6 mythes over trauma voorgelegd aan expert Jim van Os: ‘De oorzaken zijn lang niet altijd wereldschokkend’

Getty
Mare Hotterbeekx
Mare Hotterbeekx Journalist & Chef Online

‘Ik heb daar echt een trauma aan overgehouden.’ Het zijn woorden die we tegenwoordig snel en vaak in de mond nemen. Onterecht? Hoogleraar, traumaexpert en auteur Jim van Os ontkracht zes populaire mythes over trauma.

1Een trauma kan enkel veroorzaakt worden door zware mishandeling, langdurig misbruik of bruut geweld.

Jim Van Os: “Eén op de vier Nederlanders komt in de loop van zijn leven in aanraking met trauma. De oorzaken daarvan zijn ontzettend uiteenlopend, en niet altijd wereldschokkend. Je tienerzoon kan bijvoorbeeld getraumatiseerd raken wanneer hij door z’n vrienden uit de WhatsApp-groep gegooid wordt, net zoals iemand anders een trauma overhoudt aan jarenlang misbruik. Wat die gebeurtenissen met elkaar gemeen hebben, is dat ze een grote emotionele of fysieke impact hebben. Het zijn zaken die je zo overweldigen dat je aan de grond genageld staat. Je normale verdedigingsmechanismes schieten tekort. Je voelt je machteloos, je integriteit en zelfs je hele wereldbeeld worden aangetast. Het zijn gebeurtenissen die inslaan als een bom, ook al wordt de impact ervan soms pas jaren later duidelijk.”

2- Een trauma draag je je hele leven mee, je raakt er nooit écht vanaf.

“De symptomen van een trauma zijn even divers als de oorzaken ervan. Vaak krijgen wij mensen over de vloer met vage klachten: slapeloosheid, angst, gewrichtspijn, stress, haaruitval. Het is perfect mogelijk om aan een trauma te lijden zonder dat je je ervan bewust bent. Om normaal te kunnen functioneren hebben mensen de neiging om pijnlijke dingen naar de achtergrond te verdringen. Vaak lukt dat behoorlijk. Verdringen is echter niet hetzelfde als neutraliseren. Een andere gebeurtenis, soms jaren later, kan dat trauma triggeren, met alle gevolgen van dien. Als je in zo’n geval erin slaagt om te vinden wat de oorzaak van je gevoel is, kan je werken aan herstel. We noemen dat traumatische groei. Dat is uiteraard minder simpel dan het klinkt. Om tot dat punt te komen moet er meestal een hele weg worden afgelegd. Traumatherapie is maatwerk. Er bestaat geen one-size-fits-all-oplossing. Systeemtherapie, psychotherapie, lichaamsgerichte bewegingen, EMDR, groepstherapie: het zijn allemaal zaken die je kunnen, maar niet per se zullen helpen. Je moet zelf achterhalen wat voor jou werkt en wat bij jouw wereldbeeld past.”

3- Mensen met een trauma zijn gebaat bij antidepressiva.

“Het probleem met antidepressiva is dat ze briljant werken bij een erg kleine groep mensen. Maar voor het leeuwendeel van de mensen doen ze helemaal niets: ze creëren vooral bijwerkingen en afhankelijkheid. De drempel om zulke middelen voor te schrijven zou echt veel hoger moeten liggen. Vroeger werd een trauma gezien als een ziekte die gediagnosticeerd en behandeld moest worden. Zo loop je het risico op overdreven medicalisering of passief slachtofferschap. ‘De dokter zal me wel een pil geven, de psycholoog een behandeling.’ Gelukkig is dat idee intussen aan het veranderen. Biologisch onderzoek naar trauma is eigenlijk behoorlijk teleurstellend: iemands wereldbeeld kan je niet afleiden uit hersenscans.”

“Momenteel wordt psychisch lijden eerder gezien als een deel van de menselijke ontwikkeling. Iedereen komt in aanraking met pijn en verdriet, maar de zoektocht naar de oorzaak daarvan is hyperpersoonlijk. Als je merkt dat iets langer blijft nazinderen of dat je atypisch gedrag begint te vertonen, beschouw dat dan als een uitnodiging om aan jezelf te werken. Waarom stap je ’s ochtends zuchtend uit bed? Of waarom heb je plots zo’n hekel aan je werk? Zoeken naar de antwoorden op dat soort vragen is positief, het betekent dat je op zoek gaat naar verdieping en werkt aan je weerbaarheid. Je zoekt actief naar manieren om om te gaan met de erge dingen die je zijn overkomen.”

Hoe ga je om met trauma?

4- Een trauma is een mentaal probleem.

“Een trauma is een mentale én een fysieke stoornis. Het menselijk lichaam heeft een ontzettend groot vermogen om zich aan te passen. Wie van een koud naar een warm gebied verhuist, zal merken dat de interne thermometer zichzelf reguleert. Dat geldt ook voor mensen die opgroeien in armoede of baby’s die verwaarloosd worden. Je ziet dat bijvoorbeeld aan glucosetolerantie, het metabolisme, de bloeddruk, de stressregulering en genen. Door omstandigheden kunnen bepaalde delen van je genen aan- of uitgezet worden. Die processen beginnen al tijdens de zwangerschap. De baby’s die tijdens de hongerwinter in Nederland na de Tweede Wereldoorlog in de baarmoeder zaten, werden blootgesteld aan heel veel stress. Later in het leven hebben zij heel andere lichamelijke uitkomsten dan doorsnee baby’s.”

“Het is ook zo dat praten over een trauma voor heel veel mensen niet werkt, net omdat het fysieke aspect zo’n grote rol speelt. Vandaar dat lichaamsgerichte therapieën, zoals dans- of dierentherapie, vaak een goed startpunt zijn.”

5- Een trauma is een hyperpersoonlijke stoornis, die ook op persoonlijk niveau behandeld moet worden.  

“Hoewel het succes van traumatherapie sterk afhankelijk is van het individu, speelt de sociale context een erg grote rol bij de verwerking van een trauma. Dat zien we heel duidelijk bij onderzoek bij oorlogsveteranen die groepstherapie volgen. Het contact met ervaringsdeskundigen kan ontzettend helend zijn, omdat je minder het gevoel hebt dat je er alleen voor staat. Ook rituelen die inwerken op bewustzijnsprocessen kunnen heil brengen. Mensen met een trauma hebben last van een verdraaid bewustzijn, en een ritueel kan je daaruit trekken en in verbinding brengen met anderen. Klinkt zweverig, maar ook de nu erg populaire EMDR-therapie is een soort ritueel.”

“Ook de maatschappelijke context is geen onbelangrijke factor bij traumaontwikkeling. Uit epidemiologisch onderzoek blijkt dat ongeveer 20 procent van de Nederlandse jongeren lijdt aan een psychische stoornis. Dat is bijna dubbel zoveel als twintig jaar geleden. Als we gaan kijken naar de oorzaken, blijkt dat heel veel jonge mensen existentieel lijden: ze vinden hun draai niet in deze wereld. En dat heeft dan weer te maken met het feit dat we in deze neoliberale samenleving behoorlijk onder druk staan. We hebben onze sociale structuren aangepast aan het marktdenken. We zijn allemaal een soort product geworden dat we altijd moeten optimaliseren. Ons bestaan speelt zich grotendeels af op een schermpje, met een grote eenzaamheid en leegte tot gevolg. De neoliberale kaalheid heeft de menselijke verbinding vervangen, waardoor jongeren kwetsbaarder zijn voor trauma.”

6- Er zijn drie mogelijke reacties op traumatiserende gebeurtenissen: vechten, vluchten of bevriezen.

“Dat klopt, maar veel mensen vergeten dat er ook een vierde verdedigingsmechanisme bestaat: de lijmreactie, ook wel gekend als het stockholmsyndroom. Slachtoffers van geweld of seksueel misbruik zullen proberen om hun tormentor zoveel mogelijk te pleasen om zichzelf uit de wind te houden. Het kan zijn dat je dat gedrag gaat internaliseren en herhalen, door keer op keer een relatie aan te knopen met een tormentor, of, veel subtieler, door consequente welwillendheid en het vergeten van je eigen grenzen in relaties. Wees bij jezelf en bij partners alert voor dat soort gedrag, het kan een teken aan de wand zijn.”

Jim van Os is een Nederlandse hoogleraar in de psychiatrie en voorzitter van de Divisie Hersenen van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Hij is gasthoogleraar aan het Institute of Psychiatry van het King’s College te Londen. Samen met Simona Karbouniaris schreef recent het boek Trauma begrijpen in 33 vragen, dat uitgegeven is bij Lanno Campus.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content