Hoewel flink in evolutie, blijft de traditionele rolverdeling tussen man en vrouw alom aanwezig in onze samenleving. Dat blijkt uit een onderzoek over vrijetijdsbeleving van de Vrije Universiteit Brussel.
Glorieux Ignace en Joeri Minnen onderzochten hoe Belgen hun tijd opdelen. Een van hun conclusies was dat mannen nog steeds meer betaalde arbeid verrichten en vrouwen thuis meer uitvoeren. Of: hoe we meer vrije tijd hebben dan ooit, maar vooral mannen daarvan profiteren. (Maar ook: hoe dat systeem steeds meer barsten begint te vertonen.)
Resultaten
Mannen houden meer van opvoedtaken dan van huishoudelijk werk, dat staat vast. Vrouwen besteden per week namelijk bijna 2 uur meer aan kinderverzorging dan mannen, waar dat voor huishoudelijke taken maar liefst gemiddeld ongeveer 5 uur meer is.
Dat kan deels te verklaren zijn doordat ze iets minder thuis zijn: mannen spenderen 9 uur en 30 minuten meer aan loonarbeid dan vrouwen. Zo komt de totale werkverdeling tussen man en vrouw beter in balans – vrouwen verrichten namelijk 8 uur per week onbetaald werk in huis.
Evolutie
Natuurlijk zijn de verschillen de afgelopen decennia enigszins vervlakt. De onderzoekers vergelijken met 1966, toen mannen veel minder hielpen in het huishouden. Vrouwen zijn sinds dan veel meer gaan werken en ook in vergelijking met het vorige onderzoek in 2004 zet die lijn zich door. We werken dan misschien wel wat minder lang, het aantal vrouwen op de arbeidsmarkt neemt wel nog steeds toe. Bovendien gaan ook steeds meer mannen minder werken.
Mannen meer tijd
Hebben we te klagen? Dat hangt ervan af hoe je het bekijkt uiteraard. Tegenover een vrouw uit 1966 hoef je niet van wal te steken, tegen je partner daarentegen misschien wel. Mannen hebben namelijk nog steeds 5 uur en 30 minuten meer vrije tijd dan vrouwen. En toch stelt de studie van de VUB gerust: er is namelijk een constante evolutie in de goede richting waar te nemen.
(EK)
