Einstein zei het al : “Alles moet zo eenvoudig mogelijk gemaakt worden, maar niet eenvoudiger.” Anno 2005 voegt digitaal ontwerper en eenvoudadviseur John Maeda daar zijn eigen definitie aan toe : “Eenvoud is weten wanneer minder te weinig, en meer te veel wordt.”

John Maeda, Nature en Eye ‘m Hungry, nog tot 19 februari in Fondation Cartier in Parijs, www.fondation.cartier.com

De Amerikaanse academicus John Maeda is amper 40, maar een dinosaurus in de jonge wetenschap van de digitale technologie. Hij is niet alleen hoogleraar design en computerwetenschappen aan het Massachusetts Institute of Technology (MIT), hij was ook een van de eerste digitale artiesten en verlegde de grenzen van de interactieve grafische mogelijkheden : “Soms voel ik mij schuldig, want het feit dat er op internet zoveel bewegende beelden en figuren voorbijflitsen, is deels mijn werk.”

Een opleiding als ingenieur vervolmaakte hij met een doctoraat in design. Zijn werk is dan ook een combinatie van de twee : met zijn technologische computervaardigheden creëert hij digitale kunstwerken. Zijn werk werd getoond in de Christinerose Gallery, het Cooper-Hewitt, National Design Museum en het MoMa in New York, in musea en galeries in Tokio en Osaka en nu voor de tweede keer in de Fondation Cartier in Parijs. Tot 19 februari lopen daar twee projecten : voor Nature ontwikkelde Maeda nieuwe software waarmee hij zeven motion paintings, geïnspireerd op de natuur ontwierp. Met Eye ‘m Hungry wil hij kinderen via broccoli, frietjes of ansjovis de wereld van de computer leren kennen.

Technologie voor mensen

Maeda valt echter niet alleen op door zijn werk maar ook door zijn filosofie. Niet toevallig heet een van zijn zeven boeken Maeda@Media. Hij wil immers dat de computer en andere nieuwe media niet louter als gebruiksvoorwerp worden gezien, maar als totaal nieuwe media die mogelijkheden scheppen die voorheen niet bestonden. Hij bekritiseert grafische programma’s die volgens hem veel te ingewikkeld zijn en de creativiteit doden : “Kunstenaars moeten de computer op een individuele en persoonlijke manier gebruiken”, vindt hij. “We zijn terechtgekomen in een tijdperk waarin de schilder niets meer weet over zijn verf.”

En dus verspreidt Maeda zijn kennis en tips niet alleen via zijn cursussen aan het MIT, maar ook via boeken en zijn website (www.maedastudio.com). Het concreetste voorbeeld is wellicht Design by numbers, een project waarin hij een computertaal ontwikkelde die grafische vormgevers en kunstenaars gratis kunnen downloaden. Bedoeling is dat zij met Maeda’s tools een eigen software schrijven die beantwoordt aan hun behoeften en esthetische opvattingen. Een uitspraak die zijn mening misschien nog het best samenvat : “Technologie moet zich aanpassen aan de behoeften van de mens, niet andersom.”

Designerprijzen

Op dit moment werkt Maeda aan SIMPLICITY, een onderzoeksprogramma aan het MIT dat “probeert de relatie die gebruikers dagelijks hebben met technologie opnieuw te definiëren.” Het lijkt wel een carrièrewending, maar het thema heeft Maeda altijd geïntrigeerd : in zijn grafisch werk probeerde hij immers om ‘slanke en gestructureerde’ programma’s te maken. Dat slorpte niet alleen minder computercapaciteit op, het liet de gebruiker ook toe om creatiever te werken, vond hij.

Vanwege zijn artistieke en technologische prestaties, maar ook vanwege zijn opvattingen en wetenschappelijk onderzoek werd hij sinds midden de jaren negentig overladen met medailles, awards en eervolle vermeldingen. Hij werd zowel in Japan als in de Verenigde Staten voor zijn loopbaan beloond met de National Design Award en de Japanse Mainichi Design Award. In 1999 werd hij door het Amerikaanse Esquire Magazine tot een van de 21 belangrijkste mensen van de 21ste eeuw gerekend en begin dit jaar stond hij op de lijst van I.D.’s invloedrijkste personen in de wereld van het design.

Begin november werd aan dat lijstje de Lucky Strike Designer Award toegevoegd. Met deze prijs, uitgereikt door Duitse designprofessoren, volgt John Maeda niet alleen ontwerpers als Philippe Starck, Ingo Maurer, Donna Karan en Karl Lagerfeld op. Hij wordt ineens ook 50.000 euro rijker.

Themorning after haal ik hem om 6.50 uur uit zijn bed. Enkele weken eerder had hij namelijk op dat uur een interview beloofd. Omdat hij in september nog op zijn weblog schreef : “Met de pers spreken is als een examen doen. Ofwel slaag je, ofwel ben je gebuisd”, laten we hem eerst wat versgeperst sinaasappelsap drinken, om daarna heel mild te beginnen.

U bent nu fulltime aan het onderzoeken wat eenvoud is. Waarom bent u daarmee begonnen ?

Ik was daar natuurlijk al veel eerder mee bezig, maar ik haal graag volgende anekdote aan. Ik was op het strand in Cape Cod en ineens besefte ik : in het woord simplicity zitten de letters m, i en t. En in het woord complexity ook ! Ik ben erg bijgelovig, dus vond ik dat dit wel een teken moest zijn. En dus begon ik met het Simplicity-project.

Wat houdt het precies in ?

Het is een onderzoeksprogramma waaraan we werken met zo’n zestig mensen met verschillende achtergrond : computer, psychologie, kunst, vormgeving, wetenschappen enz. Het gaat veel verder dan knopjes weghalen, schermen verkleinen en interfaces doen krimpen zodat ze in de palm van je hand passen. We onderzoeken radicaal nieuwe manieren om te breken met de angstaanjagende complexiteit van de huidige technologie en de frustratie van informatieoverbelasting. Concreet houden wij ons bezig met bedrijven en organisaties die onze hulp inroepen. De American Association of Retired Persons (AARP) bijvoorbeeld is een erg interessante organisatie. Het is na de wapenlobby de grootste lobby in de States, denk ik. Deze organisatie kampt met een groot probleem : in 2011 zullen de babyboomers op pensioenleeftijd komen. En meer nog : die massale instroom zal tien tot vijftien jaar duren. Het aantal gepensioneerden zal verdubbelen. Ze hebben dus ideeën en oplossingen nodig. Een ander voorbeeld is Time Magazine. Dat wil digitale versies maken van het magazine, maar wil het ‘bladergevoel’ behouden en zoekt daarvoor een simpele oplossing. Dus werken we samen met Toshiba. Dat heeft een gekleurd, flexibel scherm. Wij spelen met het idee dat wanneer je het scherm beweegt, ook de pagina’s zouden omslaan. Zulke dingen onderzoeken wij.

Ik neem aan dat uw definitie van het begrip eenvoud voortdurend evolueert ?

O, ja. Op dit moment zit ik in een fase waarin ik het heel belangrijk vind om erop te wijzen dat eenvoud complexiteit nodig heeft. En goede complexiteit vereist op zijn beurt eenvoud. Het een kan niet zonder het ander. Daar ben ik nu wel zeker van.

En eenvoud betekent ook niet dat de technologie er noodzakelijker simpeler op wordt. Een krachtig en goed functionerend object is dikwijls erg gecompliceerd. Iets eenvoudiger maken betekent dikwijls dat het ook minder krachtig wordt. De uitdaging is om iets te maken dat zowel krachtig als eenvoudig is. De eenvoud van een product zit in het product vervat : de complexiteit van de technologie is verstopt in het proces. Eenvoud is weten wanneer nog minder te weinig zou zijn, en meer te veel. Maar mijn visie daarop evolueert. Je kan ze zelfs live volgen op mijn weblog (http://weblogs.media.mit.edu/ SIMPLICITY.)

U lanceert op die website wetten over eenvoud. Momenteel zit u aan elf wetten (zie kader) en u wilt doorgaan tot zestien ?

Ja, en het opvallende is dat mensen dat te veel vinden : zij vinden dat er maar een of twee wetten moeten op staan. Maar ik denk gewoon luidop. Als ik tevreden ben met het resultaat, stop ik. Simple as that (lacht).

Waarom kiest u voor internet om uw ideeën te verspreiden ? Is dat voor u het meest vertrouwde terrein ?

Ik weet niet hoe het in België zit, maar in de Verenigde Staten is een boek uitgeven een vrij intensief proces. We zien ook dat blogs lezers afsnoepen van papieren magazines. Omdat de inhoud democratisch en vrij is. Ik heb al boeken geschreven en wou er eigenlijk ook een schrijven over eenvoud. Maar dat vind ik dan meteen zo formeel : tegen het moment dat het uitgegeven geraakt, is het al lang niet vers meer.

In het vliegtuig zag ik de advertentie voor Serene, de gsm die Samsung en Bang&Olufsen samen uitbrachten, met de slogan : ‘simplicity redesigned’. Zelf zetelt u, met vier andere wetenschappers, in de Philips Simplicity Advisory Board die de Sense & Simplicity-campagne van Philips ondersteunt. Hoe komt het dat eenvoud zo’n hot topic is geworden ?

Omdat bedrijven het succes van Apple’s iPod in de consumentenmarkt proberen te evenaren. Veel bedrijven zien ineens het economische voordeel van eenvoud. Maar ze hebben het niet allemaal goed begrepen. Want het succes van de iPod komt niet alleen voort uit zijn goed design. De iPod is een succes omdat hij gemaakt is door een softwarebedrijf dat durft innoveren in software. De hardware is meer een accessoire om de software (de iTunes) te kunnen gebruiken. Initiatieven als dat van Bang & Olufsen en Samsung draaien gewoon om hardware. En het is geen hardware die het leven simpeler maakt. Net als de Vodafone Simply: ik heb hem gebruikt en hij is echt niet zo simpel, hoor. Men heeft gewoon alle labels en knoppen weggenomen ! Het ziet er eenvoudiger uit, maar het is ingewikkeld, omdat de software niet herontworpen is.

Elf wetten van de eenvoud

Een samenvatting van John Maeda’s theorie.

1. Een complex systeem van veel functies kan vereenvoudigd worden door gerelateerde functies doordacht te groeperen.

2.De positieve emotionele respons die eenvoud uitlokt, heeft minder te maken met nuttigheid dan met tijdwinst.

3. Wanneer een aantal elementen de rijkdom van een ervaring verhoogt op een manier die de perceptie van de gehele opzet vergemakkelijkt, wees dan niet spaarzaam. Voeg meer toe !

4. Hoe meer je vooraf over iets weet, hoe eenvoudiger het uiteindelijk te begrijpen zal zijn.

5. Dat een bepaald materiaal niet werkt in een specifieke toepassing zou erop kunnen wijzen dat het meer natuurlijke gebruik ervan ergens anders ligt.

6. Om te ‘voelen’ heb je geluid nodig. Maar te veel geluid is alleen maar lawaai.

7. Hoe meer zorg, aandacht en moeite je besteedt aan wat onbeduidend lijkt, hoe meer het gezien zal worden als meer dan wat het is.

8. Als je streeft naar eenvoud, hou dan niet alleen rekening met de absolute wetten van het fysische universum als beperkende factor maar ook met door de mens gemaakte wetten. Die zijn even belangrijk.

9. Vereenvoudigen gebeurt meestal door bewuste reductie ; minder gebruikelijk is onbewuste compressie.

10. Minder veroorzaakt minder, meer veroorzaakt meer. Evenwicht vind je op heel veel verschillende punten tussen minder en meer, maar nooit in de buurt van de extremen.

11. Eenvoud is het voor de hand liggende verwijderen en het zinvolle toevoegen.

Meer uitleg op http://weblogs.media.mit.edu/SIMPLICITY

Het eenvoudigste versus het meest ingewikkelde object

John Maeda : “Mijn favoriet voorbeeld van een eenvoudig object is een rots. Je kunt er een kopen, of je kunt hem gratis oprapen. Hij heeft gewicht en kan daardoor dienen om dingen af te wegen, of als presse-papier. Hij doet precies wat je verwacht dat hij doet. Holbewoners en vroegere volkeren gebruikten hem goed.” “Een voorbeeld van een complex object is alles waar een batterij in zit. Het is magisch, want zonder batterij gebeurt er niets. In essentie wordt het object zinloos zonder batterij. Ik denk dat objecten die werken, zelfs zonder batterij, de meest simpele zijn.”

Door Leen Creve

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content