld. Vrouwen zijn even sterk, op langetermijnwerk vermoedelijk sterker dan mannen. Maar lichamelijk hebben mannen een voordeel en daardoor staan ze soms minder lang stil bij uitdagingen.

Er is ook een vorm van zelfbevestiging…

Natuurlijk, and men always want to impress women. Al hebben vrouwen dat ook, op een ander niveau. Ik koester heel veel bewondering voor die Belgische tennismeisjes. De energie en de inzet die nodig zijn om hun niveau te bereiken, valt nauwelijks te beschrijven. Ik heb op mijn achttiende beslist om dat niet te doen, omdat ik een breder leven wilde leven. Bij Dixie is het allemaal zoveel sterker aanwezig, die heeft zoveel energie. Ooit stond hij met een getrainde topatleet op een boogscheut van de top van Mont Cameroun ( 4050 m, Kameroen) en terwijl die compleet uitgeput tegen de grond ging, liep Dixie naar de top.

Heeft hij dan nog oren naar minder extreme kompanen?

Toch wel, ik geloof dat ik hem wat maat heb bijgebracht. Dat het bord niet altijd vol hoeft te zijn, dat wat minder ook kan. Dat vond hij prima, alleen beseft hij vaak niet hoeveel energie hij wel heeft.

Ik voel dankbaarheid voor de passies die ik heb, en dan vooral de passie om dit leven te leven. Dat ik hier nu zit en in het Nederlands met u kan spreken, dat ik u begrijp, weet wat een lekker pintje is. Dat ik op mijn leeftijd nog een baby’tje in mijn buik heb. Dat Dixie op weg gaat voor zo’n lange, moeilijke race, ervaar ik als een geschenk. Natuurlijk is dat niet eenvoudig, maar ik vind wat hij doet geweldig en ik ben gelukkig voor hem. Intussen schrijf ik, hou de website bij, en organiseer Circles. Ik verveel me geen moment, hou contact met Dixie onderweg, al hangt de duur van dat contact af van de staat van de batterijen dus van de hoeveelheid zonlicht. Met Michel Brent, die een andere website heeft ( www.antarctica.org), werk ik op een prettige manier en samen maken we iets moois.

De kritiek dat Dixie allicht niet terug zal zijn voor de geboorte van de baby, laat ik voor rekening van de criticasters. Tenslotte is hij hier voor het leven en door alles heen zie ik de harmonie, en dat is het grootste cadeau. Ik ervaar zoveel harmonie tussen ons, met de kinderen in ons gezinnetje. Maar ik voel dat ook in de natuur. Zo zijn er persoonlijke momenten – call it Zen, call it harmony – waarop ik denk: ik voel me een stuk van dit geheel. Natuurlijk is zo’n gevoel makkelijker te ervaren in de natuur dan in een grote stad, maar zelfs in het Terkamerenbos of soms gewoon bij een bol warme soep… Maar voor elk moment van harmonie moet ik door andere momenten, en dat is werk, dat is nu eenmaal het leven.

Circles

Tijdens de expeditievoordrachten van Dixie Dansercoer en Julie Brown bleek al snel dat er bij sommige toehoorders een vraag was naar een iets dieper verhaal. Daaruit ontstond Circles – Motivation and Self-Discovery for Life, dat Julie omschrijft als een eerlijke, persoonlijke babbel over aanpassingen, een cursus in zelfmotivatie. “De meeste van de klanten zijn bedrijven waar veel personeelsleden in grote onzekerheid terechtkomen, na een fusie bijvoorbeeld. Ze weten niet of er nog plaats voor hen is, of op welke manier hun eigen werk zal veranderen en dat zorgt voor veel angsten. Om hun mensen te motiveren, sturen bedrijven ze vaak naar ons. Het eerste wat wij doen is ons eigen verhaal demystificeren: we zijn geen supermensen die zomaar vanzelf in een expeditie stappen. We beschikken allebei wel over de overtuiging dat wat we echt willen ook echt lukt. Maar dat kan alleen mits veel werk en inzet.”

“Maar we komen ook in culturele centra, bij tieners met problemen of zelfs in de Leuvense gevangenis, die ervaren we als een Gebouw van Hoop. Daar vertellen we van anderen die hun moeilijkheden hebben overwonnen en hoe belangrijk het is om nooit op te geven.”

Info: www.circles.cc

“De kritiek dat Dixie allicht niet terug zal zijn voor de geboorte, laat ik voor rekening van de criticasters. Door alles heen zie ik de harmonie.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content