Rigoletto in Landcommanderij Alden Biesen
Om de 200ste verjaardag van de geboorte van de grote componist Verdi te vieren koos Zomeropera voor zijn meesterwerk Rigoletto. Een prachtproductie over onschuld en verleiding, schuld en boete, met hemelse stemmen in overbekende aria’s.
Ja, het was frisjes op de binnenplaats van de Landcommanderij van Alden Biesen, het riante kader van de opvoeringen van Zomeropera, dat elk jaar aan prestige wint en waarvoor zangtalent uit heel Europa auditie doet. Maar Verdi onder een dekentje, er valt veel voor te zeggen, zeker als alle artistieke ingrediënten aanwezig zijn om van de voorstelling muziektheater van de bovenste plank te maken. Zelfs wie nog nooit voet in een opera zette, komt één aria uit Rigoletto zeker bekend voor: La donna e mobile, waarin de losbandige hertog van Mantua de wispelturigheid van de vrouwen bezingt. Maar eigenlijk is Rigoletto één aaneenschakeling van melodieuze aria’s en samenzang en in die zin ook voor leken uitstekend als introductie tot het belcanto.
Het verhaal is een ander paar mouwen, met verleide dochters, vervloekingen, een huurmoordenaar en zijn zuster en foute lijken in zakken. Om het voor een hedendaags publiek aannemelijk te maken, ging regisseur Carlos Wagner naar de essentie van het verhaal: de verbitterde hofnar Rigoletto die zijn enige troost in dit tranendal, zijn dochter, kost wat kost uit het bed van de verdorven hertog wil houden. In Wagners versie is het meisje Gilda de sleutel tot de ontknoping van het drama. Door haar vader opgesloten, kinderlijk voor haar leeftijd, wereldvreemd zelfs. Geen wonder dat ze als een blok valt voor de zwierige verleider Duca, zich zelfs voor hem wil opofferen om hem te redden van haar vaders wraak.
Het wonderlijke decor benadrukt de tegenstelling tussen onschuld en verdorvenheid: er is het bordeelachtige vertrek van de hertog, met een mix van hedendaagse rekwisieten en elementen uit de commedia del’ arte, een passerelle die niet zou misstaan in West Side Story, het vervallen honk waar de huurmoordenaar Sparafucile tussen opdrachten in voor z’n televisie zit te zappen. In schrille tegenstelling daarmee is er het kamertje van Gilda, met knuffels en een bed als dat van de prinses op de erwt. Die lijn wordt doorgetrokken in de kostuums: de outfits van de decadente hertog zijn vintage Prince, Gilda ziet er in haar petticoats uit als een groot kind. Wat ons meteen bij de vertolkingen brengt: twee casts van de hoofdrollen wisselen elkaar af. Wij zagen een Spaans trio aan het werk: bariton Marco Moncloa, zowel qua krachtige, warme stem als vertolking een revelatie. Zijn getormenteerde Rigoletto gaat tot op het bot. De Duca van José Manuel is een echt crapule de luxe: zelfs als hij beweert dat de onschuldige Gilda een gevoelige snaar bij hem geraakt heeft, loert hij naar zijn eigen spiegelbeeld. Zijn soepele tenor zorgt voor mooi belcanto, zonder ooit de bravoure op te zoeken. Elena Sancho Pereg is absoluut geloofwaardig als de kwetsbare onschuld Gilda. Ook in de coloratuur is haar sopraan aangenaam en genuanceerd. De kleinere rollen werden eveneens met zorg gecast. De jonge dirigent Leslie Suganandarajah is niet alleen een lust voor het oog, hij dirigeert solide en met veel omzichtigheid zodat de stemmen mooi de ruimte krijgen. De regie van Carlos Wagner is dynamisch, met veel aandacht voor de choreografie. Waar is de tijd dat solisten er eens goed voor gingen staan, de ogen star op de dirigent gericht, als hun grote aria’s eraan kwamen? Nu zingen ze in volle beweging, dansend, of desnoods plat op hun rug, zoals het in muziektheater betaamt. Een intelligente en tegelijk pakkende Rigoletto is dit, waar je dagen later nog deugd van hebt.
Linda Asselbergs
Nog tot 22 juni in de Landcommanderij Alden Biesen. Er is ook een kinderversie, De Vloek van Rigoletto. Info en tickets: www.zomeropera.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier